11.8.5 Toekennen en instellen van het alarmrelay
Main menu (Hoofdmenu) > Setup (Basisinstelling)
Submenu 1
Submenu 2
Fail safe
Confirmation
(Bevestiging)
Sensor 1
Alarm relay
(Alarmrelais)
Sensor 2
De volgende fouten resulteren in een output als
alarmmeldingen en de alarmrelais schakelt automa-
tisch:
•
backup accu fout
•
open circuit stroomuitgang.
Wanneer de alarmtoestand wordt opgeheven, dan
schakelt het relais direct (geen vertraging).
Daarnaast bevat dit submenu de volgende instellin-
gen voor het alarmrelais:
•
Selectie of het alarm functioneert als NC
(fail safe) of NO contact
•
Bevestiging van alarmmeldingen.
Daarnaast kunnen voor elke sensor bepaalde events
worden uitgestuurd naar het alarmrelais:
•
- overschrijden van grenswaarde 1
•
- overschrijden van grenswaarde 2
•
- storing tijdens sensortest.
Een alarmvertraging kan worden ingesteld
N.B.
in het relevante sensormenu in het hoofd-
menu.
394
Submenu 3
On (Aan) (N.C.)
Off (Uit) (N.O.)
Yes (Ja)
No (Nee)
Limit value (Grenswaarde) 1 (S1)
Limit value (Grenswaarde) 2 (S1)
Test sensor (Sensor test)
Limit value (Grenswaarde) 1 (S2)
Limit value (Grenswaarde) 2 (S2)
Test sensor (Sensor test)
Submenu 4
On (Aan)
Off (Uit)
On (Aan)
Off (Uit)
On (Aan)
Off (Uit)
On (Aan)
Uit
On (Aan)
Off (Uit)
On (Aan)
Off (Uit)