Patiëntenkabels LNC MP-serie
Herbruikbaar
Voordat u deze Kabel gebruikt, moet u de Gebruikershandleiding bij het Apparaat, deze Gebruiksaanwijzing en de
Gebruiksaanwijzing van de Sensor eerst lezen en begrijpen.
INDICATIES
De patiëntenkabels uit de LNC MP-serie en de Masimo-sensoren zijn bestemd voor constante, niet-invasieve bewaking van
de functionele zuurstofverzadiging van arteriële hemoglobine (SpO
toepassing bij volwassenen, kinderen, baby's en pasgeborenen in ziekenhuizen, medische instellingen, onderweg en thuis.
BESCHRIJVING
De patiëntenkabels uit de LNC MP-series en de Masimo-sensoren zijn gevalideerd met de Masimo SET- en Philips FAST-
SpO
-apparaten die hierboven worden vermeld. De verzadigingsnauwkeurigheid van de sensoren voor pasgeborenen is
2
gevalideerd bij volwassen vrijwilligers. Bij de resultaten is 1% opgeteld met het oog op de eigenschappen van hemoglobine
bij foetussen. De LNCS YI Multisite-sensor is gevalideerd op vingers van volwassenen.
WAARSCHUWING: Masimo-sensoren en -kabels zijn ontworpen voor gebruik met apparaten met Masimo SET®-oximetrie of
die in licentie zijn gegeven voor gebruik met Masimo-sensoren.
WAARSCHUWINGEN
• Controleer of de kabel fysiek intact is, d.w.z. dat er geen draden gebroken of gerafeld en er geen onderdelen beschadigd
zijn. Inspecteer de kabel visueel en gooi deze weg als er barsten of verkleuringen zichtbaar zijn.
• Alle sensoren en kabels zijn bestemd voor gebruik met specifieke monitoren. Controleer vóór gebruik de compatibiliteit
van de monitor, de kabel en de sensor, omdat incompatibiliteit tot slechte prestaties en/of letsel bij de patiënt kan
leiden.
• Plaats de kabel en patiëntenkabel voorzichtig om te voorkomen dat de patiënt verstrikt of beklemd raakt.
• Probeer patiëntenkabels van Masimo niet opnieuw te gebruiken, prepareren of te recyclen, aangezien dit de elektrische
onderdelen kan beschadigen en letsel bij de patiënt tot gevolg kan hebben.
• Als de sensor of de oximetermodule niet correct op de kabel worden aangebracht, heeft dit intermitterende metingen,
onnauwkeurige resultaten of een volledige afwezigheid van metingen tot gevolg.
• Houd de kabel altijd vast aan de connector en niet aan de kabel zelf wanneer u een van beide uiteinden aansluit of
loskoppelt om beschadiging van de kabel te voorkomen.
• Raadpleeg altijd de gebruikershandleiding van de oximetermodule voor complete of aanvullende instructies.
• Raadpleeg de gebruiksaanwijzing bij de sensor voor instructies en waarschuwingen.
• De sensoren en kabels zijn bestemd voor gebruik met specifieke monitoren. De gebruiker en/of bediener moeten vóór
gebruik de compatibiliteit van de monitor, de kabel en de sensor controleren, omdat incompatibiliteit tot letsel van
de patiënt kan leiden.
INSTRUCTIES
A. De LNC MP-patiëntenkabels aansluiten op het instrument
Zie Afb. 1a en Afb. 1b. Steek de connector van de kabel in de ingang voor de patiëntenkabel op de SpO
of de MMS (Afb. 1b).
LET OP:
ZORG ERVOOR DAT U EEN LNC MP-PATIËNTENKABEL OP EEN MASIMO SET- OF PHILIPS FAST SPO
INGANG AANSLUIT. ER ZIJN MEERDERE OP ELKAAR LIJKENDE STEKKERS MET VERSCHILLENDE
KLEUREN EN VERSCHILLENDE MECHANISCHE SPIECONSTRUCTIES. DRUK DE STEKKER VAN EEN
PATIËNTENKABEL NOOIT MET GEWELD IN DE MODULE OF MMS. GEBRUIK VAN EEN ANDERE DAN
EEN LNC MP-PATIËNTENKABEL KAN RESULTEREN IN BESCHADIGING VAN DE MODULE OF MMS,
VERKEERDE MEETWAARDEN OF HET UITBLIJVEN VAN MEETWAARDEN.
Opmerking:
Er is een verschil in de tint van de LNC MP-patiëntenkabel en die van de ingang op de Philips MMS/SpO
module. Deze configuratie is echter aanvaardbaar. Bij aansluiting op een instrument met Philips FAST-SpO
technologie is de Masimo SET-functie niet beschikbaar.
B. De LNC MP-patiëntenkabel aansluiten op een LNCS-sensor
1. Zie Afb. 2. Steek de connector van de sensorkabel helemaal in de LNC MP-patiëntenkabel.
2. Zie Afb. 3. Sluit het beschermdeksel volledig.
C. De LNC MP-patiëntenkabel loskoppelen van een LNCS-sensor
1. Zie Afb. 4. Licht het deksel op om bij de sensorconnnector te komen.
2. Zie Afb. 5. Trek flink aan de sensorconnector om deze uit de patiëntenkabel te verwijderen.
G E B R U I K S A A N W I J Z I N G
Bij de productie is geen latex van natuurrubber gebruikt
LATEX
PCX-2108A
02/13
) en de polsslag (gemeten met een SpO
2
27
nl
+70 C
-40 C
+1060 hPa - +500 hPa
795 mmHg - 375 mmHg
Niet-steriel
NON
STERILE
5%-95% RH
LATEX
95%
%
5%
-sensor) voor
2
Title: Graphics, Sensor/Cable symbols, 03/06
GR-14231
DRO-13914
-module (Afb. 1a)
2
-
2
-
2
-
2
4223F-eIFU-0617