Elektrische aansluiting
Externe boilerregelaar
(bijv. SP1)
Externe
omgevingsthermostaat
Omzetting van de
keteltemperatuurregelaar
Omzetting van de
veiligheidstemperatuurbegrenzer
(STB)
Elektrische aansluiting / Keteltemperatuurregelaar
Ext.
Ketelcirkelpomp
omgevingsthermostaat
Netaansluiting
De achterste regelingsdeksel openen nadat de twee schroeven losgemaakt
zijn. De netaansluiting met de meegeleverde stekker verbinden. De stekker in
de positie van de stekkerlijst voorzien van tekst steken en de kabel met
trekontlasting beveiligen. De ketelcircuit- en boilerlaadpomp van Wolf zijn in
de fabriek met een stekker uitgevoerd. De stekker in de positie van de
stekkerlijst voorzien van tekst steken en de kabel met trekontlasting beveiligen.
Indien een externe boilertemperatuurregelaar (bijvoorbeeld SP1) nodig is
omdat het standaard sondecapillair van de boilertemperatuurregelaar te kort
is, dan moet de brug op de stekker „STR" verwijderd worden. Op de stekker „STR"
de externe boilertemperatuurregelaar volgens het bijgevoegde schakelplan
opklemmen en de stekker in de positie met tekst van de stekkerlijst steken. De
kabel met trekontlasting beveiligen. De in de fabriek ingebouwde
boilertemperatuurregelaar is nu zonder functie; de aansturing gebeurt door de
externe regelaar.
Indien een externe omgevingsthermostaat/-klok aangesloten wordt dan
schakelt deze de brander en de pomp aan/uit. De aansluiting gebeurt in
overeenstemming met het schakelplan van de regeling.
Indien nodig kan de keteltemperatuurregelaar van 80°C op 90°C omgezet
worden.
Hiervoor moet de keteltemperatuurregelaar naar rechts tot de aanslag 80°C
gedraaid worden; trek de draaiknop ongeveer 3 mm uit en draai verder naar
rechts tot de aanslag 90°C.
Indien de veiligheidstemperatuurbegrenzer op 100 °C omgezet
Opgelet:
wordt mag de keteltemperatuurregelaar niet op 90°C afgesteld
worden.
De veiligheidstemperatuurbegrenzer (STB) is in de fabriek op 110°C ingesteld.
De STB moet indien nodig omgezet worden.
De omzetting kan niet meer ongedaan gemaakt worden!
Regeling spanningsvrij maken.
De afdekking van de veiligheidstemperatuurbegrenzer afschroeven.
De vastzetschroef van de veiligheidstemperatuurbegrenzer losdraaien.
De vastzetschroeven van het voorste regelingsdeksel losmaken en naar
voren klappen.
Veiligheidstemperatuurbegrenzer uitnemen.
De klemschroef losmaken. De regelschijf op 100°C volgens de schaal
instellen, en de klemschroef aantrekken.
Montage in omgekeerde volgorde.
Indien de veiligheidstemperatuurbegrenzer op 100 °C omgezet
Opgelet:
wordt mag de keteltemperatuurregelaar niet op 90°C afgesteld
worden.
Boilerlaadpomp
Ext. boilerregelaar
(enkel bij R11-SB/RT)
(enkel bij R11-SB/RT)
Brug
Brug
2 1