Worx WX420 Manual Original página 73

Verwijder de kap van het batterijvak in
de richting van de pijl (op de kap). Open
vervolgens de kap (Zie J1, J2).
U ziet het uiteinde van een koordje. Om de
batterijen te verwijderen, trekt u langzaam aan
het koordje. De twee batterijen komen er met
het koordje uit (Zie J3).
Om nieuwe batterijen te monteren, legt u
het koordje weer terug met twee batterijen
erop. Let erop dat de batterijen op het koordje
drukken (Zie J4, J5).
Doe de kap weer dicht (Zie J6).
OPMERKING: Let erop dat de markeringen
"+/-" van de batterijen overeenkomen met de
afbeelding op de machine.
4. ZaaGGELEIDER (Zie K)
De indicator voor het uitrichten van het mes
aan de voorzijde van de voetplaat wordt
gebruikt als snijgeleider. Leid hem steeds
langs de markering die u hebt gemaakt op het
werkstuk om nauwkeurig te zagen.
OPMERKING: zaag bij voorkeur eerst
proefsgewijs.
FUNCTIE
1. KRUISELINGS EN RECHT ZaGEN (Zie
L, M)
waaRSCHUwING: Om een
onverwachte terugslag te vermijden,
start u het zaagblad nimmer terwijl het in
contact is met het werkstuk.
Start de zaag en laat hem tot volle snelheid
komen voordat u contact maakt met het
werkstuk.De zaagbladen zijn tijdens deze
bewerking niet beschermd, zodat er zeer
nauwkeurig gewerkt moet worden.
a) Gebruik de zaag altijd met de handen in de
juiste positie.
waaRSCHUwING: Houd altijd de
controle over de zaag, zodat u veiliger en
gemakkelijker werkt. Als u de controle
verliest kan dat in een ongeval resulteren,
mogelijk met ernstig letsel.
b) Zaagt u kruiselings of recht, zorg er dan
voor dat de zaaglijn overeenkomt met
het midden van de "V"-inkeping aan de
voorzijde van de voet van de zaag (Zie L).
c) Aangezien de dikte van zaagbladen kan
Mini-Cirkelzaag
variëren, maakt u steeds een proefsnede
in afvalmateriaal, om vast te stellen of u
moet afwijken van de geleidelijn, en hoe,
om, onafhankelijk van de dikte van het
zaagblad, nauwkeurig te zagen.
SCHEUREN (Zie M)
Gebruik ALtIJD een geleider als u een lange
of brede snede maakt met de zaag. U kunt een
rechte geleiderail gebruiken (apart leverbaar)
of de parallelgeleider die met de zaag is
meegeleverd.
2. EEN HOLTE ZaGEN (aLLEEN ZaCHTE
MaTERIaLEN)
Voor deze bewerking is veel handigheid nodig.
Dit mag alleen worden gedaan door een
ervaren persoon.
teken het gebied af dat gezaagd moet worden.
Stel de zaagdiepte in. (Zie H1). Kantel de zaag
over het gemarkeerde gebied met de voorkant
van de voetplaat rustend op de oppervlakte
van het werkstuk en de achterkant boven het
werkstuk. De snijlijn moet overeenkomen met
de lijn die u op het werkstuk getekend hebt. Met
de zaag in de gekantelde positie, oefent u druk
uit op de voetplaat, zodat het zaagblad door de
gleuf volledig blootgesteld is (afhankelijk van
de diepte van de ingestelde zaagsnede). Zorg
ervoor dat het zaagblad dicht bij het werkstuk
is zonder het te raken. Houd de zaag stevig
vast en oefen zo weinig mogelijk druk uit op de
voetplaat. Om terugslag te vermijden, houdt u
de zaag stevig vast voordat u hem inschakelt.
Schakel de zaag in, wacht tot hij op volle
snelheid komt en druk het zaagblad zachtjes
omlaag, waarbij een draaikracht handhaaft
aan de voorkant van de voetplaat. Let op de
snijlijn door goed te kijken door de gleuf aan de
voorkant van het zaagblad.
Laat het zaagblad niet in de snede
vastklemmen, duw het zaagblad zo snel vooruit
dat het blad soepel blijft draaien Is de snede
gereed, laat dan de trekker en de wipschakelaar
los en laat het zaagblad volledig tot stilstand
komen. Verwijder de zaag en het zaagblad
niet uit het werkstuk als het zaagblad nog
draait. Daarmee zou u de snede beschadigen,
terugslag veroorzaken en u zou de controle
kunnen verliezen met ernstig letsel tot gevolg.
73
NL