Veiligheidsinstructies M.b.t. De Installatie - Chamberlain LiftMaster Professional CB24 Manual De Instrucciones

Ocultar thumbs Ver también para LiftMaster Professional CB24:
Tabla de contenido
Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

V E I L I G H E I D S I N S T R U C T I E S M . B . T . D E I N S T A L L A T I E
Let op: Ter vermijding van het gevaar van ZWAAR LICHAMELIJK LETSEL of LEVENSGEVAAR als gevolg van een onjuiste installatie
dient u volgende instructies in acht te nemen:
1. Beweegbare hekken bieden comfort en veiligheid. Dergelijke heksystemen bestaan uit vele verschillende onderdelen, waarvan de
hekaandrijving er maar een is. Elk heksysteem wordt speciaal voor een bepaald toepassingsgeval ontworpen.
2. De planners, installateurs en gebruikers van hekaandrijvingssystemen moet rekening houden met alle mogelijke gevaren die verbonden
zijn aan elke afzonderlijke toepassing. Onjuist ontworpen, geïnstalleerde of onderhouden heksystemen kunnen een gevaar betekenen voor
zowel de gebruiker als ook voor personen die zich in de buurt van het hek bevinden. Bij de planning en de installatie van een heksysteem
moet het potentiële risico voor iedereen zo gering mogelijk worden gehouden.
3. Een hekaandrijving kan als onderdeel van een heksysteem aanzienlijke krachten in beweging zetten. Daarom moeten voor elk systeem
beveiligingsvoorzieningen worden gepland, zoals bijv.
¥ Contactlijsten
¥ Traliewerk
4. Installeer de hekaandrijving alleen, wanneer
a. hij geschikt is voor de constructie en de gebruiksklasse van het hek
b. alle openingen van een horizontaal draaihek vanaf de onderzijde van het hek tot minimaal 1,2 m boven de grond afgedekt of
beschermd zijn, om te voorkomen dat een maximaal 6 cm dikke plaat kan binnendringen door een van de openingen ergens in het hek
resp. in het aangrenzende deel van het hekwerk, dat door het hek in geopende toestand wordt bedekt.
c. alle onbeschermde afknelpunten verwijderd of beveiligd zijn en openliggende wielen voorzien zijn van een afdekking.
5. De aandrijving is alleen voor hekken bedoeld, waar auto's doorheen rijden; voor voetgangers moet een afzonderlijke toegang ter
beschikking worden gesteld.
6. Het hek moet dusdanig worden geïnstalleerd, dat er voldoende ruimte is voor het openen en sluiten tussen hek en naastgelegen
bouwwerken en het gevaar van inklemmen van personen of voorwerpen wordt vermeden. Een draaihek mag niet in de richting van de
openbare toegangsweg openen.
7. Het hek moet op de juiste wijze worden geïnstalleerd en nog voor de installatie van de hekaandrijving ongehinderd in beide richtingen
kunnen bewegen.
8. Besturingselementen moet zover van het hek verwijderd zijn, dat de gebruiker tijdens de bediening ervan niet met het hek in contact kan
komen.
9. Besturingselementen waarmee een aandrijving na tweevoudige inschakeling van voorzieningen ter vermijding van het afklemmen van
personen of voorwerpen kan worden gereset, moeten zich binnen het zichtveld van het hek bevinden; gemakkelijk toegankelijke
besturingselementen moeten over een beveiligingsvoorziening beschikken, waarmee een onbevoegd gebruik kan worden voorkomen.
10. Alle waarschuwingsinstructies moeten goed zichtbaar aan elke zijde van het hek worden aangebracht.
11. Bij hekaandrijvingen met fotocellen:
a. Plaats de fotocel conform de instructies in het gebruikershandboek voor het desbetreffende toepassingsgeval.
b. Let er daarbij op dat deze niet onopzettelijk kan worden ingeschakeld, bijv. door een voertuig dat de fotocel inschakelt bij een nog
bewegend hek.
c. Een resp. meerdere fotocellen moeten in het gebied worden geplaatst waar het gevaar op afklemmen van personen of voorwerpen
bestaat, zoals bijvoorbeeld in de omgeving van een bewegend hek of een slagboom (afstand van minder dan 100 mm).
12. Bij hekken met contactsensor, zoals bijvoorbeeld bij een contactlijst bij de hekrand:
a. er moet een bedrade contactsensor worden geïnstalleerd en de bedrading ervan dusdanig worden aangelegd dat de verbinding tussen
sensor en hekaandrijving niet mechanisch kan worden beschadigd.
b. Een draadloze contactsensor, zoals bijvoorbeeld een die radiografische signalen verstuurt naar de hekaandrijving om het afklemmen
van personen of voorwerpen te vermijden, moet dusdanig worden geplaatst, dat het verzenden van signalen niet wordt onderbroken
door gebouwen, het landschap of soortgelijke hindernissen. Een draadloze contactsensor moet functioneren conform de geplande
eindgebruikersvoorwaarden.
c. Bij een verrijdbaar, horizontaal beweegbaar schuifhek moet(en) een resp. meerdere contactsensor(s) worden aangebracht aan de rand
die zich aan de voor- resp. achterzijde van de hekbeweging bevindt en aan de pijlers binnen en buiten.
d. Bij een verrijdbaar, verticaal beweegbaar hefhek moet(en) een resp. meerdere contactsensor(s) aan de onderste rand worden
aangebracht.
e. Bij een draaihek moet(en) een resp. meerdere contactsensor(s) aan de binnen- en buitenkant van de rand in de hekbeweging worden
aangebracht. Bevindt de onderste rand van een draaihek zich tevens op een willekeurig punt van de hekbaan 15 cm boven de grond,
moet(en) een resp. meerdere contactsensor(s) aan de onderste rand worden aangebracht.
¥ Afdekking van onbeschermde wielen
¥ Verticale pijlers
¥ Fotocellen
¥ Waarschuwingsborden
Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido