Gebruik
6.8
Temperatuur instellen
➤ Ga als volgt te werk (afb. b, pagina 8).
6.9
Displayhelderheid instellen
➤ Ga als volgt te werk (afb. c, pagina 9).
I
INSTRUCTIE
• De fabrieksinstelling van de displayhelderheid is d0 (standaard).
• Als er een storing optreedt, keert de helderheid automatisch terug
naar de helderheid d0 (standaard). Na het verhelpen van storingen
wordt de ingestelde helderheid weer geactiveerd.
6.10
De accumonitor gebruiken
Als de koelbox bij uitgeschakeld contact in het voertuig wordt gebruikt, wordt de
koelbox automatisch uitgeschakeld zodra de voedingsspanning daalt tot onder een
ingestelde waarde. De koelbox wordt weer ingeschakeld zodra door oplading van
de accu de herinschakelspanning is bereikt.
A
LET OP! Gevaar voor beschadiging
Als de accu wordt uitgeschakeld door de accumonitor, wordt de accu
niet meer volledig opgeladen. Voorkom herhaaldelijk starten of het
inschakelen van stroomverbruikers zonder langere laadfasen. Zorg
ervoor dat de accu weer wordt opgeladen.
In de stand „HIGH" reageert de accumonitor sneller dan in de standen „LOW" en
„MED" (zie volgende tabel).
Accumonitormodus
Uitschakelspanning bij 12 V
Herinschakelspanning bij 12 V
Uitschakelspanning bij 24 V
Herinschakelspanning bij 24 V
102
LOW
MED
10,1 V
11,4 V
11,1 V
12,2 V
21,5 V
24,1 V
23,0 V
25,3 V
CDF236
HIGH
11,8 V
12,6 V
24,6 V
26,2 V
NL