Ryobi APR04 Manual De Utilización página 77

Nederlands(Vertaling van de originele instructies)
WAARSCHUWING
Controleer de kettingspanning
tussenpozen als u het apparaat gebruikt. Raak
de ketting niet aan en stel de spanning niet bij als
de motor aanstaat. De ketting is erg scherp:
draag altijd beschermende handschoenen als u de
ketting manipuleert.
KETTINGSPANNING
WAARSCHUWING
Om ernstig lichamelijk letsel te vermijden mag u
de ketting nooit aanraken of bijstellen als de motor
aan staat. De ketting is erg scherp: draag altijd
beschermende handschoenen
manipuleert.
1. Zet de motor uit voordat u de kettingspanning
gaat afstellen. Zorg dat de zwaardmoer slechts
handvast is aangedraaid en draai de stelschroef van
kettingspanning rechtsom om de ketting te spannen.
Raadpleeg de sectie "Ketting en zwaard vervangen".
Een ketting is goed gespannen in koude toestand als
er geen speling meer is aan de onderste rand van het
zwaard en als de ketting goed strak staat, maar wel
met de hand verder kan worden gedraaid zonder vast
te lopen.
2. Span de ketting opnieuw als de schakels teveel onder
de onderkant van de onderste rail van het zwaard uit
gaan hangen. Zie afbeelding 18.
3. De temperatuur van de ketting loopt op tijdens het
gebruik. De aandrijfschakels van een warme ketting
die juist is gespannen hangen ongeveer 1,25 mm
onder de rail van het zwaard uit. Zie afbeelding 19.
OPMERKING:
hebben de
te rekken. Controleer de kettingspanning regelmatig
en stel de spanning bij zodra dat noodzakelijk is.
Een ketting die in warme toestand is gespannen, kan te
strak zitten als hij is afgekoeld. Controleer de "koude"
spanning voordat u het apparaat opnieuw gebruikt.
SMERING
1. Gebruik olie voor kettingen en zwaarden van de beste
kwaliteit, die bestemd is voor kettingen en kettingolie-
pompen en een dusdanige samenstelling heeft dat de
met regelmatige
als u de ketting
Nieuwe kettingen
neiging om
LET OP
olie bij sterk uiteenlopende temperaturen doelmatig is
zonder verdund te hoeven worden.
2. Verwijder de dop (3) van de olietank en giet
voorzichtig ongeveer 250 ml kettingolie in de tank (31).
Zie afbeelding 20.
3. Breng de dop weer op zijn plaats en draai hem vast.
4. Controleer het oliepeil steeds als u de brandstoftank
van de hoogsnoeier bijvult en voeg extra olie toe als
dat nodig is.
OPMERKING: Gebruik geen vuile, gebruikte of
verontreinigde olie. Dit zou de oliepomp, het zwaard of
de ketting kunnen beschadigen.
KETTING ONDERHOUDEN
Gebruik bij vervanging van de ketting uitsluitend
terugslagarme kettingen die voor uw hoogsnoeier zijn
aanbevolen.
Onderhoud de ketting zorgvuldig dan zal hij snel en
doelmatig blijven zagen. De ketting moet worden geslepen
zodra de spaanders klein en poederachtig worden, als u
kracht moet uitoefenen bij het zagen of als de ketting maar
aan één kant zaagt. Let op de volgende punten bij het
onderhoud van de zaag:
■ een verkeerde slijphoek van de zijkant het terugslag-
gevaar vergroten.
■ met behulp van de speling van de diepteaanslagen
(12) kan de zaagdiepte van de tanden in het hout en de
grootte van de spaanders worden bepaald. Hoe groter
de speling van de diepteaanslagen is, des te groter
is het terugslagrisico. Onvoldoende speling van de
diepteaanslagen verkleint de grootte van de spaanders
en vermindert daarop de zaagcapaciteit van de tanden.
Zie afbeelding 21.
■ Als de messen van de tanden in aanraking zijn
gekomen met harde voorwerpen, zoals spijkers
of stenen, of als ze zijn versleten door de modder
of het zand op het hout, moet u de ketting aan een
erkend servicecentrum toevertrouwen om te worden
uit geslepen.
TANDEN SLIJPEN
Zie afbeelding 22.
Zorg dat u alle tanden onder dezelfde hoek en op de
zelfde lengte slijpt: alleen met precies gelijke tanden kunt u
snel zagen.
1. Span de ketting zodanig dat hij niet slap staat.
Slijp de tanden altijd door ze in het midden van het
zwaard te plaatsen. Draag handschoen om uw handen
te beschermen.
2. Gebruik een ronde vijl van 4,0 mm in diameter met
een handvat.
3. Houd de vijl evenwijdig met de bovenkant van het
mes. Laat de vijl niet schuin weglopen of draaien. Zie
75