Nederlands–3
Ondersteuningsniveau instellen
U kunt aan de boordcomputer instellen hoe sterk de eBike-
aandrijving u bij het trappen ondersteunt. Het ondersteunings-
niveau kan altijd, ook tijdens het fietsen, gewijzigd worden.
Opmerking: In sommige uitvoeringen is het ondersteunings-
niveau mogelijk vooraf ingesteld en kan dit niet worden gewij-
zigd. Het is ook mogelijk dat er uit minder ondersteuningsni-
veaus dan hier vermeld kan worden gekozen.
De volgende ondersteuningsniveaus staan maximaal ter be-
schikking:
– „OFF": de motorondersteuning is uitgeschakeld, de eBike
kan zoals bij een normale fiets alleen door te trappen wor-
den voortbewogen. De duwhulp kan op dit ondersteu-
ningsniveau niet worden geactiveerd.
– „ECO": effectieve ondersteuning met maximale efficiëntie
voor maximaal bereik
– „TOUR": gelijkmatige ondersteuning voor tochten met
groot bereik
– „SPORT": krachtige ondersteuning voor sportief rijden op
heuvelachtige stukken en voor rijden in de stad
– „TURBO": maximale ondersteuning bij flink doortrappen,
voor sportief rijden
Voor het verhogen van het ondersteuningsniveau drukt u zo
de toets „+" 6 aan de boordcomputer tot het
vaak kort op
gewenste ondersteuningsniveau op het display i verschijnt,
om te verlagen kort op
Fietsverlichting in-/uitschakelen
In de uitvoering, waarbij het rijlicht door het eBike-systeem
gevoed wordt, kunnen door het middellang indrukken
de toets „+" tegelijk voorlicht en achterlicht ingeschakeld
worden. Voor het uitschakelen van de fietsverlichting drukt u
de toets „+".
lang op
Bij ingeschakeld licht wordt het verlichtingssymbool h weer-
gegeven.
Het in- en uitschakelen van de fietsverlichting heeft geen in-
vloed op de achtergrondverlichting van het display.
Indicaties en instellingen van de boordcomputer
Snelheids- en afstandsindicaties
In de snelheidsmeterindicatie a wordt altijd de actuele snel-
heid weergegeven.
Op het display i wordt standaard altijd de laatste instelling ge-
toond. Door het meermaals middellang indrukken
toets „–" worden na elkaar het rijtraject „TRIP", het totale
aantal kilometers „TOTAL" en de reikwijdte van de accu
„RANGE" weergegeven. (Door het kort indrukken
toets „–" wordt het ondersteuningsniveau verlaagd!)
1 270 020 XBP | (13.4.16)
de toets „–" 5.
Voor het resetten van het rijtraject „TRIP" drukt u tegelijk lang
de toetsen „+" en „–". Eerst verschijnt op het display
op
„RESET". Als u beide toetsen blijft indrukken, wordt het rij-
traject „TRIP" op „0" gezet.
U kunt de weergegeven waarden van kilometer in mijl veran-
deren door de toets „–" ingedrukt te houden
aan-/uittoets 1 te drukken
Voor onderhoudsdoeleinden kunnen de versiestanden van de
deelsystemen opgevraagd worden. Druk bij een uitgescha-
keld systeem tegelijk op de toetsen „–" en „+" en druk vervol-
gens op de aan-/uittoets 1.
De USB-bus is voor de aansluiting van diagnosesystemen
voorbehouden. De USB-bus heeft anders geen functie.
De USB-aansluiting moet met de beschermkap 8 altijd
volledig gesloten zijn.
Actie
Boordcomputer inschakelen
Boordcomputer uitschakelen
Ondersteuning verhogen
Ondersteuning verminderen
Indicatie „TRIP", „TOTAL",
„RANGE", ondersteuningsmodi
Fietsverlichting inschakelen
Fietsverlichting uitschakelen
Rijtraject resetten
Duwhulp activeren
Duwhulp uitvoeren
van
Van kilometer in mijl veranderen
Versiestanden opvragen
1) Het eBike-systeem moet uitgeschakeld zijn.
2) De informatie wordt als lopende tekst weergegeven.
van de
van de
en kort op de
.
Toetsen Duur
willekeurig
willekeurig
+
–
–
+
+
– +
WALK
1.
+
2. willekeurig
–
1. Ingedrukt
houden
2.
1)2)
– +
1. Ingedrukt
houden
2.
Bosch eBike Systems