EXTRA TOEBEHOREN (los verkrijgbaar)
1. Batterij (BCL1015)
De extra toebehoren kunnen zonder nadere aankondiging
gewijzigd worden.
TOEPASSINGEN
○ Maken van houtsnijwerk en bijouterie van edelmetalen
○ Graveren en bewerken van glas en keramiek
○ Slijpen en polijsten van staal en steen
BASISFUNCTIES
1. Waarschuwingslampje voor lage accuspanning
(Afb. 1)
Gebruik de slijper onbelast om de resterende
accuspanning te controleren.
Als de resterende accuspanning erg laag is, gaat het
waarschuwingslampje (rode LED) branden. Als het
lampje brandt, moet u de accu meteen opladen.
OPMERKING
○ De werking van het waarschuwingslampje voor
lage
accuspanning
omgevingstemperatuur en de eigenschappen van de
accu. Gebruik het lampje als richtlijn voor wanneer u
de accu moet opladen.
○ Het is mogelijk dat het waarschuwingslampje voor lage
accuspanning soms plotseling gaat branden tijdens
het gebruik van de slijper. Dit komt door een tijdelijke
afname van de accuspanning en niet door een te laag
accuvermogen.
○ Wanneer u de resterende accuspanning controleert,
moet u de slijper altijd onbelast laten draaien.
2. Schakelaarknop
De schakelaarknop werkt als de startschakelaar en
de toerentalknop. Wanneer de knop vanaf [0] naar
een hoger cijfer wordt gedraaid, wordt de slijper
ingeschakeld en neemt het toerental geleidelijk toe.
Tegelijkertijd gaat het LED-lampje branden en wordt
het uiteinde van de slijper verlicht.
Wanneer de knop weer op [0] wordt gezet, wordt de
slijper uitgeschakeld en stopt deze met draaien.
Om veiligheidsredenen zal de slijper niet starten als
de accu wordt geplaatst terwijl de schakelaar in een
andere stand dan [0] staat.
Om de slijper in dat geval in te schakelen, zet u de
knop op [0] en draait deze vervolgens naar een hoger
cijfer.
De relatie tussen de cijfers op de schakelaar en het
toerental staat in de grafi ek in Afb. 2.
wordt
beïnvloed
door
INLEGGEN EN UITNEMEN VAN DE BATTERIJ
1. Verwijderen van de batterij
Houd de handgreep goed vast en druk tegen de
accvergrendeling om de batterij te verwijderen (Zie
Afb. 3 en 4).
LET OP
Sluit de batterij nooit kort.
2. Aanbrengen van de batterij
Plaats de batterij met de polen juist aangebracht (zie
Afb. 4).
OPLADEN
Voor het gebruik van het elektrisch gereedschap dient de
accu als volgt opgeladen te worden.
1. Sluit het netsnoer van het oplaadapparaat op het
stopkontakt aan.
Wanneer de stekker van de acculader in het
stopcontact wordt gestoken, zal het lampje in rood
knipperen (met tussenpozen van 1 seconde).
2. Steek de batterij in het acculader.
Steek de batterij stevig in de oplader, totdat deze
contact maakt met de bodem van de oplader, zoals in
Afb. 5 getoond wordt.
3. Opladen
Wanneer
een
aangebracht, blijft het lampje continu rood branden.
Wanneer de batterij volledig is opgeladen, gaat het
controlelampje in rood knipperen. (Met tussenpozen
van 1 sekonde) (Zie Tabel 1)
(1) Aanduiding van de controlelampje
De aanduidingen van het controlelampje zijn zoals
aangegeven in Tabel 1, al naar gelang de toestand
van de oplaadbare batterij of het acculader.
de
Nederlands
batterij
in
de
acculader
wordt
55