2.2 Decentrale plaatsing van de gebruikersinterface
Het is mogelijk om de gebruikersinterface decentraal te plaatsen als de koffer moeilijk toegankelijk is. Gebruik
daartoe de kit voor decentrale plaatsing (plastic afdekking + metalen steun + RJ11‐verlengkabel, zie §1.2).
Dit moet gedaan worden alvorens het toestel op het elektriciteitsnet wordt aangesloten (geen
spanning).
Gebruik de bevestigingshulp van de gebruikersinterface om twee gaten in de muur te boren.
Bevestig de steun met behulp van niet‐meegeleverde pennen en schroeven.
Open het deksel van de koffer (2 schroeven op de rechterkant).
Schroef de gebruikersinterface los van de kap van de koffer en sluit de RJ11‐kabel in de plaats ervan aan.
Sluit de in de koffer meegeleverde RJ11‐verlengkabel aan en laat hem via een pakkingbus (klein model) naar
buiten komen. Sluit hem aan op de gebruikersinterface.
Plaats de gebruikersinterface op zijn steun.
Dicht de gebruikersinterface op de kap van de koffer opnieuw af met behulp van de meegeleverde plastic
afdekking.
Als u meer dan vijf meter verlengkabel nodig hebt, koop dan een RJ11‐telefoonkabel op de gewenste
lengte (maximaal 50 meter).
2.3 Elektrische aansluitingen hoogspanning
2.3.1 Kabelschema
'RCD' (= Residual Current Device): systeem van differentiaalbeveiliging.
Elke elektrische voeding die in de AquaLink TRi®‐koffer toekomt, moet worden beschermd door een
differentiaalschakelaar van 30 mA, en een specifieke hoofdzekering of veiligheidszekering van een
aangepast kaliber.
H0369400.B.NL – 2013/03
Antennekast
iAquaLink™
Gebruikers‐
interface
EN
NL
4