Anleitung Euro_210-24_SPK2:_
1. Beschrijving van het apparaat
(fig. 1/2/3)
1. Aanzuigluchtfilter
2. Drukvat
3. Wiel
4. Aflaatplug voor condenswater
5. Standvoet
6. Oliepeilindicator
7. Veiligheidsklep
8. Snelkoppeling (ongeregelde perslucht)
9. Snelkoppeling (geregelde perslucht)
10. Drukregelaar
11. Olieafsluitstop (olievulgat)
12. Transportgreep
13. AAN/UIT-schakelaar
14. Drukschakelaar
15. Manometer (keteldruk kan worden afgelezen)
16. Manometer (ingestelde druk kan worden afgele-
zen)
17. Olieaflaatplug
18. Terugslagklep
19. Compressor
Let op!
Bij het gebruik van apparaten dienen enkele veilig-
heidsmaatregelen te worden nageleefd om lichame-
lijk gevaar en schade te voorkomen. Lees daarom
deze handleiding zorgvuldig door. Bewaar deze goed
zodat u de informatie op elk moment kunt terugvin-
den. Mocht u dit apparaat aan andere personen
doorgeven, gelieve dan deze handleiding mee te
geven.
Wij zijn niet aansprakelijk voor ongevallen of scha-
de die te wijten zijn aan niet-naleving van deze
handleiding en van de veiligheidsinstructies.
2. Toepassingsgebied
De compressor dient voor de persluchtopwekking
voor pneumatisch gereedschap.
3. Aanwijzingen omtrent de installatie
Controleer het toestel op transportschade.
Eventuële schade onmiddellijk aangeven aan de
vervoeronderneming waarmee de compressor
werd geleverd.
Vóór ingebruikneming dient het oliepeil in de
compressor-pomp te worden ge-controleerd.
De compressor dient nabij de verbruikers te wor-
den geïnstalleerd.
19.10.2006
16:27 Uhr
Seite 29
Vermijd lange luchtkabels en toevoerleidingen
(verlengingen).
Let op droge en stofvrije aanzuiglucht.
De compressor niet in een vochtige of natte
ruimte installeren.
De compressor mag slechts in gepaste ruimten
(goed geventileerd, omgevingstemperatuur
+5° - +40°C) worden gebruikt. In de ruimte
mogen geen stof, zuren, dampen, explosieve of
ontvlambare gassen zijn.
De compressor is geschikt voor gebruik in droge
ruimten. Hij mag niet worden gebruikt in zones
waarin met spatwater wordt gewerkt.
4. Veiligheidsadviezen
4.1Algemene veiligheidsvoorschriften
Let op! Bij gebruik van deze compressor die-
nen de volgende principiële veiligheidsmaatrege-
len in acht te worden genomen als be-scherming
tegen elektrische schok, verwondings- en brand-
gevaar. Lees deze voorschriften en neem ze in
acht alvorens het toestel in gebruik te nemen.
1. Hou Uw werkplaats netjes opgeruimd
- Wanorde in het werkbereik veroorzaakt gevaar
voor ongevallen.
2. Hou rekening met de invloeden van de omge-
ving
- Stel de compressor niet bloot aan de regen.
Gebruik de compressor niet in en vochtige of
natte omgeving. Zorg voor een goede verlichting.
Gebruik de compressor niet in de nabijheid van
brandbare vloeistoffen of gassen.
3. Beschermt U zich tegen elektrische schok
- Vermijd fysiek contact met geaarde delen zoals
b.v. buizen, radiators, fornuizen, frigoʼs.
4. Hou kinderen op afstand
- Vermijd dat andere personen de compressor of
de kabel raken, hou ze weg van Uw werkgebied.
5. Berg Uw compressor op een veilige plaats
- Het is aan te raden de niet gebruikte compres-
sor in een droog, gesloten ruimte en voor kinde-
ren niet bereikbaar te bergen.
6. Overbelast Uw compressor niet
- Uw werkt beter en veiliger in het opgegeven
vermogensgebied.
7. Draag de gepaste werkkledij
- Draag geen wijde kleren of sieraden. Ze kun-
nen door de beweegbare onderdelen worden
gegegrepen. Als U in open lucht werkt, draagt U
best rubberhandschoenen en slipvrij schoeisel.
Draag bij lang haar een haarnet.
NL
29