NEDERLANDS
Elektrische installatie in Master/slave-mode:
U moet de DMX in/outputs van 2 of meer eenheden met een goede symmetrische kwaliteitskabel
doorlinken
Schakel het toestel met de vrije DMX-ingang om tot master, de andere toestellen zullen automatisch als
slave omgeschakeld worden. De DIP-schakelaars op de slave toestellen worden dan geblokkeerd.
Elektrische installatie in Master/slave-mode met de LEDCON-02 (of LEDCON-01) remote:
U moet de DMX in/outputs van 1 of meer eenheden met de output van de LEDCON-01 doorlinken met
een goede symmetrische kwaliteitskabel.
De LEDCON-02 wordt gebruikt om alle verbonden slaves te controleren. De Mini Led Managers worden
automatisch geschakeld als slaves. De DIP-schakelaars op de slave eenheid zijn buiten gebruik.
Elektrische installatie in DMX-mode:
Het DMX-protocol is een veel gebruikt hogesnelheidssignaal om intelligent licht te controleren. U moet
uw DMX controller en alle aangesloten eenheden doorlinken met een goede symmetrische
kwaliteitskabel.
Om vreemd gedrag van de lichteffecten door storingen te verhinderen, moet u een 90Ω tot 120Ω
weerstand aan het eind van de kabel gebruiken. Gebruik nooit Y-splitser kabels, dit zal niet werken!
DIP-schakelaar 10 moet uitgeschakeld worden op alle toestellen. Elke eenheid in de kring heeft zijn
eigen beginadres zodat het weet welke bevelen het van de DMX-controller moet decoderen. Wanneer U
heel wat vermogen nodig heeft kan U verscheidene Mini Led Managers gebruiken en hen hetzelfde
beginadres geven. Bekijk het vorige hoofdstuk om te leren hoe U DMX adressen moet programmeren.
JB SYSTEMS
21/44
®
HANDLEIDING
MINI LED MANAGER
NEDERLANDS
BEDIENINGSVOORSCHRIFTEN
A. Zelfstandige eenheid:
Sluit de LED projectors aan de Mini Led Manager aan zoals in de vorige hoofdstukken wordt vermeld.
Zet het toestel aan en neem een kijkje in het hoofdstuk "DIP SCHAKELAAR INSTELLINGEN" om met
de diverse functies van de faders en knoppen vertrouwd te geraken.
B. Twee of meer eenheden in master/slave opstelling:
Sluit de LED projectors aan de Mini Led Manager aan zoals in de vorige hoofdstukken wordt vermeld.
Verbind de apparaten aan elkaar aan zoals vermeld in het hoofdstuk elektrische installaties.
Zet de Mini Led Managers aan. U kan enkel de master controleren, de bedieningen op de slaves zijn
buiten gebruik. Neem een kijkje in het hoofdstuk "DIP SCHAKELAAR INSTELLINGEN" om met de
diverse functies van de faders en knoppen vertrouwd te geraken.
C. Sluit de facultatieve LEDCON-02 (of LEDCON-01) controller aan als afstandsbediening:
In de meeste gevallen zal de MINI LED MANAGER op een muur geïnstalleerd worden, dicht bij de LED
projectors. Als u gemakkelijke toegang tot zijn functies wilt hebben, kan u de LEDCON-01 controller op
de (eerste) Mini Led Manager aansluiten. De andere verbindingen zijn identiek als die van de
zelfstandige of master/slave instellingen.
D. Gecontroleerd door de universele DMX-controller:
Sluit de LED projectors aan de Mini Led Manager aan zoals in de vorige hoofdstukken wordt vermeld.
Verbind de Mini Led Manager(s) met alle andere DMX apparaten in de DMX kring.
Zet alle eenheden aan en geef het juiste DMX adres in. (vergeet niet op DIP-schakelaar 10 uit te
schakelen)
Zet uw universele DMX-controller aan en neem een kijkje op de DMX-grafiek hieronder om de
verbonden Mini Led Managers te controleren:
JB SYSTEMS
22/44
®
HANDLEIDING
MINI LED MANAGER