aansluiting van een bijkomende actieve
luidspreker). Via de ingebouwde Bluetooth-
ontvanger kunnen audiobestanden van een
Bluetooth-geluidsbron (bv. smartphone)
worden afgespeeld.
Verdere uitrusting:
– 2-kanaals ontvangstmodule (2 × 16 kana-
len in het UHF-bereik 863,1 – 864,9 MHz)
voor het gebruik met twee radiozenders;
geschikte radiozenders zijn bv. de zen-
ders uit de TXA-800-serie
– audiospeler om cd's, USB-opslagmedia
en geheugenkaarten af te spelen
– zendmodule (16 kanalen in het UHF-be -
reik 863,1 – 864,9 MHz), om het uit-
gangssignaal draadloos naar andere
actieve luidsprekers van de serie TXA-
800 / -1000 / -1020 over te dragen
3.1 Conformiteit en goedkeuring
Hiermee verklaart MONACOR INTERNA-
TIONAL dat de ontvangstmodule en de
zendmodule van het apparaat TXA-1022CD
in overeenstemming zijn met de richtlijn
2014 / 53 / EU. De EU-verklaring van over-
eenstemming kan bij MONACOR INTER-
NATIONAL worden aan gevraagd.
Het gebruik van de ontvangstmodule
en de zendmodule is algemeen toegelaten
in de Lidstaten van de EU en de EFTA, en
is vrij van registratie en van heffingen.
4 Opstelling / transport
Het apparaat kan vrij opgesteld of via de
statiefaansluiting aan de onderzijde op een
PA-luidsprekerstatief gemonteerd worden.
Voor het transport is het apparaat voor-
zien van een uittrekbare telescoopgreep.
Druk de ontgrendelingstoets aan de greep-
onderzijde naar beneden en schuif de
greep naar wens uit / in elkaar.
5 Voedingsspanning
5.1 Gebruik op netstroom /
accu's laden
1) Als u het apparaat op netstroom wilt
gebruiken en / of u de interne accu's wilt
opladen, sluit het bijgeleverde netsnoer
dan aan op de jack POWER (19) en plug
de stekker in een stopcontact (230 V~ /
50 Hz).
2) Bij aansluiting op netstroom schakelt het
automatisch laadsysteem voor accu's
in: Tijdens het laden lichten de leds van
de batterij-indicator (4) permanent ach-
tereenvolgens op. Het apparaat moet
niet zijn ingeschakeld om te laden, maar
kan ook tijdens het laden worden ge -
bruikt. Als het laden voltooid is, licht de
bovenste led "FULL" permanent op.
3) Na gebruik of na het laden van de accuʼs
trekt u de stekker van het apparaat uit
het stopcontact, zodat er niet onnodig
stroom wordt verbruikt.
30
5.2 Gebruik met accuʼs
Tijdens het accubedrijf kunt u via de res-
pectieve led van de batterij-indicator (4) de
laadtoestand van de accuʼs aflezen:
lading 80 – 100 %
lading minder dan 80 %
lading minder dan 50 %
lading minder dan 20 %
Belangrijk: Om beschadiging van de accu's
door volledige ontlading te vermijden en een
verminderde levensduur ervan te verhinderen,
neemt u de volgende aanwijzingen in acht:
– Voor de eerste ingebruikname en na langere
buitenbedrijfstelling moet u de accu's steeds
volledig opladen.
– Als de led "20 %" knippert, zijn de accu's bijna
ontladen en moeten ze zo snel mogelijk wor-
den geladen.
– Zorg dat de accu's volledig worden geladen,
voordat u ze voor lange periode opbergt, en
herhaal dit ten minste om de twee maanden
tijdens de opbergperiode.
6 Audio-aansluitingen
Alle aansluitingen mogen alleen bij uitge-
schakeld apparaat worden uitgevoerd.
6.1 Ingangen
U kunt twee microfoons aansluiten: de eer-
ste microfoon via een XLR- of een 6,3 mm-
stekkerbus op de aansluiting MIC 1 (18) en
de tweede via een 6,3 mm-stekkerbus op
de jack MIC 2 (17).
Op de Cinchjacks LINE IN (13) en de
3,5 mm-jack AUX IN (15) kunt u audio -
apparatuur met lijnsignaalniveau (bv. cd-/
mp3-speler, mengpaneel, cassettedeck,
radio) aansluiten. U kunt zowel mono- als
stereoapparatuur aansluiten, bij een stereo-
ingangssignaal worden het linker en rechter
kanaal aan een monosignaal toegevoegd.
6.2 Uitgangen
Op de uitgangen LINE OUT en AUX OUT
(14) kunt u andere audioapparatuur aan-
sluiten, bv. een opnameapparaat of een bij-
komende actieve luidspreker. Op beide uit-
gangen is het mengsignaal van de ge luids-
bronnen beschikbaar, ongewijzigd door de
klankregelaars (6) en de regelaar MASTER
(11). Op elke uitgangsjack – de twee cinch-
jacks en de 3,5 mm-jack – is een monosig-
naal beschikbaar.
7 Bediening
1) Stel de regelaar MASTER (11) van het
apparaat in op de stand "MIN", alvorens
het apparaat in te schakelen.
2) Om het apparaat in en uit te schakelen,
gebruikt u op de schakelaar POWER
(5). Bij ingeschakeld apparaat licht de
schakelaar op. De batterij-indicator (4)
geeft de laadtoestand van de accuʼs
aan.
Om bij accubedrijf een beschadiging
van de accu's door volledige ontlading
te vermijden, zorgt een ontladingsbevei-
liging ervoor dat het apparaat automa-
tisch uitschakelt. Door de zelfontlading
van de accu's kan een volledige ontla-
ding echter ook optreden, als het appa-
raat niet langer wordt gebruikt. Let daar-
bij absoluut op de tekst in het kader
"Belangrijk" in hoofdstuk 5.2.
3) Schakel de geluidsbronnen die u wilt
horen, en stel het gewenste geluidsvo-
lume in met de respectieve regelaars /
toetsen (zie hieronder); met de regelaar
MASTER (11) stelt u het totale geluids-
volume voor de actieve luidspreker in.
Regeling van het geluidsbronvolume:
– voor de twee ontvangers van het
tweekanaalse ontvangstmodule (be-
diening
hoofdstuk 7.1) gebruikt u
de respectieve volumeregelaar (2),
CH.A of CH.B.
– voor de ingebouwde audiospeler (be -
diening
hoofdstuk 7.3) gebruikt u
de volumeregelaar VOLUME (33)
– voor een apparaat op de ingang AUX
IN (15) en voor de Bluetooth-ontvan-
ger (be diening
hoofdstuk 7.2)
gebruikt u de volumeregelaar (8) op
het bedieningspaneel AUX
Opmerking: De regelaar bepaalt het ge-
luidsvolume van het mengsignaal van
beide bronnen, als ze gelijktijdig worden
gebruikt.
– voor een apparaat op de ingang LINE
IN (13) gebruikt u de volumeregelaar
(7) op het bedieningspaneel LINE
– voor een aangesloten microfoon ge-
bruikt u de respectieve volumerege -
laar (10 of 9) erboven
Stel het geluidsvolume van niet-ge bruikte
bronnen steeds in op de minimumstand
of schakel de bronnen volledig uit.
OPGELET Stel het volume nooit te
hoog in. Langdurige bloot-
stelling aan hoge volumes
kan het gehoor beschadi-
gen! Het gehoor raakt aan-
gepast aan hoge geluidsvo-
lumes die na een tijdje niet
meer zo hoog lijken. Ver-
hoog daarom het volume
niet nog meer, nadat u er
gewoon aan bent geraakt.
4) Voor de bediening van de zendmodule:
zie hoofdstuk 1,
.
5) Stel met de regelaar van de hoge tonen
TREBLE en de regelaar van de lage
tonen BASS (6) de klank in voor de
actieve luidspreker.
6) Met de toets VOICE PRIORITY (12)
kunt u de voorrangsschakeling van de
microfoon activeren. Als de toets is
ingedrukt (led eronder licht op), wordt bij
aankondigingen via een aangesloten
microfoon of via een radiomicrofoon het