37
4. Montage en transport
Opstelling
1.
Hef het apparaat met de hulp van
een tweede persoon omhoog uit de
verpakking.
2.
Plaats het apparaat op een geschi-
kte ondergrond:
− Alle vier voeten van het apparaat
moeten vast op de ondergrond
staan.
− De ideale hoogte van de onder-
grond bedraagt 800 mm.
− De stabiliteit van het apparaat
moet ook tijdens het bewerken
van grotere werkstukken gega-
randeerd zijn.
3.
Zaagkop iets naar beneden druk-
ken, vasthouden en transportver-
grendeling (38) eruit trekken. Zaag-
kop langzaam omhoog zwenken.
4.
Verpakking voor latere doeleinden
bewaren
of
milieuvriendelijk
afvoeren.
38
39
Transport
Snijdieptebeperking (39) in buiten-
1.
positie vastklikken.
2.
Zaagkop naar beneden zwenken en
transportvergrendeling (38) binnen-
schuiven.
Opzetstukken (40) van de werkstu-
3.
kaanslag naar binnen schuiven en
vergrendelen.
4.
Tafelverbreiding naar binnen schui-
ven.
5.
Toestel zijdelings aan de tafel optil-
len.
5. Bijzondere producteigen-
schappen
− 94° Snijhoekbereik voor schuine
sneden (47° links tot 47° rechts) met
zeven blokkeerposities.
− 110° snijhoekbereik voor versteks-
neden (50° links tot 60° rechts) met
tien inklikpunten.
− Vrij instelbare rastpositie voor vers-
teksneden.
− Voorzichtige zachte aanloop.
− Motor rem.
− Geïntegreede wegklapbare snijdiep-
tebeperking voor het vervaardigen
van groeven.
− Precieze en robuuste gietalumini-
umconstructie.
− Hardmetaalzaagblad.
− probleemloze vervanging van het
zaagblad door zaagbladblokkering
en zonder demontage van de draai-
bare beschermkap.
− Maximale snijhoogte 106 mm.
− Trekinrichting maakt zagen van
werkstukken tot 320 mm snijbreedte
mogelijk.
− Ergonomische bediening voor links-
en rechtshandigen.
− Werkstukaanslag
bare opzetstukken.
− Mogelijkheid tot montage van een
bijkomende aanslag.
− GeÏntegreerde tafelverbreiding.
6. Het apparaat in detail
3
Tip:
In dit hoofdstuk worden de bel-
angrijkste bedieningselementen van uw
apparaat kort voorgesteld.
Het correcte gebruik van het apparaat
wordt beschreven in het hoofdstuk
40
„Bediening". Lees het hoofdstuk „Bedie-
ning", alvorens u het apparaat voor de
eerste keer in gebruik neemt.
Hoofdschakelaar
•
Motor inschakelen:
Druk op de Aan/Uit-schakelaar (41)
en houd de schakelaar ingedrukt.
•
Motor uitschakelen:
Laat de Aan/Uit-schakelaar los.
Draaitafel
De draaitafel (42) kan om 50° naar links
en 60° naar rechts worden gedraaid en
klikt in de hoekniveau´s 0°, 15°, 22,5°,
31,6°, 45° en 60° vast. De wijzer maakt het
instellen van hele en halve graadgetallen
mogelijk.
met
verschuif-
Voor het draaien van de draaitafel moet
de vergrendelschroef (44) worden losge-
maakt en evt. de blokkeerhendel (43)
naar beneden worden gedrukt.
A
verstekhoek tijdens het zagen niet
verandert, moet de stelschroef van de
draaitafel (ook in de inklikpunten!)
worden vastgedraaid.
NEDERLANDS
41
43
42
Opgelet!
Om ervoor te zorgen dat de
44
7