NEDERLANDS
2.
Schuif de zaagkop geheel naar ach-
teren (van de gebruiker weg).
3.
In-/uit-schakelaar
drukken
gedrukt houden.
4.
Zaagkop(54) langzaam geheel naar
beneden laten dalen, daarbij de
handgreep met beide handen vast
houden. Bij het zagen slechts licht
drukken, dit voorkomt een dalen van
het motortoerental.
5.
Trek de zaagkop naar voren (in
richting gebruiker).
54
6.
Werkstuk in één handeling doorza-
gen.
7.
In-/uit-schakelaar loslaten en zaag-
kop langzaam in de bovenste uit-
gangspositie terug laten zwenken.
8.3
Versteksneden
3
Aanwijzing:
Bij het verstekzagen wordt het
werkstuk gezaagd in een hoek ten
opzichte van de achterste aanlegrand.
Maximale doorsnede van het werkstuk
(afmetingen in mm):
10
Breedte ca.
15°
en
22,5°
31,6°
45°
50°
60°
rechts
Uitgangspositie:
− De
zaagkop
gezwenkt.
− Opzetstukken van de werkstukaans-
lag naar binnen geschoven en ver-
grendeld.
− Snijdieptebeperking in buitenpositie
vastgeklikt.
− De inclinatie van de kantelarm ten
opzichte van de loodlijn bedraagt 0°,
de grendelhefboom voor de instel-
ling van de inclinatie is vastgezet.
− Trekinrichting helemaal achteraan.
− De stelschroef van de trekinrichting
is losgedraaid.
− Blokkeerhendel (56) van de draaita-
fel in bovenste positie.
Een werkstuk zagen:
Draai de stelschroef (57) van de
1.
draaitafel (55) los.
Blokkeerhendel (56) naar beneden
2.
drukken.
3.
Stel de gewenste hoek in.
3
Aanwijzing:
De draaitafel klikt vast in de vol-
gende hoekstanden: 0°, 15°, 22,5°,
31,6°, 45° en 60°.
4.
Draai de stelschroef van de draaita-
fel vast.
5.
Zaag het werkstuk zoals beschre-
ven onder „Rechte sneden".
Instelbare blokkeerpositie:
Aanvullend tot de voorhanden blokkeer-
positie kan een vrij te kiezen blokkeerpo-
sitie worden ingesteld:
Hoogte ca.
309
106
295
106
272
106
226
106
205
106
160
106
is
naar
boven
55
56
57
Blokkerhendel (56) zo ver naar
1.
beneden drukken dat hij in de
onderste positie blijft staan.
2.
Draaitafel tot aan het vastklikken
draaien.
Vastzethendel (58) losmaken.
3.
58
4.
Draaitafel
in
de
draaien, die als blokkerpositie dient
te worden vastgelegd.
5.
Vastzethendel vasttrekken
Om op de vaste vergrendelpunten te
kunnen teruggrijpen, moet de rasthendel
weer in de bovenste positie worde. In de
onderste positie van de rasthendel kan
de draaitafel alleen in de instelbare blok-
keerpositie vastklikken.
8.4
Schuine sneden
3
Aanwijzing:
Bij het schuin zagen wordt het
werkstuk gezaagd in een hoek ten
opzichte van de loodlijn. Afhankelijk van
de hellingshoek kan het noodzakelijk
zijn, voor het zagen de opzetstukken van
de werkstukaanslag te verwijderen.
Maximale doorsnede van het werkstuk
(afmetingen in mm):
Breedte ca.
22,5°
320
links
22,5°
320
rechts
45°
320
links
45°
320
rechts
47 °
320
links
47 °
320
rechts
verstekhoek
Hoogte ca.
97
78
60
38
57
30