Oorzaken van terugslag en waarschuwingen daar-
voor
– Terugslag is een plotselinge reactie op een
bekneld, vastgelopen of niet-uitgelijnd zaagblad,
waardoor de oncontroleerbare cirkelzaag omhoog,
uit het werkstuk en in de richting van de gebruiker
gaat;
– Indien het zaagblad in de zaagsnede vastgekneld
of geklemd raakt, zal het zaagblad blokkeren en
wordt de zaag door de motorreactie plotseling
naar de gebruiker teruggeslagen;
– Indien het zaagblad gewrongen of gebogen in de
snede zit, kunnen de tanden op het achtereinde
van het zaagblad in het bovenoppervlak van het
werkstuk snijden, zodat het zaagblad uit de
zaagsnede naar omhoog wordt gedreven en naar
de gebruiker wordt teruggeslagen.
Terugslag is het gevolg van misgebruik van de cirkelzaag
en/of onjuiste gebruiksprocedures of -omstandigheden,
en kan worden voorkomen door goede voorzorgsmaatre-
gelen te treffen, zoals hieronder vermeld:
9.
Houd de cirkelzaag stevig vast met beide handen
en houd uw armen zodanig dat een terugslag
wordt opgevangen. Ga aan een van beide zijden
van het zaagblad staan, en nooit vlak achter het
zaagblad. Door terugslag kan de cirkelzaag achter-
waarts springen, maar de kracht van de terugslag
kan met de juiste voorzorgsmaatregelen door de
gebruiker worden opgevangen.
10. Wanneer het zaagblad vastloopt, of wanneer u
om een of andere reden het zagen onderbreekt,
laat u de aan/uit-schakelaar los en houdt u de
cirkelzaag stil in het materiaal totdat het zaag-
blad volledig tot stilstand is gekomen. Probeer
nooit het zaagblad uit het werkstuk te halen of
de cirkelzaag naar achteren te trekken, terwijl
het zaagblad nog draait omdat hierdoor een
terugslag kan optreden. Zoek de oorzaak van de
blokkering van het zaagblad en neem de nodige
maatregelen om het probleem te verhelpen.
11. Wanneer u de cirkelzaag weer inschakelt terwijl
het zaagblad in het werkstuk zit, plaatst u het
zaagblad in het midden van de zaagsnede en
controleert u dat de tanden niet in het materiaal
grijpen. Als het zaagblad is vastgelopen, kan wan-
neer de cirkelzaag wordt ingeschakeld het zaagblad
uit het werkstuk lopen of terugslaan.
12. Ondersteun grote panelen om de kans op klem-
men en terugslaan van het zaagblad tot een
minimum te beperken. Grote panelen hebben de
neiging om onder hun eigen gewicht door te buigen.
Plaats steunen onder het paneel aan beide zijden
van het gereedschap, dicht bij de zaaglijn en dicht bij
de buitenrand van het paneel.
13. Gebruik geen onscherpe of beschadigde zaag-
bladen. Onscherpe of slecht gemonteerde zaagbla-
den produceren een smalle zaagsnede, hetgeen
overmatige wrijving, klemming van het zaagblad en
terugslag tot gevolg kan hebben.
14. De hendels voor afstelling van de zaagblad-
diepte en de verstekhoek moeten goed vastgezet
zijn voordat u gaat zagen. Er is gevaar voor klem-
ming van het zaagblad en terugslag indien de
afstelling van het zaagblad tijdens het zagen ver-
schuift.
15. Wees
extra
voorzichtig
zaagsnede maakt in een bestaande wand of een
andere plaats waar u de achterkant van het zaag-
oppervlak niet kunt zien. Wanneer het zaagblad
door het materiaal heen breekt, kan het een voor-
werp raken waardoor een terugslag optreedt.
Functie van de onderste beschermkap
16. Controleer voor elk gebruik of de onderste
beschermkap goed sluit. Gebruik de cirkelzaag
niet als de onderste beschermkap niet vrij kan
bewegen en onmiddellijk sluit. Klem of bind de
onderste beschermkap nooit in de geopende
stand vast. Als u de cirkelzaag per ongeluk laat val-
len, kan de onderste beschermkap worden verbo-
gen. Til de onderste beschermkap op aan de
terugtrekhendel en controleer dat deze vrij kan
bewegen en niet het zaagblad of enig ander onder-
deel raakt, onder alle verstekhoeken en op alle
zaagdiepten.
17. Controleer de werking van de veer van de onder-
ste beschermkap. Indien de beschermkap en de
veer niet behoorlijk werken, dient u deze te repa-
reren vóór het gebruik. De onderste beschermkap
kan stug bewegen ten gevolge van beschadigde
onderdelen, aangezette lijm of opbouw van vuil.
18. De onderste beschermkap mag alleen met de
hand worden geopend voor het maken van spe-
ciale zaagsneden, zoals een "blinde" zaagsnede
en "samengestelde" zaagsnede. Til de onderste
beschermkap op aan de terugtrekhendel en laat
deze los zodra het zaagblad in het materiaal
zaagt. Bij alle andere typen zaagsneden, dient de
onderste beschermkap automatisch te werken.
19. Let er altijd op dat de onderste beschermkap het
zaagblad bedekt voordat u de cirkelzaag op een
werkbak of vloer neerlegt. Een onbeschermd
zaagblad dat nog nadraait, zal de cirkelzaag achter-
uit doen lopen waarbij alles op zijn weg wordt
gezaagd. Denk aan de tijd die het duurt nadat de het
gereedschap is uitgeschakeld voordat het zaagblad
stilstaat.
20. U kunt de onderste beschermkap controleren,
door deze met de hand te openen, los te laten en
te kijken hoe hij sluit. Controleer tevens of de
terugtrekhendel de behuizing van het gereed-
schap niet raakt. Het zaagblad onbeschermd laten
is UITERST GEVAARLIJK en kan leiden tot ernstig
persoonlijk letsel.
Aanvullende veiligheidsvoorschriften
21. Stop het zaagblad niet door er zijwaartse druk op
uit te oefenen.
22. GEVAAR:
Probeer niet om afgezaagde stukken te verwijde-
ren terwijl het zaagblad nog draait.
LET OP:
Nadat de zaag is uitgeschakeld, blijft het zaag-
blad nog een tijdje ronddraaien.
23. Plaats het bredere deel van de zaagvoet op het
gedeelte van het werkstuk dat stevig onder-
steund is, en niet op het gedeelte dat eraf zal val-
len wanneer het zagen voltooid is.
24. Probeer nooit een zaagsnede te maken met het
gereedschap
ondersteboven
schroef geklemd. Dit is uiterst gevaarlijk en kan
ernstige ongelukken veroorzaken.
25. Draag tijdens het gebruik een veiligheidsbril en
oorbeschermers.
wanneer
u
een
in
een
bank-
27