Voor Het Gebruik - Hitachi DV 10DA Instrucciones De Manejo

Nederlands
OPMERKING
Verwijder na gebruik eerst de batterijen uit de lader
en bewaar de batterijen op de juiste manier.
Betreffende het ontladen raken van nieuwe batterij
e.d.
Aangezien bij nieuwe en langdurig niet gebruikte
batterij de chemische aktiviteit is teruggelopen, zal
de stroomopbrengst bij het eerste en tweede gebruik
slechts gering zijn. Dit is een tijdelijk verschijnsel; de
normale oplaadtijd kan hersteld worden door de accu
2 à 3 maal bij kamer-temperatuur op te laden.
Om langdurig gebruik van de batterij te bevorderen
(1) Laad batterij op vóórdat ze volledig uitgeput zijn.
Merkt u dat de gevoede apparatuur minder krachtig
gaat werken, onderbreek dan het gebruik en laad de
batterij op. Als u apparatuur op batterijvoeding te lang
blijft gebruiken, kan dit leiden tot teruglopen van de
batterijwerking en eventueel zelfs beschadiging ervan.
(2) Verricht het opladen niet bij hoge temperatuur.
Een oplaadbare batterij zal onmiddellijk na gebruik
gewoonlijk erg warm zijn. Als u een dergelijke batterij
onmiddellijk gaat opladen, zal de chemische balans
in het inwendige verstord worden en zal de
levensduur van de batterij afnemen. Laat de batterij
daarom even afkoelen, voor u met opladen begint.
VOORZICHTIG
Als de batterij bij gebruik te warm geworden is (door
gebruik in de volle zon e.d.), bestaat de kans dat het
controlelampje niet rood oplicht. Mocht dit zich
woordoen, laat de batterij dan eerst even afkoeken
alvorens u deze oplaadt.
Wanneer het controlelampje snel in rood knippert
(vijfmaal per sekonde), neem de batterij dan uit het
oplaadapparaat en controleer de opening van de
laatste dan op de aanwezigheid van een voorwerp dat
er niet hoort. Is er geen voorwerp in de opening
aanwezig, dan is de storing waarschijnlijk te wijten
aan de oplaadbare batterij of het oplaadapparaat. Laat
deze dan controleren door een bevoegde
onderhoudsinstantie.
Aangzien de ingebouwde micoprocessor van de
UC12YA / UC14YF / UC14YF2 een drietal sekonden
nodig heeft om te reageren op het loskoppelen van
de batterij, dient u minimaal drie sekonden te wachten
voordat u de batterij weer aansluit om het laden te
vervolgen. Als de batterij binnen de drie sekonden
wordt aangesloten, bastaat dat kans de deze niet goed
wordt opgeladen.

VOOR HET GEBRUIK

1. Aanbrengen van een boor
Alvorens de boor te bevestigen, dient u te kontroleren
of de schakelaar vergrendelt is.
Voor boorkop zonder sleutel
(1) Monteren van een boor/draaistuk (Zie Afb. 4)
1 Schuif de kraag naar de losse kant (FREE).
2 Houd de ring vast en draai de kraag naar links (tegen
de klok in, van voren af gezien).
3 Plaats een schroevedraaier-bit e.d. in de sleutelloze
klem en pak de ring stevig vast. Draai de karrg naar
32
rechts (met de klok mee, van voren af gezien) en draai
hem stevig aan.
4 Schuif de kraag naar de vaste kant (LOCK) en zet hem
vast.
(2) Verwijderen van een boor/draaistuk
1 Schuif de kraag naar de losse kant (FREE).
2 Houd de ring stevig vast, draai de kraag naar links tot
deze los zit en verwijder het boor- of schroefbit.
WAARSCHUWINGEN
Draai niet aan de kraag als die naar de vaste kant
(LOCK) geschoven staat, want dit zou schade aan de
sleutelloze klem kunnen veroorzaken.
Gebruik het gereedschap uitsluitend nadat de kraag
naar de vaste, beveiligde kant (LOCK) is geschoven.
Voor boorkop-sleutel
Gebruik altijd de sleutel om de boor te bevestigen. Er
zijn drie openingen dus gebruik deze om de boor
gelijkmatig vast te zetten. (Zie Afb. 5)
OPMERKING
Een sleutel is aan het toestel bevestigd. Trek deze naar
u toe om hem los te maken. Bevestig de sleutel na
gebruik op dezelde plaats (Zie Afb. 6).
2. Kontroleer of de batterij op de juiste manier
aangebracht is.
3. Kontroleer de draairichting.
Wanneer de keuzeschakelaar op
draait de boor naar rechts, van achter gezien. Wanneer
de schakelaar op
L
links (Zie Afb. 7).
(De L en de R markeringen zijn op de behuizing
aangebracht.)
VOORZICHTIG
Als de trekkerschakelaar wordt ingetrokken, kan de
keuzeschakelaar niet verzet worden. Laat de
trekkerschakelaar
keuzeschakelaar te verzetten.
Gebruik de klopboormachine altijd met de
draairichting naar rechts wanneer deze gebruikt wordt
als slagboor.
4. SLAG naar ROTATE omzetting (Afb. 8)
De boormachine kan door eenvoudig verschuiven van
de verstelhendel omgeschakeld worden van slagboor
(met draaien) naar gewone boorfunktie. Schuif de
verstelhendel naar rechts voor het boren in steen of
dergelijke materialen. De boor slaattegen het
materiaal terwijl hij gelijktijdig draait. Schuif de
verstelhendel naar links bij het boren in metaal, hou
of plastic. De boormachine draait dan als eer normale
boormachine.
VOORZICHTIG
De slagboor niet gebruiken met slagboorfunctie,
wanneer het materiaal met de normale boorfunctie
geboord kan worden. Men vermindert daardoor niet
alleen het vermogen van de boor, de boorpunt kan
tevens beschaldigd worden. Bij het omschakelen moet
er op gelet wroden, dat de stelring tot aan de aanslag
gedraaid wordt.
5. Veranderen van de draaisnelheid
Gebruik de rotatietoets om de draaisnelheid te
veranderen. Druk op de vergrendeltoets en schuif de
rotatietoets in de richting van de pijl. (Zie Afb. 9 en
10). Door de rotatietoets op "LOW" te zetten, draait
de boor met lage shelheid. Wanneer de toets op
"HIGH" gezet wordt, draait de boor op hoge snelheid.
R gezet wordt,
gezet wordt, draait de boor naar
altijd los alvorens de