– FOTO
Afhankelijk van de geselecteerde ingangsbron
zijn sommige menuopties mogelijk niet be-
schikbaar.
BEELDMODUS
Beeldmodus selecteren: GEBRIKER, STAN
DAARD, LEVENDIG, SPORT, FILM, GAME
Bij een wijziging van de instelling verschijnt
soms de waarschuwing dat hierdoor het ener-
gieverbruik kan toenemen. U kunt vervolgens
afbreken of bevestigen met OK.
AUTOM. ACHTERGRONVERLICHTING
Selecteer een waarde voor de achtergrond-
verlichting: UIT, LAAG, GEMIDDELD, ECO.
Met de instelling UIT kunt u onder ACHTER
GRONVERLICHTING een afzonderlijke in-
stelling configureren.
HELDERHEID
Helderheid verminderen of verhogen (schaal
0-100)
CONTRAST
Contrast verminderen of verhogen (schaal
0-100)
VERZADIGING
Verzadiging verminderen of verhogen (schaal
0-100)
KLEURTOON
Kleurtoon verminderen of verhogen (schaal
-50 -50)
SCHERPTE
Scherpte verminderen of verhogen (schaal
0 - 20)
GAMMA
Selecteer de instelling voor het gamma: DON
KER, MIDDEN, HELDER
KLEURTEMPERATUUR
Selecteer de kleurtoon: GEBRUIKER, KOEL,
STANDAARD, WARM. U kunt rode, groene
en blauwe tinten ook afzonderlijk instellen.
WEERGAVEMODUS
Selecteer de gewenste weergavemodus.
GEAVANCEERDE VIDEOINSTELLINGEN
Hier zijn de volgende opties beschikbaar.
DNR
26
Met dynamische ruisonder-
drukking kunt u de ruis in
het beeld verminderen en de
beeldkwaliteit bij een zwak
analoog signaal verbeteren.
Selecteer UIT, LAAG, GE
MIDDELD, STERK of AUTO
MATISCH.
Met MPEG-ruisonder-
drukking wordt beeldruis
in videogegevens met
MPEG NR
MPEG-compressie verwijderd
voor een hogere beeldkwa-
liteit. Selecteer UIT, LAAG,
GEMIDDELD of STERK.
De functie MaxVivid active-
MAXIMA
ren/deactiveren voor een
LE HEL
dynamischere en soepelere
DERHEIT
beeldweergave.
Met deze functie wordt de
verlichting aangepast aan
AAN
het videomateriaal voor
PASBARE
een betere waarneming van
LUMARE
zwart en wit. Selecteer UIT,
GELING
LAAG, GEMIDDELD of
STERK.
Met deze functie wordt
het beeld in kleinere delen
onderverdeeld. De contras-
tinstellingen van de verschil-
lende delen van het beeld
LOKAAL
worden dan, afhankelijk van
INSTEL
de inhoud, verschillend ge-
BAAR
optimaliseerd. Daardoor krij-
CON
gen donkere en lichte delen
TRAST
meer diepte zonder dat daar-
bij details verloren gaan en
de kwaliteit van andere delen
van het beeld erop achter-
uitgaat. Kies uit UIT, LAAG,
GEMIDDELD en HOOG.
HUID
De huidskleurfunctie active-
KLEUR
ren/deactiveren.
Met deze functie wordt het
schokkerige effect gecorri-
geerd dat bij een beeldweer-
gave van 24 fps ontstaat.
Hierbij wordt de inhoud in
DI
60/120 fps geconverteerd,
FILMMO
waardoor een veel vloeien-
DUS
dere weergave van het beeld
mogelijk wordt. Selecteer UIT
of AUTOMATISCH. Deze
functie is niet beschikbaar in
de pc- en gamemodus.
Koelere wittinten worden
doorgaans als helderder wit
waargenomen. Met deze
functie wordt de witbalans
BLUE
gewijzigd en kunnen gemid-
STRETCH
delde en hogere grijswaar-
den door het toevoegen van
blauwe tinten in een koelere
kleurtemperatuur worden
weergegeven.