NL
Bewaar deze handleiding voor toekomstige raadpleging
1. VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE
VEILIGHEID
Alle gebruikers dienen alle informatie in deze handleiding
voor de eigenaar te lezen en helemaal te begrijpen alvorens
de
luchtcompressor
onderhoudswerkzaamheden erop uit te voeren.
Neem de volgende regels voor veilige bediening zorgvuldig door
en zorg ervoor dat u alle waarschuwingen begrijpt.
De akoestische drukwaarde gemeten op 4 m, gemeten in het vrije
veld, is gelijk aan de potentiele akoestische waarde aangegeven
op het label dat is geplaatst op de compressor, waarvan dan 20
dB wordt afgetrokken.
N
VÓÓR HET GEBRUIK
L
● De compressor moet in geschikte omgevingen worden gebruikt
(goed geventileerd, omgevingstemperatuur +5°C tot +40°C) en
nooit bij aanwezigheid van stof, zuren, dampen, explosieve of
ontvlambare gassen.
● Houd altijd een veiligheidsafstand van minstens 4 meter tussen de
compressor en het werkgebied aan.
● Eventuele verkleuringen die verschijnen op de riembeschermers
van de compressor tijdens lakspuiten, wijzen op een te geringe
afstand.
● Steek de stekker van de stroomkabel in een qua vorm, spanning
en frequentie geschikt stopcontact dat voldoet aan de geldende
voorschriften.
● Gebruik voor de stroomkabel verlengsnoeren met een lengte van
hoogstens 5 meter en met een kabeldoorsnede van niet minder dan
1.5 mm².
● Men raadt het gebruik van verlengsnoeren met een andere lengte,
alsmede adapters en meervoudige stekkerdozen af.
● Gebruik uitsluitend de AAN/UIT-schakelaar om de compressor uit te
schakelen.
● Gebruik uitsluitend de handgreep om de compressor te verplaatsen.
● Koppel de stroomkabel en de luchtslang altijd los van de
luchtcompressor alvorens hem te vervoeren.
● De werkende compressor moet op een stabiele, horizontale
ondergrond.
ALGEMENE VEILIGHEIDSAANWIJZINGEN
● Richt de luchtstroom nooit op mensen, dieren of op het eigen lichaam
(Gebruik een beschermbril om de ogen tegen vreemde voorwerpen
die door de luchtstroom worden verplaatst te beschermen).
● Richt vloeistoffen die door op de compressor aangesloten
gereedschappen worden gespoten nooit op de compressor zelf.
● Gebruik het apparaat nooit met blote voeten of vochtige handen of
voeten.
● Trek nooit aan de stroomkabel om de stekker uit het stopcontact te
trekken of om de compressor te verplaatsen.
● Het apparaat mag niet blootgesteld aan weersinvloeden (regen,
zon, mist, sneeuw).
● Laat de compressor nooit in de regen staan. Gebruik de compressor
nooit in vochtige of natte omstandigheden. Zorg voor een goede
verlichting. Gebruik de compressor nooit in de nabijheid van
ontvlambare vloeistoffen of gassen.
● Vervoer de compressor niet met de ketel onder druk.
● Voer op de ketel geen lassen of mechanische bewerkingen uit. In
geval van defecten of corrosie moet de ketel vervangen worden.
● Zorg ervoor dat de compressor niet door onervaren personeel wordt
gebruikt. Houd kinderen en dieren uit de buurt van het werkgebied.
● Het apparaat is niet bestemd om gebruikt te worden door personen
(inclusief kinderen) wiens lichamelijk, sensoriele of mentale
vermogen verminderd is of die geen ervaring of kennis hebben van
het apparaat, tenzij zij geholpen worden door een persoon die over
hun veiligheid waakt en voor toezicht zorgt of instructies geeft over
het gebruik van het apparaat.
te
assembleren,
te
bedienen
● Kinderen moeten onder toezicht staan om ervoor te zorgen dat ze
niet met het apparaat spelen.
● Plaats geen ontvlambare voorwerpen of voorwerpen van nylon of
stof in de buurt en/of op de compressor.
● Reinig de machine niet met ontvlambare vloeistoffen of
of
oplosmiddelen. Gebruik uitsluitend een vochtige doek en controleer
of de stekker uit het stopcontact is verwijderd.
● Het gebruik van de compressor is strikt beperkt tot de compressie
van lucht. Gebruik de compressor niet voor andere gassoorten.
● De door het apparaat geproduceerde perslucht is zonder speciale
behandelingen niet bruikbaar voor toepassingen op farmaceutisch,
voedings- of gezondheidsgebied en mag niet gebruikt worden voor
het vullen van zuurstofflessen voor duikers.
● Controleer of het luchtgebruik en de maximale bedrijfsdruk van het
te gebruiken luchtdrukgereedschap en verbindingsleidingen (met
de compressor) geschikt zijn voor de op de drukregelaar ingestelde
druk en met de hoeveelheid door de compressor geleverde lucht.
● Raak om ernstige brandwonden te voorkomen nooit de onderdelen
van de cilinderkop of de leidingen aan tijdens of onmiddellijk na de
bediening.
WERKING
● Om oververhitting van de elektrische motor te voorkomen
werd
deze
compressor
ontworpen (werk nooit aan meer dan een 25% bedrijfscyclus. Als
deze luchtcompressor meer dan 25% van een uur lucht pompt,
dan bedraagt het vermogen van de compressor minder dan de
luchtuitstroming die door de toepassing vereist wordt. Pas altijd de
vereisten van luchtvolume van het hulpstuk of de accessoire aan
de luchtvolume-uitstroming van de compressor aan). In geval van
oververhitting treedt de thermische beveiliging van de motor in
werking zodat de stroom automatisch afgesloten wordt wanneer
de temperatuur te hoog is. De motor start automatisch opnieuw
wanneer de normale temperatuurcondities hersteld zijn.
● Wanneer de compressor op een stroomgenerator aangesloten
is en de drukschakelaar in de stand "I" (Aan) staat, zal de
compressor automatisch de cylcus uitvoeren.
– Raak nooit onderdelen in beweging aan.
– Houd alle lichaamsdelen, haar, kleding en juwelen ver van
onderdelen in beweging.
– Bedien de luchtcompressor niet wanneer alle schermkappen en
beschermende afdekkingen niet op hun plaats staan.
– Ga nooit op de compressor staan.
● De compressor is uitgerust met een veiligheidsventiel dat
ingeschakeld wordt bij slechte werking van de drukschakelaar om
de machineveiligheid te garanderen.
● De rode streep op de manometer geeft de maximumbedrijfsdruk
van het reservoir aan, en niet de geregelde druk.
● Tijdens het aansluiten van een pneumatisch gereedschap op een
buis met perslucht die door de compressor wordt geleverd, moet de
luchtstroom die uit deze buis komt absoluut afgesloten zijn.
● Het gebruik van perslucht voor de verschillende toepassingen die
mogelijk zijn (opblazen, pneumatische gereedschappen, lakspuiten,
wassen met reinigingsmiddelen uitsluitend op waterbasis enz.)
veronderstelt kennis en inachtneming van de voorschriften die voor
de afzonderlijke gevallen gelden.
● Overschrijd nooit de toegestane maximumdruk, aanbevolen door de
fabrikant, van een hulpstuk of een accessoire dat u samen met de
compressor gebruikt.
● Controleer of het luchtgebruik en de maximale bedrijfsdruk van het
te gebruiken luchtdrukgereedschap en verbindingsleidingen (met
de compressor) geschikt zijn voor de op de drukregelaar ingestelde
druk en met de hoeveelheid door de compressor geleverde lucht.
32
voor
intermitterende
werking