• Trim nu jonge planten in de gewenste vorm. De
hoofdstammen moeten onbeschadigd blijven, totdat
de heg de geplande hoogte heeft bereikt. Alle andere
takken worden tot de helft gesnoeid.
10.3
Vrijgroeiende hagen onderhouden
Hoewel vrijgroeiende hagen niet gesnoeid worden, moe-
ten ze regelmatig onderhouden worden om te voorkomen
dat de haag te hoog wordt.
10.4
Snoei op het juiste moment
• Bladhaag: juni en oktober
• Conifeerhaag: april en augustus
• Snelgroeiende haag: vanaf mei om de 6 weken
Let op voor nestelende vogels in de haag. Stel in dat ge-
val het knippen uit of sla dit gedeelte over.
11 Reiniging en onderhoud
WAARSCHUWING
Laat reparatie- en onderhoudswerkzaamhe-
den, die niet in deze gebruikshandleiding be-
schreven staan, uitvoeren door een gespeci-
aliseerde werkplaats. Gebruik uitsluitend ori-
ginele reserveonderdelen.
Er bestaat gevaar voor ongevallen! Voer on-
derhouds-
en
reinigingswerkzaamheden
doorgaans uit met een verwijderde accu. Er
bestaat gevaar voor verwonding! Laat het
product altijd afkoelen voordat onderhouds-
of reinigingswerkzaamheden worden uitge-
voerd. Elementen van de motor zijn heet. Er
bestaat gevaar voor letsel en brandwonden!
Het product kan onverwacht starten en kan daardoor
verwondingen veroorzaken.
–
Verwijder de accu.
–
Laat het product afkoelen.
–
Verwijder het inzetstuk.
VOORZICHTIG
Draag bij het hanteren van de messen veilig-
heidshandschoenen!
11.1
Reiniging
1. Wacht tot alle bewegende delen tot stilstand zijn ge-
komen.
2. Reinig de maaibalk na elk gebruik met een doek be-
vochtigd met olie.
3. Olie de maaibalk na elk gebruik met het oliekannetje
of een spray.
4. Dompel het product om te reinigen nooit onder in wa-
ter of andere vloeistoffen.
5. Spuit het product nooit af met water.
58 | NL
6. Zorg dat de veiligheidsinrichtingen, de ventilatiesleu-
ven en de motorbehuizing zo stof- en vuilvrij mogelijk
zijn. Wrijf het product met een schone doek af en
blaas deze met perslucht bij lage druk uit. Wij advise-
ren u, om het product direct na elk gebruik te reinigen.
7. Ventilatieopeningen moeten altijd vrij zijn.
8. Gebruik geen reinigingsmiddelen of oplosmiddelen;
deze kunnen de kunststofonderdelen van het product
aantasten. Zorg ervoor dat er geen water in het pro-
duct kan komen.
11.2
Onderhoud
1. Controleer het product voor elk gebruik op zichtbare
defecten, zoals losse, versleten of beschadigde on-
derdelen.
2. Controleer de vaste zitting van de schroeven in de
maaibalken.
3. Controleer afdekkingen en veiligheidsvoorzieningen
op beschadigingen en kijk of ze goed zitten. Vervang
ze indien nodig.
4. Lichte afslijting aan de snijtanden kunt u zelf gladma-
ken. Slijp daartoe de tanden met een oliesteen. Alleen
scherpe snijtanden zorgen voor goede snijprestaties.
5. Stompe, verbogen of beschadigde maaibalken moe-
ten worden vervangen.
12 Opslag
Voorbereiding voor de opslag
1. Verwijder de accu.
2. Reinig en controleer het product op schade.
3. Voor het transport of bij opslag van het product dekt u
het mes met de mesbescherming af.
4. Meststoffen en andere chemische stoffen die in de
tuin worden gebruikt, bevatten stoffen die sterk corro-
sief op de metalen delen kunnen werken. Bewaar het
product niet in de nabijheid van deze stoffen.
Bewaar het product en de bijbehorende accessoires op
een donkere, droge en vorstvrije en voor kinderen ontoe-
gankelijke plaats.
De optimale bewaartemperatuur ligt tussen 5 °C en 30 ˚C.
Bewaar het product in de originele verpakking.
Dek het product af om het te beschermen tegen stof of
vocht. Bewaar de gebruikshandleiding bij het product.
12.1
Wandophanging
WAARSCHUWING
Gevaar door beschadiging van toevoerleidin-
gen
Contact met elektrische kabels kan leiden tot elektri-
sche schokken en brand, contact met een gasleiding
kan leiden tot een explosie. Beschadiging van een wa-
terleiding kan materiële schade en een elektrische
schok veroorzaken.
–
Controleer voor wandbevestiging of er geen leidin-
gen in de muur zitten in de buurt van de boorgaten
die beschadigd kunnen raken.
* = niet meegeleverd!
www.scheppach.com