36
VICTOR
Bediening
(NL)
USB-C SOCKET – gebruik deze aansluiting om
(1)
de firmware van de Victor bij te werken met de
SynthTribe-app en om deze te besturen met behulp
van MIDI CC's. Houd er rekening mee dat de Victor
niet reageert op MIDI-note on/off. Hij kan ook
worden gebruikt om presets te uploaden die zijn
bewerkt in de PRO-VS MINI.
OLED DISPLAY – dit scherm toont de golfvormen
(2)
van de Victor in werking, en patchnamen en
parameters tijdens het bewerken.
DATA – gebruik deze regelaar om
(3)
parameterwaarden in te stellen tijdens het
bewerken en om het vereiste presetgeheugen te
selecteren tijdens het bewerken en bespelen.
X/MOD – houd deze knop ingedrukt en gebruik
(4)
de DATA-regelaar (3) om de diepte van de externe
X-asmodulatie via de X-in-aansluiting (10) te
selecteren. Met kort indrukken kunt u door pagina's
bladeren tijdens het bewerken. Leds (5) zullen
allemaal groen oplichten terwijl de X-mod wordt
aangepast.
LEDs – deze leds geven aan welke menupagina
(5)
wordt weergegeven op het OLED-display (2):
Oscillator A-D-menu, Mix Envelope-menu of
Waveform Oscilloscoop. In de Oscilloscoop-modus
kan de DATA-regelaar (3) worden gebruikt om door
de 32 presets te bladeren.
SAVE – Houd deze knop ingedrukt om bewerkte
(6)
presets op te slaan in het interne geheugen. Met kort
indrukken kunt u door parameters bladeren tijdens
het bewerken.
Y/MOD – houd deze knop ingedrukt en gebruik
(7)
de DATA-regelaar (3) om de diepte van de externe
Y-asmodulatie via de Y-in-aansluiting (10) te
selecteren. Met kort indrukken kunt u door pagina's
bladeren tijdens het bewerken. Leds (5) zullen
allemaal groen oplichten terwijl de Y-mod wordt
aangepast.
FREQ – houd deze knop ingedrukt en gebruik de
(8)
DATA-regelaar (3) om het frequentiebereik in te
stellen. Bereiken 1 – 8 vertegenwoordigen een
frequentiebereik van C0 – C7 +/- 7 semitones (halve
tonen). Bereik 9 staat voor een bereik van acht
octaven. Met kort indrukken kunt u door parameters
bladeren tijdens het bewerken. Leds (5) zullen
allemaal geel oplichten terwijl het frequentiebereik
wordt aangepast.
JOYSTICK – gebruik de joystick om de balans
(9)
tussen oscillatoren A – D handmatig te veranderen
en om zo nodig interne en externe X/Y-modulatie
te genereren.
X/Y IN – gebruik deze 3,5 mm mono jackaansluiting
(10)
om de X/Y-modulatie van de joystick te voeden
met externe bronnen. Het bereik is –5 V tot +5 V.
De joystick is uitgeschakeld voor elke as die extern
wordt gemoduleerd, maar kan nog steeds worden
gebruikt voor externe modulatie via de X- en
Y-uitgangen (13).
FREQ – gebruik deze regelaar om de Victor
(11)
op andere instrumenten te stemmen. Stel het
stembereik in met de toets FREQ (8) en de
DATA-regelaar (2).
FM – gebruik deze regelaar om frequentiemodulatie
(12)
op de oscillatoren toe te passen vanaf een
externe bron die op socket 16 is aangesloten.
Door de regelaar rechtsom te draaien, wordt FM
geïntroduceerd, linksom introduceert FM met
geïnverteerde golfvorm. In de stand 12 uur wordt
er geen FM toegepast.
X/Y OUT – gebruik deze 3,5 mm mono
(13)
jackaansluiting om externe apparatuur aan te
Quick Start Guide
37
