Snelle referentiegids
HET GLANSSPOELMIDDELRESERVOIR BIJVULLEN
Glansspoelmiddel maakt het DROGEN van de vaat gemakkelijker. Het
glansspoelmiddelreservoir A moet worden gevuld wanneer het controle-
lampje GLANSSPOELMIDDEL BIJVULLEN
B
Wanneer dit gebeurt het gemorste glansspoelmiddel onmiddellijk met een droge
doek reinigen.
3. Om het te sluiten het deksel naar beneden drukken totdat u een klik hoort.
Het glansspoelmiddel NOOIT rechtstreeks in de kuip gieten.
De dosering glansspoelmiddel aanpassen
Als u niet volledig tevreden bent over de droogresultaten kunt u de gebru-
ikte hoeveelheid glansspoelmiddel aanpassen.
Volg de instructies in het hoofdstuk „INSTELLING MENU" om dit te wijzigen.
Als het niveau van het glansspoelmiddel is ingesteld op NUL (ECO) zal
geen glansspoelmiddel worden afgegeven. Het controlelampje LAAG
GLANSSPOELMIDDEL zal niet branden als het glansspoelmiddel op is.
Er kan een maximum van 6 niveaus worden ingesteld, afhankelijk van het
model afwasmachine.
• Als u blauwe strepen op het vaatwerk ziet stel dan een laag getal in (0-3).
• Als er druppels water of kalkaanslag op het vaatwerk zijn stel dan een
hoog getal in (4-5).
DAGELIJKS GEBRUIK
1. WATERAANSLUITING CONTROLEREN
Controleer of de wasmachine is aangesloten op de waterleiding en of
de waterkraan open is.
2. DE AFWASMACHINE INSCHAKELEN
Open de deur en druk op de toets AAN/UIT.
3. DE REKKEN VULLEN (zie REKKEN VULLEN).
4. HET VAATWASMIDDELMIDDELDOSEERBAKJE VULLEN
5. HET PROGRAMMA KIEZEN EN DE CYCLUS AANPASSEN
Kies het meest geschikte programma op basis van het soort
serviesgoed en de vervuilingsgraad (zie PROGRAMMABESCHRIJVING)
door de toets van het gekozen PROGRAMMA in te drukken.
Selecteer de gewenste opties (zie OPTIES EN FUNCTIES). Niet alle opties
zijn compatibel met alle programma's.
6. START
Start het programma door op de toets START/Pauze te drukken en de
deur binnen 4 sec. te sluiten. Wanneer het programma start hoort u een
enkele piep. Als de deur niet binnen 4 seconden is gesloten, hoort u
een geluid ter waarschuwing. Open in dat geval de deur, druk op de
START/Pauze-toets en sluit de deur opnieuw binnen 4 sec.
7. EINDE VAN HET WASPROGRAMMA
Het einde van het wasprogramma wordt aangegeven door pieptonen
en doordat het wascyclusnummer op het display knippert. Open de
deur en schakel het apparaat uit door op de toets AAN/UIT te drukken.
Een paar minuten wachten voordat het serviesgoed wordt verwijderd -
om brandwonden te voorkomen. De rekken uitladen, te beginnen met
het onderste rek.
ADVIEZEN EN TIPS
ADVIEZEN
Verwijder alvorens de manden te laden alle voedselresten uit het serviesgoed
en leeg de glazen. Het serviesgoed hoeft niet tevoren onder stromend wa-
ter afgespoeld te worden.
Het serviesgoed zo rangschikken dat het stevig op zijn plaats staat en niet omslaat;
rangschik de containers met de openingen naar beneden gericht en de holle/bolle
onderdelen schuin geplaatst, waardoor het water elk oppervlak kan bereiken en
vrij kan stromen.
Waarschuwing: zorg ervoor dat deksels, grepen, platen en koekenpannen de
sproeierarmen niet belemmeren bij het draaien.
Plaats geen kleine voorwerpen in de bestekmand.
Erg vervuild vaatwerk en pannen moeten in de onderste mand worden geplaatst,
omdat in deze ruimte de watersproeiers sterker zijn en hogere wasprestaties
hebben.
Zorg ervoor dat na het laden van het apparaat de sproeierarmen vrij kunnen
draaien.
op het display brandt
1. Open het doseerbakje B door
de tab op het deksel in te dru-
kken en omhoog te trekken.
2. Het glansspoelmiddel zorgvul-
dig inbrengen tot aan de maxi-
mum (110 ml) insteekgleuf van
de vulruimte - voorkom morsen.
A
HET VAATWASMIDDELDOSEERBAKJE VULLEN
Gebruik de opening apparaat C om het vaatwasmiddeldoseerbakje te
openen. Het vaatwasmiddel alleen in het droge doseerbakje D invoeren.
Plaats de hoeveelheid vaatwasmiddel voor voorspoelen direct in de kuip.
1. Raadpleeg bij het afmeten van het vaatwasmiddel de
eerder vermelde informatie om de juiste hoeveelheid
toe te voegen. In het doseerbakje D vindt u de aan-
wijzingen voor het doseren van het vaatwasmiddel.
D
2. Verwijder de resten vaatwasmiddel van de randen van
C
het doseerbakje en sluit het deksel totdat het klikt.
3. Sluit het deksel van het vaatwasmiddeldoseerbak-
je door het omhoog te trekken tot het sluitings-
mechanisme is vastgezet.
Het vaatwasmiddeldoseerbakje opent automatisch op het juiste moment,
volgens het programma.
Het gebruik van vaatwasmiddelen die niet bedoeld zijn voor
vaatwasmachines kan de slechte werking van het apparaat
veroorzaken of het beschadigen.
EEN LOPEND PROGRAMMA WIJZIGEN
Als er een verkeerd programma geselecteerd is, kan het worden gewijzigd,
mits het nog maar net begonnen is. RESET de machine: Houd de toets
AAN/UIT langer dan 3 sec. ingedrukt. De machine wordt uitgeschakeld.
Het dashboard toont "0:01". Schakel de machine weer in met de toets
AAN/UIT en selecteer het nieuwe programma en eventuele gewenste
opties. Start het programma door op START/Pauze te drukken en de deur
binnen 4 sec. te sluiten.
EXTRA SERVIESGOED TOEVOEGEN
Open de deur een klein stukje zonder de machine uit te schakelen, zorg dat
er geen water uitspat (het controlelampje START/Pauze knippert) (Let op:
Hete stoom!) en doe de vaat in de vaatwasser. Druk op de START/Pauze
-toets en sluit de deur binnen 4 sec. , de cyclus wordt hernomen vanaf het
punt waarop het was onderbroken.
ONBEDOELDE ONDERBREKING
Als de deur wordt geopend of als de stroom uitvalt tijdens het programma,
stopt het programma. ALLEEN DOOR OP START/Pauze TE DRUKKEN en
de deur binnen 4 sec. te sluiten, gaat het programma weer verder vanaf het
punt waarop het werd onderbroken.
ONGESCHIKT SERVIESGOED
• Houten servies en bestek.
• Kwetsbare gedecoreerde glazen, artistiek handwerk en antiek serviesgoed.
Hun decoraties zijn hier niet tegen bestand.
• Delen van synthetisch materiaal die niet bestand zijn tegen hoge tempera-
turen.
• Koperen en tinnen serviesgoed.
• Serviesgoed bevuild met as, was, smeervet of inkt.
De kleuren van glasdecoraties en aluminium/zilveren stukken kunnen wijzi-
gen en vervagen tijdens het wasproces. Sommige soorten glas (bv. kristallen
voorwerpen) kunnen na een aantal wascyclussen ook dof worden.
SCHADE AAN GLASWERK EN SERVIESGOED
• Gebruik alleen glas en porselein waarvan de fabrikant garandeert dat
het veilig is voor de afwasmachine.
• Gebruik een zacht vaatwasmiddel dat geschikt is voor serviesgoed.
• Haal glazen en bestek uit de afwasmachine zodra het wasprogramma
afgelopen is.
NL
41