Alarmfunctie
Nood groepsoproepen kunnen worden uitgezonden en ontvangen
in Trunked Mode Operation (TMO) of in Direct Mode Operation
(DMO). Als uw terminal is ingesteld op werking via een gateway,
kunnen noodoproepen via de gateway worden geplaatst.
U kunt een noodgroepsoproep sturen naar en ontvangen van:
• de geselecteerde groep (TMO en DMO) (in een tactisch
noodgeval)
• een voorgedefinieerde groep (indien geen tactisch noodgeval).
Neem contact op met uw leverancier als u wilt weten welke stand is
geselecteerd.
Uw leverancier zal de alarmfunctie en de functie Alarmmicrofoon
programmeren.
Noodoproepen krijgen alarmprioriteit in het systeem.
De alarmfunctie activeren/deactiveren
Houd de noodtoets aan de linkerkant van de MTM800 Enhanced
ingedrukt om over te schakelen naar de alarmfunctie.
U dient de noodtoets standaard 0,5 seconden lang ingedrukt te houden
om de alarmfunctie te activeren. Hoe lang deze toets moet worden
ingedrukt, kan door de leverancier worden geprogrammeerd.
Houd Einde ingedrukt om de alarmfunctie af te sluiten. De
mobilofoon schakelt weer terug naar het standaarddisplay.
Een noodoproep uitzenden
De MTM800 Enhanced zal automatisch een noodoproep plaatsen
wanneer de alarmfunctie is geactiveerd. Deze wordt als volgt
verzonden:
• automatisch wanneer u de alarmfunctie activeert
• als u nogmaals op de noodtoets drukt wanneer de MTM800
Enhanced in de alarmfunctie staat.
Nadat het alarm verzonden is, wordt in het display een van de
volgende terugmeldingen uit het systeem weergegeven:
• Alarm verzonden
• Alarm mislukt
In beide gevallen keert het display binnen enkele seconden terug
naar het hoofdscherm van de alarmfunctie.
All manuals and user guides at all-guides.com
29