FM-RADIO
De volgende afbeelding toont het scherm dat correspondeert met de functie FM
RADIO:
1.
Handbediende modus
2.
Geluid onderdrukt
3.
Geheugenmodus
4.
Volumeregeling
Druk lang op AUX1+ AUX2 in de gebruikersinterface om van de handbediende
modus over te gaan naar de geheugenmodus en omgekeerd.
Handbediende modus
Als de handbediende modus ingeschakeld is, is het overeenkomende pic-
togram actief:
om de radiofrequenties te zoeken, drukt u kort op de toetsen AUX1 (achter-
waarts zoeken) en AUX2 (voorwaarts zoeken);
om de radiofrequenties snel achtereen te zoeken, drukt u lang op de toet-
sen AUX1 (achterwaarts zoeken) en AUX2 (voorwaarts zoeken);
om een frequentie/radiostation in het geheugen op te slaan, drukt u lang op
de draaiknop (ENTER).
Geheugenmodus
Als de geheugenmodus ingeschakeld is, wordt het overeenkomende picto-
gram geactiveerd:
om de opgeslagen radiofrequenties/stations te zoeken, drukt u kort op de
toetsen AUX1 (vorige station) en AUX2 (volgende station);
om het automatische zoeken te activeren, drukt u lang op AUX1 (achter-
waarts zoeken) en AUX2 (voorwaarts zoeken);
om een frequentie/radiostation in het geheugen op te slaan, drukt u lang op
de draaiknop (ENTER);
Bovendien:
om de modus GELUID ONDERDRUKT te activeren, houdt u de draaiknop
kort ingedrukt: het overeenkomende pictogram wordt geactiveerd;
om het volume te regelen draait u de draaiknop;
om terug te keren naar het hoofdmenu van de toepassing Media Player
drukt u op de toets ESC in de gebruikersinterface.
Nadat de frequenties opgeslagen zijn in het geheugen, kan een opgeslagen
frequentie geselecteerd en toegewezen worden aan een overeenkomend
geheugennummer:
houd de draaiknop kort ingedrukt om de opgeslagen frequentie te selec-
teren;
draai de draaiknop om het geheugennummer aan de frequentie toe te wij-
zen;
druk op de knop (ENTER) om te bevestigen.
1-14
GEBRUIK EN ONDERHOUD
Afb. 34
Afb. 35