Overzicht lamp GL 80 SC/C (afb� 3�8)
A
Afdekkapje
B
Aansluitklem
Steekverbinding
D
E
Lichtkubus
F
Aardingsklem
Lichtsterkteverdeling (afb� 3�9/3�10/3�11/3�12)
Reikwijdte (alleen SC) (afb� 3�13)
Opmerking:
Wanneer de lampen te dicht bij elkaar zijn geplaatst, kunnen foutieve schake-
lingen voorkomen, omdat de uitgezonden hoogfrequente signalen elkaar
onderling storen. (afb� 3�14 A)
De volgende maatregelen helpen, om deze fout te vermijden:
• Monteer de lampen met een onderlinge afstand van minimaal 5 m.
• Verbind de lampen via de Smart Remote app en schakel de sensor bij af-
zonderlijke lampen m.b.v. de Sensor-Off functie gericht uit (afb� 3�14 B + C).
Door de koppeling worden bij beweging ook lampen ingeschakeld waarvan
de sensor gedeactiveerd is.
4� Elektrische aansluiting
Schakelschema (afb� 4�1)
De stroomtoevoer bestaat uit een 2- tot 3-polige kabel.
= fase (meestal zwart of bruin)
L
N = nuldraad (meestal blauw)
PE = aarde (groen/geel)
In geval van twijfel moeten de draden met een spanningstester worden ge-
identificeerd; vervolgens weer spanningsvrij maken. De fase (L) en de nuldraad
(N) worden op het kroonsteentje aangesloten. Aardedraad (PE) isoleren en
toevoegen.
Bij GL 80 SC/C moet de aardedraad (PE) op de aardingsklem worden
aangesloten.
Belangrijk: verwisseling van de aansluitingen kan in het apparaat of in uw ze-
keringenkast kortsluiting veroorzaken. In dit geval moeten de afzonderlijke ka-
bels geïdentificeerd en opnieuw gemonteerd worden. In de stroomtoevoerkabel
kan natuurlijk een schakelaar voor IN- en UIT-schakelen worden gemonteerd.
Belangrijk: de lichtbron van deze lamp kan niet worden vervangen. Mocht het
noodzakelijk worden om die te vervangen (bijv. aan het einde van zijn levens-
duur), dan moet de complete lamp worden vervangen.
- 57 -