Vinculación de dispositivos de seguridad
Al vincular varios dispositivos hay que tener
en cuenta:
• La vinculación de PNOZ e1p está
permitido sólo a partir de la versión 3.0.
• Las salidas de seguridad a las que hay
conectadas cargas pueden conectarse
adicionalmente con las entradas de
seguridad de máx. 4 dispositivos
PNOZelog.
• Se permite llevar a cabo vínculos Y/O
exclusivamente con salidas de seguridad
de dispositivos PNOZelog de Pilz. La
categoría según EN 954-1 del conjunto de
la interconexión viene determinada por el
dispositivo con la menor categoría.
• Todos los dispositivos vinculados tienen
que estar conectados a la misma tensión
de alimentación.
Vinculación Y/O
¡Advertencia! La señal de salida
de un dispositivo PNOZelog en la
entrada O puentea la función de
seguridad del dispositivo. Las salidas
de seguridad conducen entonces
independientemente del estado de
los circuitos de entrada.
Circuito de entrada
Circuito d'ingresso
Ingangscircuit
sin detección de derivación
senza riconoscimento del cortocircuito
zonder detectie van onderlinge sluiting
con detección de derivación
con riconoscimento del cortocircuito
met detectie van onderlinge sluiting
El conexionado de Y4 tiene que ser
llevado a cabo tal como se representa
aquí (de modo divergente a la representa-
ción con el circuito de entrada).
Funcionamento
El modo de funcionamiento ajustado es
detectado por el dispositivo al rearmar. En el
tiempo requerido para ello parpadea el LED
"POWER".
El dispositivo se encuentra listo para el
servicio cuando el LED "POWER" se ilumina
permanentemente.
Indicaciones de estado
• "CH.1" o bien "CH.2" se iluminan:
Conduce la salida de seguridad 14 o bien
la 24, los contactos de seguridad 33-34,
43-44, 53-54 y 63-64 están cerrados.
• "CH.1" o bien "CH.2" se apagan:
La salida de seguridad 14 o bien la 24
bloquea, los contactos de seguridad
33-34, 43-44, 53-54 y 63-64 están
abiertos.
Collegamento dei moduli di sicurezza
Per il collegamento di più dispositivi
osservare quanto segue:
• Il collegamento di PNOZ e1p è solo
consentito a partire dalla versione 3.0.
• Le uscite di sicurezza con carichi collegati,
possono essere collegate anche agli
ingressi di sicurezza fino ad un massimo di
4 dispositivi PNOZelog.
• Si possono eseguire collegamenti AND/
OR esclusivamente ad uscite di sicurezza
di dispositivi PNOZelog della Pilz. Il
dispositivo con la categoria più bassa
determina la categoria dello schema
generale secondo la norma EN 954-1.
• Tutti i dispositivi connessi devono essere
collegati alla stessa tensione di
alimentazione.
Collegamento AND/OR
Avvertenza! Il segnale di uscita di un
dispositivo PNOZelog sull'ingresso
OR, bypassa la funzione di sicurezza
del dispositivo. Le uscite di sicurezza
sono attive e quindi indipendenti
dallo stato dei circuiti d'ingresso.
Y y O
AND e OR
EN en OF
Il cablaggio di Y4 deve essere eseguito
come rappresentato qui di seguito (in
modo diverso dalla rappresentazione per
il circuito d'ingresso).
Funzionamento
Allo start il dispositivo riconosce il modo
operativo definito. Entro il tempo necessario
il LED "POWER" lampeggia.
Il dispositivo è pronto al funzionamento,
quando il LED "POWER" rimane acceso in
modo fisso.
Visualizzazioni di stato
• "CH.1" e/o "CH.2" accesi: uscita di
sicurezza 14 e/o 24 è attiva, i contatti di
sicurezza 33-34, 43-44, 53-54 e 63-64 si
chiudono.
• "CH.1" e/o "CH.2" spenti: uscita di
sicurezza 14 e/o 24 non attiva, i contatti di
sicurezza 33-34, 43-44, 53-54 e 63-64 si
aprono.
- 6 -
Veiligheidsrelais verbinden
Neem bij het verbinden van meerdere
apparaten de volgende zaken in acht:
• Het verbinden van PNOZ e1p is pas
vanaf versie 3.0 toegelaten.
• Veiligheidsuitgangen waaraan belastingen
zijn aangesloten, mogen worden verbon-
den met de veiligheidsingangen van max.
4 PNOZelog-apparaten.
• U mag uitsluitend veiligheidsuitgangen van
PNOZelog-apparaten van Pilz met de
logische functie EN/OF verbinden. Het
apparaat met de laagste categorie bepaalt
de categorie volgens EN 954-1 van de
complete schakeling.
• Alle verbonden apparaten moeten op
dezelfde voedingsspanning worden
aangesloten.
EN/OF-verbinding:
Waarschuwing! Het uitgangssignaal
van een PNOZelog-apparaat op een
OF-ingang overbrugt de veiligheids-
functie van het apparaat. De
veiligheidsuitgangen geleiden dan
onafhankelijk van de toestand van de
ingangscircuits.
Y
AND
EN
Y4 moet worden bedraad zoals hier
weergegeven (afwijkend van de weergave
bij het ingangscircuit).
Bedrijf
Bij het starten detecteert het apparaat de
ingestelde bedrijfsmodus. In de daarvoor
benodigde tijd knippert de LED "POWER".
Het apparaat is bedrijfsklaar, als de LED
"POWER" continu oplicht.
Statusweergave
• "CH.1" dan wel "CH.2" licht op:
veiligheidsuitgang 14 dan wel 24 geleidt,
de veiligheidscontacten 33-34, 43-44,
53-54 en 63-64 zijn gesloten.
• "CH.1" dan wel "CH.2" dooft:
veiligheidsuitgang 14 dan wel 24 geleidt
niet, de veiligheidscontacten 33-34, 43-44,
53-54 en 63-64 zijn geopend.
O
OR
OF