NL
Voorbereiding van de werkzaamheden
Om de luchtslang (II) aan te sluiten, moet een geschikt mondstuk stevig aan de draad van de luchtinlaat worden geschroefd.
Controleer vóór het plaatsen van de schijf of het toegestane toerental van de schijf gelijk is aan of hoger is dan het maximale
toerental van de schuurmachine.
Op de spindel de schijf met de in de tabel met technische gegevens aangegeven afmetingen monteren. Draai de schijf met de
hand vast (IV) terwijl u met de steeksleutel de spindel vasthoudt. Zorg ervoor dat de sleutel uit het apparaat verwijderd is nadat
de schijf gemonteerd is. De sleutel links in het gereedschap verandert in een projectiel dat bij het starten ernstig letsel kan ver-
oorzaken.
Draai de schijf met de hand (enkele omwentelingen) om ervoor te zorgen dat de schijf soepel en zonder vastlopen draait.
Bevestig een schijf papier of schuurdoek aan de onderzijde van de schijf. Het oppervlak van de vast te klemmen schijf wordt
bedekt met een speciaal vliesdoek zodat de schijf met het klittenband op zijn plaats kan worden gehouden. De diameter van de
papieren/stoff en schijf moet dezelfde zijn als die van de schijf van het toestel, maar moet concentrisch worden bevestigd. De rand
van de schijf mag niet buiten de rand van de schijf van het toestel uitsteken. Het wordt aanbevolen om schijven zonder gaten te
gebruiken voor stofafzuiging tijdens het gebruik. De schuurschijf is niet voorzien van gaten en slijt sneller als u een gaatjesschijf
gebruikt.
Stel de luchtuitlaat van het apparaat zo af dat de luchtstroom van de uitlaat niet op de gebruiker (V) gericht is.
Het gereedschap is gereed voor aansluiting op een pneumatisch systeem.
Gereedschap op pneumatisch systeem aansluiten
De afbeelding laat de aanbevolen aansluiting van het gereedschap op het pneumatische systeem zien. Dit zorgt voor een zo
effi ciënt mogelijk gebruik van het gereedschap en verlengt ook de levensduur van het gereedschap.
Doe enkele druppels olie met viscositeit SAE 10 in de luchtinlaat.
Wanneer het gereedschap met een draairichtingschakelaar voor achteruitrijden is uitgerust, moet de juiste draairichting worden
ingesteld.
Pas waar mogelijk de druk (koppel) aan.
Sluit het gereedschap aan met een slang met een binnendiameter van 10 mm (3/8") op het pneumatische systeem. Zorg ervoor
dat de slang een sterkte van ten minste 1 MPa heeft. (V)
Zorg ervoor dat het aangebrachte gereedschap niet in contact komt met een voorwerp en laat het vervolgens enkele seconden
draaien om er zeker van te zijn dat er geen verdachte geluiden of trillingen uit het gereedschap komen.
Gereedschap starten en stoppen
Let op! Let er vóór het starten van het pneumatisch gereedschap op dat het ingestoken gereedschap niet met voorwerpen of
lichaamsdelen in aanraking komt.
Het gereedschap wordt bediend door middel van een hendel die de luchtklep opent en zo de toevoer van perslucht naar de ge-
reedschapsaandrijving verzekert. Druk de hendel in de richting van de behuizing. Het ventiel kan worden beveiligd met een slot
om te voorkomen dat de hendel per ongeluk wordt ingedrukt. Trek de hendel (VI) naar buiten voordat u de machine start. Gebruik
de vergrendeling telkens wanneer de schakelhendel niet wordt ingedrukt.
Het gereedschap het nominale toerental laten bereiken en pas daarna met de werkzaamheden beginnen.
Werken met een schuurmachine
Let erop dat het maximale toerental van de uitrusting hoger is dan dat van de schuurmachine.
Start de schuurmachine en laat de schijf op volle snelheid draaien. Alleen een roterende schijf op het werkstuk aanbrengen.
Houd de schuurmachine zo vast dat het schuren met het gehele oppervlak van de schuurschijf plaatsvindt. Hierdoor kan de schijf
gelijkmatig slijten.
Beweeg de schuurmachine naar u toe en van u weg en geleidelijk zijdelings. Het hout moet langs in de lengte van de ringen
worden geschuurd. Het schuren moet beginnen met dikker korrelig papier en geleidelijk fi jner korrelig papier gebruiken tot het
gewenste eff ect is bereikt. Controleer de toestand van het houtoppervlak niet met de blote hand. Dit kan tijdens het bewerken
letsel door splinters en bramen veroorzaken.
De papierkorrel moet gekozen worden in functie van het te behandelen oppervlak. Overmatige korrel in het schuurpapier veroor-
zaakt krassen op het oppervlak van het werkstuk.
Tijdens het gebruik regelmatig pauzes inlassen en de toestand van de schuurschijf en het vulniveau van de stofreservoir contro-
leren. Als u merkt dat de schuurschijf vastzit door het stof dat tijdens het gebruik is ontstaan of dat de schuurkorrel is afgesleten,
vervangt u de schijf door een nieuwe.
Plaats bij het schuren slechts de druk op het gereedschap die nodig is voor het bewerken van het materiaal. Overmatige druk
kan leiden tot ongelijke schuurresultaten en zelfs tot beschadiging van het werkstukoppervlak. Overmatige druk kan leiden tot
oververhitting van het oppervlak, wat bijvoorbeeld de gepolijste verffi lm kan beschadigen.
Selecteer de papiergradatie op basis van het soort werk dat u doet. Gebruik voor het schuren en strippen meer korrelig papier.
Gebruik voor het afwerken gladder papier.
Gebruik de schuurschijf die gebruikt is voor een bepaalde werkzaamheid, niet voor een andere. Zo bijvoorbeeld gebruikt u een
schijf die gebruikt is om verf te strippen, niet voor het verwijderen van roest. Verontreinigingen die na een bewerking op de schijf
O O R S P R O N K E L I J K E
I N S T R U C T I E S
77