de stekker eruit en laat de installatie afkoelen.
Bij elke ingebruikname moet er steeds nauwkeurig op worden gelet dat de pomp veilig en stabiel wordt opgesteld. Het toestel
moet altijd op een vlakke ondergrond en in rechtopstaande positie worden geplaatst.
Voer voor elk gebruik van de pomp een visuele controle uit. Dit geldt in het bijzonder voor het netsnoer en de
stekker. Controleer of alle schroeven goed vast zitten en de aansluitingen in goede staat zijn. Gebruik nooit een beschadigde
pomp. In geval van schade moet de pomp door een vakman worden gecontroleerd.
Bij de eerste ingebruikname moet de pompbehuizing (8) volledig zijn ontlucht. Vul daarom de pompbehuizing (8)
via de vulopening (9) volledig met water. Controleer of er water door lekkage verloren gaat. Sluit de vulopening weer
luchtdicht af. Het is uiterst raadzaam daarnaast ook de aanzuigleiding (2) te ontluchten - dus met water te
vullen. De elektrische pompen uit de SPIDO zijn zelfaanzuigend en kunnen daarom ook in
gebruik worden genomen, als alleen de pompbehuizing met water is gevuld. In dit geval zal het echter enige tijd duren voor de
pomp de te verpompen vloeistof heeft aangezogen en met de doorvoer begint. Bovendien kan het
bij deze methode nodig zijn de pompbehuizing meermaals met vloeistof te vullen. Dit hangt af van de lengte en diameter van
de aanzuigleiding. Open na het vullen eventueel aanwezige afsluitapparaten in de drukleiding (7), bijvoorbeeld een
waterkraan, zodat tijdens het aanzuigen de lucht kan ontwijken.
Steek de stekker in een 230-V wisselstroomstopcontact. Zet vervolgens de pomp aan d.m.v. de aan-
/uitschakelaar. Zodra de vloeistof gelijkmatig en zonder luchtbellen wordt doorgevoerd, is het systeem bedrijfsklaar. Gebruik
opnieuw de aan-/uitschakelaar om de pomp uit te zetten. Eventueel aanwezige
afsluitapparaten in de drukleiding kunnen dan weer worden gesloten.
Als de pomp langere tijd buiten bedrijf is geweest, moeten de beschreven stappen opnieuw worden doorlopen voor het toestel
weer in gebruik kan worden genomen.
De elektrische pompen SPIDO beschikken over een geïntegreerde thermische
motorbeveiliging. Bij overbelasting slaat de motor vanzelf af en gaat na voldoende te zijn afgekoeld weer vanzelf aan.
Mogelijke oorzaken en de daarbijbehorende oplossingen vindt u in het hoofdstuk "Onderhoud en hulp bij storingen".
8.
Automatisering d.m.v. speciale accessoires
Dit model beschikt over voldoende druk om desgewenst te worden geautomatiseerd. Automatisering betekent dat de
verpompte vloeistof op dezelfde manier kan worden gebruikt als water uit de waterleiding: eenvoudig door het openen en
sluiten van kranen of andere verbruikers.
Om het systeem te automatiseren, heeft u een elektronisch of mechanisch besturingssysteem nodig, dat eenvoudig en met
slechts enkele handelingen kan worden geïnstalleerd. Sommige besturingssystemen bieden extra voordeel door een efficiënte
bescherming tegen schade door drooglopen, omdat ze bij watergebrek de
pomp automatisch uitschakelen.
Wij bieden bij onze accessoires bijzonder betrouwbare besturingssystemen aan.
9.
Onderhoud en hulp bij storingen
Trek voor het verrichten van onderhoudswerkzaamheden altijd de stekker van de pomp uit het stopcontact.
Als de stroomtoevoer niet wordt onderbroken, kan bijv. gevaar ontstaan door per ongeluk starten van de
pomp.
Wij zijn niet aansprakelijk voor schade die is veroorzaakt door onvakkundige reparaties of pogingen daartoe.
Schade die is veroorzaakt door onvakkundige pogingen tot reparatie leidt tot het vervallen van alle
garantieaanspraken.
Door regelmatig onderhoud en zorgvuldige omgang met het toestel loopt u minder gevaar op storingen en zorgt u voor een
langere levensduur van uw toestel.
Als de pomp gedurende lange tijd niet wordt gebruikt, moet deze volledig worden geleegd door de aftapschroef
(10) voor water te openen. Spoel daarna de pomp met schoon water om. Laat het pomplichaam goed drogen om schade door
corrosie te voorkomen.
Bij vorst kan water dat in de pomp is achtergebleven door bevriezing aanzienlijke schade veroorzaken. Bewaar de pomp op
een droge, vorstveilige plek.
Laat de pomp niet met direct vocht in aanraking komen (bijvoorbeeld bij gebruik in combinatie met
tuinsproeiers). Laat de pomp niet in de regen staan. Let erop dat zich geen druppelende
aansluitingen boven de pomp bevinden. Gebruik de pomp niet in een natte of vochtige omgeving.
Zorg ervoor dat de pomp en de elektrische steekverbindingen beschermd zijn tegen overstromend
water.
De pomp mag niet werken als de toevoer is afgesloten.
Het is absoluut verboden de handen in de opening van de pomp te steken zolang het toestel aan het
elektriciteitsnet is aangesloten.
NL