VOOR U DE MOTOR GAAT STARTEN
1. Controleren en bijvullen van motorolie
1) Verricht de volgende procedure altijd pas nadat de motor is afgekoeld.
Anders zou u brandwonden kunnen oplopen.
Inspectie:
Plaats de bladblazer op een vlakke ondergrond en
●
verwijder de olievuldop.
Controleer het oliepeil (1). Let op of het oliepeil tussen
de bovenste (2) en onderste (3) limietmarkeringen
staat. Als de olie niet tot aan de 100 ml markering (4)
komt, dient u verse olie bij te vullen.
Olie bijvullen: Plaats de bladblazer op een vlakke ondergrond en
●
verwijder de olievuldop.
Vul olie bij tot aan het bovenste peilstreepje van het
oliepeilglas.
2) Over het algemeen zult u na ongeveer elke 20 gebruiksuren motorolie
moeten bijvullen (om de 10 – 15 keer dat u benzine bijtankt).
3) Ververs de olie wanneer die vuil is of duidelijk van kleur veranderd
is. (Zie onder "Motorolie verversen" voor de werkwijze en de
regelmaat waarmee u de olie moet verversen.)
Aanbevolen olie:
Originele Makita motorolie of SAE10W-30 olie van API-classificatie SF-klasse of hoger (4-takt motorolie voor auto's)
Oliecapaciteit:
Ongeveer 0,22 L (220 ml)
OPMERKING:
Als de blazer in opslag niet precies rechtop staat, kan de olie uit het peilglas in de motor vloeien, hetgeen bij controleren van het oliepeil een
●
onjuiste oliepeilaanduiding geeft. Dit kan resulteren in het overmatig bijvullen telkens wanneer u motorolie bijvult. Zorg dat de bladblazer bij
opslag precies rechtop staat.
Als er te veel motorolie is, kan de olie uit de ontluchting van het luchtfilter komen en de omringende onderdelen bevuilen, of kan witte rook
●
vrijkomen doordat overtollige olie wordt verbrand.
Vervangen van olie "olievuldop"
Verwijder stof of vuil rond de olievulopening en maak de olievuldop los.
●
Zorg dat er geen stof of zand op de losse olievuldop komt. Anders kan zand of stof dat aan de olievuldop kleeft leiden tot onregelmatige
●
olietoevoer of slijtage aan de motoronderdelen, hetgeen storingen kan veroorzaken.
Na het bijvullen van olie
Veeg alle gemorste olie weg met een lap.
●
90
(1)
(2)
(4)
(3)