BE
AUTO
AUTOAUTOMATISCH
Druk op de toets ON-OFF op de afstandsbediening. Druk op de toets MODE voor het selecteren van de bedrijfsmodus
AUTO. In de bedrijfsmodus "AUTO" selecteert de electronische besturing automatisch de bedrijfsmodus op basis van de
omgevingstemperatuur (gemeten door de ingebouwde sonde in de interne eenheid):
- ls de temperatuur van de kamer meer dan twee graden boven de op de afstandsbediening ingestelde temperatuur, dan
werkt de machine in de bedrijfsmodus koeling met de ventilator op lage snelheid.
- Als de omgevingstemperatuur meer dan 1°C lager is dan de op de afstandsbediening ingestelde temperatuur, dan komt
de machine tot stilstand.
Men kan de bedrijfsmodus "AUTO" ook activeren door middel van de keuzeschakelaar onder het frontpaneel van de inter-
ne eenheid.
COOL
KOELING
Druk op de toets ON-OFF op de afstandsbediening. Druk op de toets MODE om de bedrijfsmodus koeling te selecteren.
In deze bedrijfsmodus koelt de airconditioner het lokaal en reduceert tegelijkertijd de luchtvochtigheid. Stel met de toetsen
ADJUST de gewenste binnentemperatuur in. Het apparaat regelt automatisch de bedrijfsmodus van de compressor om
de binnentemperatuur op de waarde te houden.
Voorbeeld: Als in het lokaal een temperatuur heerst van 28° C moet men, om de compressor te starten en een koelcyclus
te laten beginnen, een temperatuur instellen van minder dan 27° C.
DRY
ONTVOCHTIGING
Druk op de toets ON-OFF op de afstandsbediening. Druk op de toets MODE om de bedrijfsmodus ontvochtiging te selecteren.
Deze bedrijfsmodus werkt afwisselend met koel- en ventilatiecycli om de lucht te ontvochtigen zonder noemenswaardig
de binnentemperatuur te veranderen. Deze bedrijfsmodus is geheel automatisch: het apparaat regelt zelfstandig de snel-
heid van de ventilator. ls de temperatuur van de kamer meer dan twee graden boven de op de afstandsbediening inge-
stelde temperatuur, dan werkt de machine in de bedrijfsmodus koeling met de ventilator op lage snelheid.
HEAT
VERWARMING
Druk op de toets ON-OFF op de afstandsbediening. Druk op de toets MODE om de bedrijfsmodus verwarming te selec-
teren: op de display verschijnt de tekst HEAT. In deze bedrijfsmodus verwarmt de airconditioner de lokalen in de bedrijf-
smodus "warmtepomp". Met andere woorden, de binnenruimte wordt verwarmd met de thermische energie van de kou-
dere externe lucht. Om de verwarmingscyclus op te starten moet men met de toetsen "TEMP" een temperatuur instel-
len die hoger is dan de omgevingstemperatuur in de kamer. Het apparaat regelt automatisch de bedrijfsmodus van de
compressor om de lokalen op de gewenste temperatuur te handhaven.
Voorbeeld: als er in het lokaal een temperatuur van 18° C heerst, dan moet men, om de compressor op te laten starten
en met verwarmen te laten beginnen, een temperatuur van 19° C of hoger instellen.
TRUBO
Druk op de toets ON/OFF, kies een van de functies COOL, HEAT of AUTO met de toets MODE en stel de temperatuur in. Druk
op de toets TURBO.Door middel van de TURBO functie bereikt de airconditioner de op de afstandsbediening ingestelde tem-
peratuur binnen zeer kort tijdsbestek. Als de gekozen temperatuur is bereikt, zal de airconditioner terugkeren naar de voorheen
ingestelde werking. OPMERKINGEN: Als de functies DRY of FAN zijn ingesteld, kunnen de SLEEP en TURBO functies niet
worden geactiveerd.
FOLLOW ME
Druk op de ON/OFF toets en kies een van de functies COOL, HEAT of AUTO met de toets MODE. Druk op de
toets FOLLOW ME. De functie FOLLOW ME meet de temperatuur in de kamer waar de afstandsbediening zich
bevindt, die elke 3 minuten het signaal naar de airconditioner zendt. Als u nogmaals op de toets FOLLOW ME drukt
wordt de functie uitgeschakeld. Als de airconditioner 7 minuten lang geen signaal ontvangt zal de functie automa-
tisch worden uitgeschakeld.
70
All manuals and user guides at all-guides.com
BEDRIJFSMODI