2.5 Inbouw leidingscompensator
Opmerkingen
Gelieve rekening te houden met de algemene aanwijzingen en de veiligheidsaanwijzingen in hoofdstuk 1
op te volgen.
a
De leidingscompensator en de houder voor de leidingscompensator maken geen deel uit van dit inbouwpakket
en dienen in afspraak met de klant afzonderlijk aan de hand van de elektronische onderdelencatalogus (ETK) te
worden besteld.
Het gebruik van de handy is bij montage van de leidingscompensator slechts mogelijk als de contactsleutel in
stand 1 gedraaid wordt (klem R), aangezien door stand 1 van de contactsleutel op de leidingscompensator het
signaal TEL EIN gesimuleerd wordt.
c
Voorbereidende werkzaamheden
De veiligheidsgordel van de rechter B-stijl losmaken.
De rechter B-stijl bekleding uitbouwen.
De bekleding versterker/CD-wisselaar (indien aanwezig) uit de bagageruimte uitbouwen.
De bekleding subwoofer (indien aanwezig) uit de bagageruimte uitbouwen.
Het zichtafschermings-/net-rolgordijn uitbouwen.
Het EHBO-kussen uitnemen.
De bekleding scheidingswand bagageruimte links en opbergbox achter losnemen.
De bekleding scheidingswand bagageruimte rechts uitbouwen.
De opname voor het zichtafschermings-rolgordijn uitbouwen.
De balustrade bagageruimte rechtsachter uitbouwen.
De balustrade bagageruimte rechtsvoor uitbouwen.
De inlegbodem voorin en achterin de bagageruimte uitbouwen.
De bekleding rechtsachter uit de bagageruimte uitbouwen.
Het opbergvak rechtsachter uit de bagageruimte uitbouwen.
Het sjoroog rechts in de bagageruimte uitbouwen.
De bekleding rechtsvoor uit de bagageruimte uitbouwen.
De ingevouwen pagina uitvouwen!
(pag. 2-83)
Fig. A
De leidingscompensator (11) op de houder leidingscompensator (14) uitlijnen en de boringen (52)
met een niet-watervaste stift aftekenen.
De leidingscompensator (11) verwijderen en de boringen (52) met boor ø 5,5 mm boren.
De boringen (52) afbramen en de leidingscompensator (11) met twee zeskantbouten met ring M 5 x 14 (21) en twee
zeskantmoeren met ring M 5 (20) op de houder leidingscompensator (14) vastschroeven.
Fig. B
b
De teruggebonden aansluitstekker X1765 (53, 54) van de telefoondraadboom (30) achter de isolatiemat rechts
in de bagageruimte vrijleggen.
c
De bestaande aansluitstekker leidingscompensator X1765, het zwarte 3-polige bussenhuis van de
telefoondraadboom, op het zwarte 3-polige pennenhuis (55) van de leidingscompensator (11) aansluiten.
De antenneleiding aan de bestaande schroefkoppeling (56) uit elkaar schroeven en als volgt aansluiten:
Het bestaande coaxiale bushuis (53) van de antenneleiding op het coaxiale penhuis (57) op de leidings-
compensator (11) vastschroeven.
Het bestaande coaxiale penhuis (54) van de antenneleiding op het coaxiale bushuis (58) op de leidings-
compensator (11) vastschroeven.
Fig. C
De houder leidingscompensator (14) met twee kunststofmoeren SW 10 (22) op de bestaande bevestigings-
tapeinden (59) vastschroeven.
Aansluitkabels en antenneleidingen met kabelstroppen (26) terugbinden.
2-74