NEDERLANDS
Juiste positie van de handen (fi g. 6)
WAARSCHUWING: Om het risico op
ernstig persoonlijk letsel te verminderen,
dient u ALTIJD de handen in de juiste
positie te hebben, zoals afgebeeld.
WAARSCHUWING: Om het risico op
ernstig persoonlijk letsel te verminderen,
houdt u het ALTIJD stevig vast,
anticiperend op een plotseling reactie.
De juiste positie van de hand betekent één hand op
de hoofdhandgreep (m) zoals weergegeven.
Variabele snelheidsschakelaar
(fi g. 1)
Druk de drukschakelaar (a) in om het toestel aan
te zetten.
Laat de drukschakelaar los om het toestel uit te
schakelen.
Uw werktuig is uitgerust met een remfunctie. Het
aambeeld zal stoppen zodra de drukschakelaar
volledig is losgelaten.
Gebruik een lagere snelheid om gaten aan te
zetten zonder een center punch, om in metaal of
plastic te boren of om schroeven in te draaien. Voor
een maximale levensduur van uw gereedschap
gebruikt u de variabele snelheid alleen om het in- of
uitdraaien van bouten te starten.
LET OP: Onafgebroken gebruik in de variabele
snelheidsstand wordt niet aanbevolen. Dit kan leiden
tot schade aan de schakelaar en dient te vermeden
te worden.
Controleknop links/rechts
(fi g. 1)
Een L/R-schakelaar (b) bepaalt de draairichting
van het werktuig en fungeert tevens als een
blokkeerfunctie.
Om een voorwaartse rotatie te selecteren laat u
de boorschakelaar los en drukt u de L/R-schakelaar
aan de rechterzijde van het werktuig uit.
Om draairichting te wijzigen drukt u de L/R-
schakelaar aan de linkerzijde van het werktuig uit.
De centrale positie van de bedieningsfunctie zet
het werktuig in de uitstand. Zorg ervoor dat u de
boorschakelaar niet ingedrukt houdt wanneer u van
draairichting verandert.
LET OP: De eerste maal dat u het werktuig gebruikt
nadat de draairichting is veranderd, kunt u bij het
beginnen een klikgeluid horen. Dit is volkomen
normaal en wijst niet op een probleem.
94
Werklicht (fi g. 1)
Er is een werklicht bevestigd (g) net boven de
drukschakelaar (a). Het werklicht zal worden
geactiveerd wanneer de drukschakelaar ingedrukt
wordt.
OPMERKING: het werklicht dient om het
rechtstreekse werkoppervlak te belichten en dient
niet als zaklamp.
Snelspanboorkop (fi g. 4)
DC825, DC827, DC835, DC837, DC845
OPMERKING: de boorkop werkt alleen met
1/4" zeskantige hulpstukken.
Zet de schakelaar in de afgrendelpositie (midden)
of verwijder de accuset voordat u hulpstukken
omwisselt.
Om een hulpstuk te installeren, trekt u de kraag
van de boorkop (c) weg van de voorkant van het
werktuig, voegt u het hulpstuk in en laat de kraag
los. Het hulpstuk is op zijn plaats vergrendeld.
Om een hulpstuk te verwijderen trekt u de
boorkopkraag weg van de voorkant van het
werktuig. Verwijder het hulpstuk en laat de kraag los.
Aambeeld met Weerstandspin
(fi g. 5)
DC820, DC822, DC830, DC832, DC840
Zet de schakelaar in de vergrendelpositie (midden)
of verwijder de accuset voordat u hulpstukken
verwisselt.
Om een plughouder op het aambeeld te
installeren plaatst u de opening aan de binnenkant
van de plughouder gelijk met de weerstandspin (e)
op het aambeeld (f). Druk op de plughouder totdat
de weerstandspin in de opening klikt. Mogelijk moet
de weerstandspin neergedrukt worden voor het juist
plaatsen van de plughouder.
VOORZICHTIG: Gebruik
enkel impactplughouders. Niet-
impactplughouders kunnen breken
en gevaar opleveren. Controleer de
plughouder voor gebruik om zeker te zijn
dat deze geen scheuren vertoont.
Om een plughouder te verwijderen drukt u de
weerstandspin door de opening en trekt u de
plughouder eraf.