Figuur 19. Veiligheidsgordel bouten
VEILIGHEIDSGORDEL (OPTIONEEL)
Uw Scootmobiel kan uitgerust worden met een verstelbare veiligheidsgordel. Zie figuur 19. De
veiligheidsgordel is ontwikkeld om ervoor te zorgen dat de berijder(ster) niet zijwaarts of voorwaarts kan
glijden. De veiligheidsgordel is niet ontwikkeld als een middel om een persoon vast te zetten in de stoel.
WAARSCHUWING! De veiligheidsgordel van uw stoel is niet bedoeld om gebruikt te
worden in een voertuig, en uw scootmobiel is ook niet geschikt om gebruikt te worden
als zetel in een voertuig. In een voertuig moet u op de correcte wijze de gordels
gebruiken zoals die goedgekeurd zijn door de voertuigfabrikant.
WAARSCHUWING! De veiligheidsgordel dient te allen tijde te worden vastgemaakt. Laat
de veiligheidsgordel nooit los hangen of over de vloer slepen waardoor de riem verstrikt
zou kunnen raken.
Het installeren van de veiligheidsgordel (indien
nodig):
1. Verwijder de stoel van uw Scootmobiel.
2. Plaats de stoel ondersteboven zodat u de
onderzijde vanuw stoel kunt zien. Zie figuur 19.
3. Verwijder de bouten aan de buitenzijde van de
zitting-bevestigingsplaat aan de achterzijde van
de stoel.
4. Voer de bouten door het daarvoor bestemde gat
in deuiteinden van de veiligheidsriem en plaats
de bouten vervolgens weer terug in hun gaten in
de zitting-bevestigingsplaat.
5. Draai de bouten goed aan.
110
V . I N S T E L B A A R H E I D
A
Figuur 20. Veiligheidsriem–model met metalen gesp of
model met herbruikbaar klittenband
B
OF
Mid-size Scooter Series