Codman-instrumenten voor eenmalig gebruik
zijn niet bedoeld of er niet tegen bestand om na
eenmalig gebruik bij een patiënt enige vorm van
wijziging te ondergaan, zoals demontage, reiniging
of hersterilisatie. Deze instrumenten zijn bestemd
voor contact met het centrale zenuwstelsel en op
dit moment is het nog niet mogelijk om eventuele
besmettingen zoals de ziekte van Creutzfeldt-Jakob
te vernietigen. Hergebruik kan ook de werking van
het instrument in gevaar brengen en enig gebruik
buiten het bedoelde ontwerp van dit instrument voor
eenmalig gebruik kan leiden tot onvoorspelbare
gebruiksgevaren of een verminderde werking ervan.
Integra LifeSciences aanvaardt geen aansprakelijkheid
voor opnieuw gesteriliseerde producten. Producten
die zijn geopend maar niet zijn gebruikt, worden door
ons niet gecrediteerd of geruild.
Zolang de afzonderlijke verpakking van het product
niet geopend of beschadigd is, is het product steriel.
Alle componenten werden getest en niet-pyrogeen
bevonden, behalve de elektrische connector van
de sensor en de siliconenbuizen gebruikt voor
verpakking, die niet getest worden.
De verpakking van het apparaat is gemaakt van
recyclebare en niet-recyclebare materialen. Recycle
of verwijder al het verpakkingsmateriaal volgens de
procedures en richtlijnen van het ziekenhuis.
Aansluiting en nulinstelling van de
MICROSENSOR-transductor
LET OP: De transductor moet op nul worden
ingesteld bij atmosferische druk voordat de
transductor wordt geïmplanteerd.
1. Sluit de transductor aan op een compatibele
CODMAN ICP-monitor met de geschikte CODMAN
interfacekabel. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing
van de kabel voor informatie m.b.t. het steriliseren.
2. Sluit zo nodig de CODMAN ICP-monitor aan
op een beschikbaar drukkanaal op een externe
patiëntmonitor met een CODMAN patiëntmonitor-
interfacekabel.
LET OP: Gebruik CODMAN-patiëntmonitorinter-
facekabels alleen bij patiëntmonitors waarvoor
ze specifiek zijn ontworpen en bestemd.
3. Zet de externe patiëntmonitor op nul en kalibreer
volgens de instructies die werden meegeleverd met
de CODMAN ICP-monitor evenals de instructies
van de fabrikant van de externe patiëntmonitor.
4. Bereid de katheter voor op nulstelling door de tip
van de katheter plat neer te leggen in een ondiepe
plas steriel water of steriele zoutoplossing. De
steriele blaarverpakking die wordt gebruikt, heeft
een gemarkeerde uitholling die geschikt is voor
deze procedure. Giet voldoende steriel water of
steriele zoutoplossing in het bakje, leg vervolgens
ten minste een 5 cm lang stuk van de katheter
horizontaal, net onder het oppervlak van het steriele
water of de steriele zoutoplossing.
LET OP: Dompel het uiteinde van de katheter
niet verticaal in een diepe bak of beker steriel
water of een steriele zoutoplossing. Indien u dat
toch doet, wordt er een hydrostatische druk op
het diafragma van de sensor uitgeoefend die
groter is dan de atmosferische druk, wat leidt
tot een onjuiste nulreferentie.
5. Houd de tip van de katheter plat en immobiel in het
steriele water of de steriele zoutoplossing en zet de
katheter op nul volgens de instructies geleverd bij
de ICP-monitor.
LET OP: Het uiteinde van de sensor moet nat
blijven tijdens het op nul instellen. LET OP:
Het uiteinde van de sensor mag niet worden
bewogen tijdens het op nul instellen. Als
de sensor wordt bewogen, kan dit door de
CODMAN ICP Monitor worden geïnterpreteerd
als een fluctuerend ICP-signaal waardoor de
sensor niet op nul kan worden ingesteld.
6. Registreer indien beschikbaar het nulreferentie-
nummer van drie cijfers op de ICP-monitor.
Schrijf voor toekomstig gebruik dit nummer op de
behuizing van de katheterconnector en op de kaart
van de patiënt.
Algemene chirurgische procedure
Hieronder volgt een algemene richtlijn die uitsluitend
ter informatie bedoeld is. De chirurg kan details in de
procedure veranderen op basis van zijn of haar eigen
klinische ervaring en medisch oordeel. De craniale
toegangsset van CODMAN wordt aanbevolen voor
deze procedure. Dit apparaat is niet ontworpen, wordt
niet verkocht en is niet bedoeld voor gebruik als
therapeutisch apparaat.
Het meten van de subdurale druk
1. Sluit na craniotomie en verwijdering van de
botflap de transductor aan en zet hem op
nul. Zie Aansluiting en nulinstelling van de
MICROSENSOR-transductor.
2. Kies de opening waardoor de transductor
geplaatst zal worden en schuin de kant waardoor
de transductor naar buiten zal komen af om
verwijdering te bevorderen.
3. Gebruik de Tuohy-naald om een tunnel te
vormen onder de hoofdhuid van de plaats van
de craniotomie naar de gewenste plaats waar de
transductor naar buiten moet komen.
4. Verwijder de stylus van de Tuohy-naald en breng
de transductor van de top van de naald op de
gewenste lengte voor de gewenste uitgang op de
hub. Zie figuur 2.
LET OP: De binnenhoeken van de Tuohy-
naald zijn scherp; wees voorzichtig bij het
doorvoeren van de katheter.
5. Verwijder voorzichtig de naald en schat de lengte
van de transductor van de tip tot de eerste bocht.
18