Interlogix VE700 Serie Instrucciones De Instalación página 41

Ocultar thumbs Ver también para VE700 Serie:
Tabla de contenido
Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 22
Dipswitch 1: Polariteit van controlespanning
(CS)
Aan: "Actieve hoge" biedt de standaard logica met
"Actieve hoge"-logica om de ingangen Looptest en
Dag/nacht in te schakelen.
Uit: "Actieve lage" biedt "Actieve lage"-logica om de
ingangen Looptest en Dag/nacht in te schakelen.
Dipswitch 2: Bel
Zie figuur 12.
Overdag kan de detector de richting van de
indringer onderscheiden. U schakelt deze optie uit
door de detector in te stellen op Bel uit. Wanneer
de bel aan staat, slaat de detector alarm wanneer
de indringer van rechts naar links of van links naar
rechts door de gordijnen loopt.
Opmerking:
Als de aansluiting Dag/nacht niet
wordt gebruikt en de bel is ingeschakeld, staat de
bel zowel tijdens de modus inschakelen als de
modus uitschakelen (Dag/nacht) aan.
Dipswitch 3: Belrichting
Zie figuur 13.
Aan: Alarm wordt geactiveerd wanneer een
indringer van links naar rechts loopt.
Uit: Alarm wordt geactiveerd wanneer een indringer
van rechts naar links loopt.
Ga met uw rug naar de detector staan om links en
rechts te bepalen.
Dipswitch 4: Lampjes
Aan: Beide lampjes op de detector blijven altijd
ingeschakeld.
Uit: Wanneer het systeem is uitgeschakeld, worden
beide lampjes geregeld door de ingang Looptest en
Dag/nacht in te schakelen.
De straal uitlijnen en de looptest van de
detector uitvoeren
Met behulp van het VE710-
uitlijningsgereedschap
Zie figuur 18 en 19.
1. Plaats de VE710 in het subframe, met de
Aan/Uit-schakelaar naar de grond gericht.
P/N 145797999-2 • REV B • ISS 19MAR12
2. Sluit aan op de COM-poort.
3. Schakel de VE710 in.
WAARSCHUWING! Kijk nooit recht in de
laserstraal.
Het afgegeven vermogen is minder dan 1 mW.
De laser van de VE710 is door IEC60825-1
geclassificeerd als een Class 2 laser. De reflex
van het oog om te knipperen is snel genoeg om
permanente schade aan het oog te voorkomen.
4. De laserstip geeft de uitlijning van de detector
aan (figuur 18). Als die stip op de wand afwijkt
van het midden van het gewenste
detectiegebied 1 m vanaf de grond, draait u de
borgschroeven in de basis los (zie figuur 4) en
gebruikt u de drie bijstelschroeven in de basis
om de detector weer met het midden uit te
lijnen, zoals in figuur 19 is weergegeven. Nadat
u de stip weer juist hebt uitgelijnd, draait u de
borgschroeven op de basis weer vast.
5. Verwijder het uitlijningsgereedschap en plaats
de deksel terug.
6. Voer de looptest uit. Controleer dat het rode
lampje AAN is na de looptest.
Zonder het uitlijningsgereedschap
Zie figuur 19.
1. Plaats de spiegelsegmentafschermingen zodat
de detector zich in de modus single-curtain
(enkele beam) bevindt.
2. Stel J2 in op Aan en wacht tot beide lampjes Uit
zijn.
3. Loop in het grootst mogelijke bereik met een
normale snelheid door het kijkveld van de
detector (zonder te stoppen). Wanneer u in de
straal terechtkomt, beginnen beide lampjes
gelijktijdig te knipperen.
Als, nadat u door de straal bent gelopen:
a. Het rode lampje AAN is (figuur 20, item 1),
is de uitlijning geslaagd.
b. De rode en gele lampjes gelijktijdig
knipperen, dan bevindt er zich een
obstructie in het kijkveld en is het kijkveld
ontoereikend om een alarmsituatie te
verifiëren.
Er zijn twee mogelijkheden:
Als het knipperen begon aan het einde van
het detectiegebied, dient u de laserstraal
41 / 64
Tabla de contenido
loading

Este manual también es adecuado para:

Ve735Ve736

Tabla de contenido