Hoofdstuk 8 Onderhoud
8.1 Reinigen van de controller
Elektrocutiegevaar. Koppel de stroom van het instrument af voordat er onderhouds- of
controlewerkzaamheden aan verricht worden.
Opmerking: Gebruik nooit brandbare of corrosieve oplossing voor het reinigen van de controller of delen hiervan.
Door gebruik van deze oplosmiddelen bestaat het risico dat de bescherming van het instrument wordt aangetast en
de garantie komt te vervallen.
1. Controleer of de kap van de controller goed is gesloten.
2. Maak de buitenkant van de controller schoon met een vochtige doek met water of een mengel
van water en een mild reinigingsmiddel.
Hoofdstuk 9 Problemen oplossen
9.1 LED-status
Probleem
De groene aan/uit-
LED binnen is uit.
Alle indicatie-LED's
zijn uit.
De sensorstatus-
LED blijft oranje.
De sensorstatus-
LED blijft rood.
De sensorstatus-
LED knippert rood.
184 Nederlands
G E V A A R
Mogelijke oorzaak
De controller krijgt geen
voeding.
Een waarschuwingsbericht
wordt gemeld door de
sensor.
Er is een ongeldige meting
als gevolg van een
sensorfout.
Er is een
communicatiestoring tussen
de sensor en de controller.
Het type sensor wordt niet
ondersteund door de cloud.
Oplossing
Zorg dat de voedingskabel op de controller is
aangesloten. Neem contact op met de
technische ondersteuning.
Lees de waarschuwing van de sensor die is
weergegeven in de MSM en raadpleeg de
gebruikershandleiding van de sensor.
Lees de foutbeschrijving die is weergegeven
in de MSM en raadpleeg de
gebruikershandleiding van de sensor.
Controleer de sensor en sensorkabel op
beschadiging. Als u schade aantreft, neem
dan contact op met de technische
ondersteuning.
Als er geen beschadiging wordt
geconstateerd, koppelt u de sensor los en
wacht u totdat de rode LED uit is. Sluit
vervolgens de sensor weer aan. Neem
contact op met de technische ondersteuning
als de LED weer rood gaat branden.
Zorg ervoor dat de sensor wordt ondersteund
door de MSM.
Neem contact op met de technische
ondersteuning als de sensor wordt
ondersteund.