Bediening
4.4 Diagnosemenu sensor
Selecteer sensorstatus\>Sensor selecteren (indien er meer dan een sensor is aangesloten)
Foutenlijst
Waarschuwingslijst
Opmerking: Raadpleeg
4.5 Menu Sensor-setup
Kies sensor (indien er meer dan één sensor is aangesloten)
Kalibratie
Correctiefactor
Offset
Wijziging offset
Standaardkalibratie
Configuratie kalibratie
Kalibratie resetten
Instellingen
Naam
Parameter
Eenheid
Interval
Responstijd
Reinigen...
72
Geeft alle actuele foutmeldingen weer:
Vocht, R < M, dExt < 0.0, Wiper position is unknown (wisserpositie is onbekend), Wiper is
blocked (wisser is geblokkeerd), Flash failed! (flash mislukt), R is too high (R is te hoog), Shaft
seal replacement (vervanging asafdichting), Sensor ontbreekt.
Geeft alle actuele foutmeldingen weer:
EM is too high (EM is te hoog), Concentration is too high (concentratie is te hoog), Calibration
test. (kalibratietest), Replace the wiper. (vervang de wisser), Service is due (volgende service
vereist), Seal replacement is due (vervanging afdichting vereist), Shaft seal replacement
(vervanging asafdichting)
Section 6 op pagina 17
voor meer informatie over foutmeldingen en waarschuwingen.
Correctiefactor voor de meetwaarde.
Mogelijke instellingen: 0,80–1,20
Standaard: Factor = 1
Instelbaar tussen –250 en +250 mE voor nulpuntcorrectie
Standaard: Offset = 0
Voer een nulpuntkalibratie uit
Voer een éénpuntskalibratie uit
Selecteer de Uitvoermodus of het Kalibratie-interval
Uitvoermodus: selecteer het gedrag van de uitgangen tijdens de kalibratie op nulpuntinstelling
(Blokkeren, Actief, Verplaatsen, Selectie). Blokkeren houdt de laatste meetwaarde vast voordat
u naar het menu gaat. Met Actief worden de meetwaarden van het huidige niveau verzonden,
en wel gecorrigeerd met de vorige kalibratiegegevens totdat er nieuwe gegevens worden
ingevoerd. Met Transfer wordt de aangegeven waarde tijdens de systeeminstelling verzonden.
Kalibratie-interval: voer het aantal dagen in
Het apparaat reset de instellingen naar de standaardinstellingen.
Kan naar behoefte worden bewerkt (max. 10 tekens)
NOx-N of NO3 (eco alleen NOx-N)
Eenheid voor het meetresultaat.
Mogelijke instellingen: mg/L, ppm
eco/clear: 5, 6, 10, 12, 15, 20, 30 min
plus: 15, 20, 30 sec; 1, 2, 3, 4, 5, 6, 10, 12, 15, 20, 30 min
Opmerking: Het interval van de datalogger is gelijk aan het meetinterval.
Indicatie van de actuele responstijd in counts (count x meetinterval = responstijd)
eco: 3–6 x interval
clear: 1–6 x interval
plus: 1–12 x interval
Opmerking: Glijdend gemiddelde over 2-12 metingen.
eco, clear: 1/meting
plus: 1/meting; 1,2,3,5,6,10,12,15,20,30 min; 1,2,3,4,6,12 uur, 10:00 uur
Nederlands