Het controlemiddel analyseren
Lees de gebruiksinstructies die worden meegeleverd bij elk controlebuisje. Analyseer de
controlemonsters op dezelfde manier als patiëntmonsters, maar kies Kwaliteitscontrole
op het scherm van het QuikRead go-instrument. Het resultaat wordt opgeslagen als
controlemeetwaarde.
8
Kwaliteitscontrole
Regelmatig gebruik van QuikRead go wrCRP Control (Cat. -nr. 153038) en/of QuikRead go
wrCRP Control High (Cat. -nr. 153039), QuikRead go CRP Control Low (Cat. -nr.153765),
QuikRead go CRP Control (Cat.- nr. 153764), QuikRead go CRP Control High (Cat. -nr.
153763) en/of Ultrasensitive CRP Control (Cat. -nr. 68257) wordt aanbevolen. Raadpleeg
hoofdstuk 16 "Troubleshooting" en neem contact op met Orion Diagnostica of uw lokale
distributeur als u veranderingen in de testfunctionaliteit opmerkt.
●
QuikRead CRP-controles:
De QuikRead go wrCRP Control, QuikRead go wrCRP Control High, QuikRead go
CRP Control Low, QuikRead go CRP Control, QuikRead go CRP Control High en
Ultrasensitive CRP Control zijn gebruiksklare controles. De controlewaarden zijn
vastgesteld voor het QuikRead go-instrument en de controle wordt op dezelfde wijze
behandeld als een plasma-/serummonster. Voer de test uit zoals wordt beschreven
in hoofdstuk 7 "Procedure" en gebruik hetzelfde controlemonster-volume als voor
onbekende bloedmonsters (10 µL).
●
Andere in de handel verkrijgbare CRP-controles:
Hanteer en gebruik de controles volgens de instructies voor elke controlesubstantie.
Voer de test uit zoals wordt beschreven in hoofdstuk 7 "Procedure". Aanvaardbare
limieten voor controles moeten worden gedefinieerd met precisieresultaten die zijn
verkregen met het QuikRead go-instrument. Het proces van de blancometing zal
mogelijk niet werken bij gebruik van een controle die artificiële rode bloedcellen bevat,
omdat dit mogelijk niet op de normale wijze hemolyseert.
De kwaliteitscontroletests moeten worden uitgevoerd in overeenstemming met de
toepasselijke nationale of lokale regelgeving of accreditatievereisten en de standaard
kwaliteitscontroleprocedures van het laboratorium.
Het wordt aanbevolen om de controle ten minste bij elke nieuwe zending en elke nieuwe
reagenspartij uit te voeren en telkens wanneer een onverwacht resultaat wordt verkregen.
Ook moet de controle worden uitgevoerd wanneer nieuwe gebruikers van QuikRead go
worden opgeleid.
9
Interpretatie van resultaten
Verhoging van de CRP-waarde is niet specifiek en de uitslagen moeten worden
geïnterpreteerd op basis van een volledige medische voorgeschiedenis. Mogelijk is er
een serie CRP-metingen vereist om de toestand van een patiënt te monitoren, zijn of haar
reactie op de behandeling te controleren en om het CRP-gehalte bij zuigelingen te meten.
Daarnaast verdient het aanbeveling om het patiëntspecifieke CRP-basisgehalte vast te
stellen bij de beoordeling van licht verhoogde CRP-waarden.
CRP-testuitslag
< 10 mg/L
10–50 mg/L
> 50 mg/L
Bij gebruik van verdunde plasma- of serummonsters moeten de eindresultaten worden
berekend volgens de instructies in hoofdstuk 6 "Monsterafname en voorbereiding".
Raadpleeg zo nodig hoofdstuk 16 "Troubleshooting" en herhaal de test.
10 Beperkingen van de procedure
Andere testprocedures dan die in deze instructies worden vermeld, kunnen dubieuze
resultaten opleveren. Sommige substanties kunnen interfereren met de testuitslagen (zie
hoofdstuk 12 "Testkarakteristieken").
Testuitslagen mogen nooit zonder volledige klinische evaluatie worden gebruikt voor een
diagnose. Intra-individuele variaties in de CRP-waarde zijn significant, zodat hiermee
rekening moet worden gehouden bij de interpretatie van de waarden, door bijvoorbeeld een
serie metingen uit te voeren.
11 Verwachte waarden
Referentiewaarde: < 3 mg/L
wassenen: 0,8 mg/L
CRP-waarden bij pasgeborenen kunnen worden beïnvloed bij b.v. vroegtijdige geboorte, de
duur van de bevalling en complicaties bij de bevalling.
Onmiddellijk na de bevalling is de CRP-waarde bij voldragen pasgeborenen doorgaans
laag. In de dagen erna stijgt de waarde enigszins (de waarde blijft gemiddeld onder
2 mg/L)
.
7
12 Testkarakteristieken
Precisie en reproduceerbaarheid
Er werd een precisieonderzoek uitgevoerd volgens richtlijn EP5-A3 van het CLSI (Clinical
and Laboratory Standards Institute).
Monster-
Monster-
materiaal
nummer
Monster 1
Volbloed
Monster 2
Monster 3
Monster 1
Plasma
Monster 2
Monster 3
Monster 1
Controle 1
Controle 2
Monster 1
Controle 3
Monster 1
Interferentie
Interfererende substantie
Bilirubine
Vitamine C
Triglyceriden
Cholesterol
Reumafactoren (RF)
Leukocyten
Anticoagulantia (Li-heparine of EDTA)
De meeste heterofiele of anti-schaap antilichamen in de monsters verstoren de test niet,
omdat het Fc-deel niet aanwezig is in de antilichamen van de test. In zeldzame gevallen is
verstoring door IgM-myeloom eiwit waargenomen.
Detectielimieten
De detectielimiet van de test is < 0,8 mg/L.
Meetbereik
Voor volbloedmonsters is het meetbereik van CRP 1–200 mg/L bij een hematocrietwaarde
van 40%. Als de hematocrietwaarde lager of hoger dan 40% is, verandert het meetbereik
zoals wordt weergegeven in de onderstaande tabel. De CRP-uitslag wordt niet weergegeven
als de hematocrietwaarde buiten het bereik van 15–75% valt.
Interpretatie van resultaten
● Sluit veel acute ontstekingsziekten uit, maar sluit geen
specifieke ontstekingsreacties uit.
● Mogelijke ontstekingen bij zuigelingen worden niet
noodzakelijkerwijs uitgesloten.
● Mogelijke ontstekingen of exacerbaties bij aandoeningen met
systematische ontstekingsreacties worden niet noodzakelijk
uitgesloten.
10–14
Bij acute ziekten die gepaard gaan met lichte tot matige
ontstekingsreacties worden verhoogde concentraties gevonden.
Duidt op ernstige en meerdere ontstekingsverschijnselen.
, gemiddelde waarde bij ogenschijnlijk gezonde vol-
7,17,18
.
17
Precisie binnen run, tussen dagen en totaal
Gemid-
Aantal
deld CRP
dagen
(mg/L)
5
5
5
20
20
20
20
20
20
16
7-9
Intra-run
VC (%)
14
2,9
60
3,8
175
8,0
1,1
6,8
44
3,4
96
8,8
2,1
2,3
24
4,8
80
5,2
Geen interferentie waargenomen
tot de concentratie:
400 μmol/L
200 μmol/L
11,5 mmol/L
10,0 mmol/L
525 IU/mL
87x10
cellen/L
9
Geen interferentie
16
Inter-run
Totale
VC (%)
VC (%)
0,9
1,5
2,2
1,7
1,4
0,5
1,3
0,9
4,2
16
3,2
4,7
8,3
7,8
3,7
8,9
4,7
5,3
8,1