4.2. WASMACHINES MET MICROPROCESSOR-FC (FULL CONTROL)
START (programmaversnelling)
STOP (programmaonderbreking)
KEUZE JA
KEUZE NEE
VERLENGING VAN TIJDSEQUENTIE
VERKORTING VAN TIJDSEQUENTIE
VOORAFGAAND MENU
VOLGEND MENU
4.2.1.KEUZE VAN HET PROGRAMMA
KIES PROGRAMMA X X
U kiest een van de wasprogramma´s die u ter beschikking hebt en dat aan de kwaliteit van uw wasgoed en
aan de toegestane wastemperatuur van het wasgoed best beantwoordt. U kiest het nummer van het
programma. Verschillende wasprogramma´s zijn getekend op het bedieningspaneel. Door het gekozene
programma bepaalt u de temperatuur en tijd van het wassen en uispoelen, van de wasactiviteit en de
snelheid en tijd van het centrifugeren. De wasprogramma´s kunt u regelen naar uw wens. (Zie het manuaal
van programmering)
4.2.2.TOEVOEGEN VAN WASMIDDEL
Wasmachines met vulvak op het bovenpaneel
Vul volgens het gekozen programma het vulvak op de bovendeksel van de machine.
Vulvakje A: Voorwas (Voeg het wasmiddel aan het begin van wassen toe)
Vulvakje B: Hoofdwas (U kunt het waspoeder of bleekmiddel aan het begin van het wassen
of tijdens de wascyclus toevoegen. Wanneer u het middel al aan het begin van het wassen
toevoegt, komt het te vroeg in de wasmachine terecht.)
101008
Vulvakje C: Laatste spoeling
(U kunt de wasverzachter aan het begin van het wassen of vóór de laatste spoeling
bijvoegen.)
Wasmachines met vultrechter op de voorkant.
U vult de vultrechter op het bovendeksel van de machine naar het gekozene programma.
Vultrechter A :
Vultrechter B :
Vultrechter D :
Voor het starten van de wascyclus voegt u het wasmiddel toe. Het programma kunt u altijd onderbreken
door het openen van de vultrechter voor het toevoegen van wasmiddel in dezelfde dosierer.
30
Het eerste wassen
Het tweede wassen
Het laatste centrifugeren
GEBRUIKSAANWIJZINGEN VOOR DE MACHINE
INFO (overzicht van toegankelijke wasprogramma's
en functies van wassequenties)
SERVICE (geeft de werkelijke temperatuur en
waterniveau, het aantal van afgesloten cycli en de
momentele toestand aan)
ACTIVATIE VAN FUNCTIE STARTUITSTEL (uitstel
begint na het drukken van de starttoets)
OPENEN VAN TOEVOERVENTIELEN
ACTIVATIE VAN VERWARMING
OPENEN VAN DRAINEERVENTIELEN
VERANDERING VAN SNELHEID
ENTER - KEUZE OF BEVESTIGING
UITGAVE 05/00
507 329