5.
Plaatsen en aansluiten
5.1
Opstelling plannen
Aanwijzing:
Gebruik geschikte transport- en grijphulpmiddelen voor het transporteren en opstellen van het apparaat.
Het apparaat heeft een massa van meer dan 25 kg. (→ Technische gegevens)
Plan de opstelling van het filtersysteem. Door een zorgvuldige planning en inachtname van de
omgevingsomstandigheden bereikt u optimale bedrijfscondities.
Basisvereisten, waaraan voldaan moet worden:
►
De filtermodules hebben in gevulde toestand een hoog gewicht. Kies een geschikte ondergrond
(minstens plattering, beter nog beton) om verzakken te voorkomen.
►
Plan voldoende bewegingsruimte, om reinigings- en onderhoudswerkzaamheden te kunnen
verrichten.
►
Leid het afvalwater in de riolering of zover van de vijver af, dat het niet in de vijver kan terugstromen.
−
Indien u grovere vuildeeltjes en afvalwater in een gemeenschappelijke pijpleiding wilt samenvoegen,
gebruik hiervoor dan minstens pijpleidingen DN 110.
In geschikte afscheiding van grove vuildeeltjes voorzien, bijv. ProfiClear Compact of ProfiClear
►
Premium trommelfilter-module.
5.2
Aanwijzing bij pijpleidingen
►
Gebruik geschikte pijpleidingen.
Gebruik geen rechthoekige buisstukken. Zeer efficiënt zijn ellebogen met een maximale hoek van 45°.
►
Plak kunststofbuizen aan elkaar voor een duurzame en veilige verbinding of gebruik sokverbindingen
►
met uittrekbeveiliging.
►
Stilstaand water kan bij sterke vorst niet uitwijken en laat pijpleidingen barsten. Leg daarom
pijpleidingen en slangen met licht afschot (50 mm/m), zodat ze leeg kunnen lopen.
►
Bij het gravitatiesysteem moet de toevoer van de vijver en evt. de terugloop naar de vijver bij
onderhouds- en reparatiewerkzaamheden kunnen worden geblokkeerd. Installeer daarvoor geschikte
schuifafsluiters.
5.3
Pompkamer opstellen en met voorafgaande filtermodule verbinden
Zo gaat u te werk:
L
1. Pompkamer zodanig achter de trommelfiltereenheid plaatsen, dat de uitlaataansluitingen daarvan tot
aan de aanslag in de rubberen mof van de pompkamer verdwijnt.
De schuifafsluiters van de vuilwaterafvoeren bevinden zich allemaal aan dezelfde kant.
−
2. Borg verbinding met slangklem.
3. Plaats eerst de slangklemschroef naar boven en draai deze vervolgens vast. Hierop volgende
montagestappen worden hierdoor vereenvoudigd.
5.4
Waterterugloop naar vijver tot stand brengen
Na het doorlopen van alle reinigingsstappen moet het gereinigde water in de vijver terug worden geleid.
Hiervoor op beide uitlopen DN 110 buisleidingen DN 110 aansluiten.
- NL -
43