Transmitter PEX 3000 instructies voor installatie
Voor elke behandeling en gebruik van de desbetreffende transmitter dient men de
bedrijfshandleiding PEX 3000 (bestelnummer 90 23 810) nauwgezet te kennen en op te volgen!
Transmitter installeren
— Montage steeds in verticale stand (transmitter met de sensor naar beneden) – op een trillingsarme en zo temperatuurstabiele plaats als
mogelijk – in de nabijheid van een mogelijke lekkage.
— Bevestiging met schroeven door de geopende behuizing (zie boorsjabloon). Een vrije ruimte van minstens 30 cm onder de transmitter voor
de toegankelijkheid bij onderhoudswerkzaamheden aanhouden.
Bij installatie op plaatsen waar ontploffingsgevaar kan heersen:
— Montage en aansluiting van de elektrische installatie alleen door een vakman rekening houdend met de toepasselijke voorschriften over
elektrische hulpmiddelen op plaatsen waar ontploffingsgevaar kan heersen en de goedkeuringsvoorwaarden.
— De transmitter PEX 3000 inclusief de uitvoering met elders geplaatste meetkop SE Ex PR M of SE Ex LC M is goedgekeurd voor gebruik
op plaatsen waar ontploffingsgevaar kan heersen in zone 1, 2, 21 en 22.
Elektrische aansluitingen installeren
De kabelwartel is uitsluitend voor stationaire installatie goedgekeurd en is geschikt voor
kabeldiameters van 7 tot 12 mm.
Aansluiting op de controle unit met afgeschermde leiding (bedekking van de
afschermmantel ≥80 %, maximale buitendiameter 12 mm). Afscherming in de conus van de
kabelwartel plaatsen zodat bij het vastdraaien van kabelwartel een geleidende verbinding
tussen de afscherming en het geleidende binnenoppervlak van de transmitter
gegarandeerd is (zie figuur).
Voor de bedrading van de spanningsvoorziening en signaaloverdracht alleen leidingen met
een dwarsdoorsnede van minstens 0,75 mm
dwarsdoorsnede van 0,5 mm
adereindhuls (Zoller+Fröhlich, type V3AE0005, V3AE0037 of gelijkwaardig type) voorzien
zijn. Dit geldt eveneens voor de elektrische verbinding tussen de PEX 3000 type XTR 0090
c.q. XTR 0091 en de elders geplaatste meetkoppen SE Ex PR M of SE Ex LC M.
De veerklemmen "+24V" en "0V" met de spanningsvoorziening van de control unit (18 tot
30 V DC, nominaal 24 V, ca. 110 mA) verbinden. De 0 V leiding in de control unit aarden.
De veerklem "SIG" op de 4 tot 20 mA ingang van de control unit aansluiten.
Type XTR 0090 c.q. XTR 0091:
Aansluiting van de meetkop SE Ex PR M (68 09 758) of SE Ex LC M (68 10 486) op de
PEX 3000 met afgeschermde 3-aderige leiding, afschermmantel op de boven beschreven
wijze aan beide kanten in de kabelwartel leggen.
De veerklem "br/br" op klem 1 van de meetkop,
de veerklem "ge/yw" op klem 2 van de meetkop en
de veerklem "sw/bk" op klem 3 van de meetkop aansluiten.
Bediening van de veerklemmen
1 Bijgaand speciaal gereedschap volgens de afbeelding op de klem plaatsen.
2 Veer naar beneden duwen. Hierdoor gaat het onderste gedeelte van de klem open.
Het afgestripte uiteinde van de kabel c.q. adereindhulsin het onderste gedeelte van de
veerklem plaatsen.
3 Speciaal gereedschap uit het bovenste gedeelte verwijderen. De elektrische verbinding
wordt door de veerkracht teweeggebracht.
Bij voorkeur het bijgaande speciaal gereedschap voor het openen van de veerklemmen
gebruiken!
De veerklemmen kunnen door ondeskundige behandeling en gebruik onbruikbaar worden.
Na de montage de transmitter zorgvuldig sluiten, hierbij op stofvrijheid letten. Deksel
goed vastschroeven opdat de beschermingswijze IP 65 behouden blijft.
Technische gegevens:
Voedingsspanning:
Opgenomen vermogen:
Signaaloverdracht naar de control unit:
Beschermingswijze (conform EN 60 529):
Kabelinvoer:
Temperatuurgebied:
EG-type-onderzoekscertificaat:
Bescherming tegen ontploffing:
(behalve type XTR 0090 en XTR 0091):
Bescherming tegen ontploffing:
(type XTR 0090 en XTR 0091)
Elektromagnetische compatibiliteit
90 23 811 - MA 4675.730 nl
© Dräger Safety AG & Co. KGaA
1. uitgave - september 2004
Wijzigingen voorbehouden
2
gebruiken. Leidingen met een
2
kunnen worden gebruikt wanneer deze van een geïsoleerde
12 tot 30 V DC
ca. 2,5 W
4 tot 20 mA
IP 65
Kabeldiameters van 7 mm tot 12 mm
o
–40 tot +65
C
TPS 04 ATEX 1 003 X
II 2G EEx de IIC T6/T5/T4
II 2D IP6X T85/100/135
II 2G EEx de IIC T6
II 2D IP6X T85
conform EN 50 270
o
C
o
C
Dräger Safety AG & Co. KGaA – Revalstraße 1, D-23560 Lübeck, Germany
Tel. +49 451 8 82 - 27 94 – Fax +49 451 8 82 - 49 91
D
+24V SIG 0V
OK
br
ge
sw
M
br
yw
bk
1
2
3
www.draeger-safety.de