Flitssynchronisatie; Automatische Flitssynchroontijd-Regeling; Gangbare Synchronisatie; Langdurige Synchronisatie - Leica SF 64 Manual De Instrucciónes, Uso Y Manutención

Tabla de contenido
Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 232
NL
176

FLITSSYNCHRONISATIE

AUTOMATISCHE FLITSSYNCHROONTIJD-REGE-
LING
Afhankelijk van het cameratype en cameramodus
wordt bij het bereiken van de flitsparaatheid de
sluitertijd omgeschakeld naar de flitssynchroontijd
(zie camera-handleiding).
Kortere sluitertijden dan de flitssynchroontijd kunnen
niet worden ingesteld, respectievelijk worden
omgeschakeld naar de flitssynchroontijd. Verschillen-
de camera's beschikken over een synchroontijdbe-
reik, bijvoorbeeld
s tot
s (zie camera-handlei-
1
1
60
250
ding). Welke synchroontijd de camera activeert, is
dan afhankelijk van de cameramodus, van het
omgevingslicht en de gebruikte objectief-brandpunts-
afstand.
Afhankelijk van de cameramodus en geselecteerde
flitssynchronisatie kunnen langere sluitertijden dan de
flitssynchroontijd worden gebruikt.
Bij camera's met centrale sluiter en bij kortstondige
synchronisatie (zie pagina 155) vindt geen automati-
sche flitssynchroontijd-regeling plaats. Daardoor kan
met alle sluitertijden worden geflitst. Als u de
volledige lichtcapaciteit van het flitsapparaat nodig
hebt, moet u geen kortere sluitertijden dan
selecteren.
s
1
125

GANGBARE SYNCHRONISATIE

Bij de gangbare synchronisatie wordt het flitsapparaat
aan het begin van de sluitertijd geactiveerd. De
gangbare synchronisatie is de standaard modus en
wordt door alle camera's gerealiseerd. Zij is geschikt
voor de meeste flits-opnamen. De camera wordt
afhankelijk van de modus omgeschakeld naar de
flitssynchroontijd. Gangbaar zijn tijden tussen
s (zie camera-handleiding). Op het flitsapparaat
1
125
wordt deze modus niet weergegeven.

LANGDURIGE SYNCHRONISATIE

Met de langdurige belichting
SLOW
beeldachtergrond bij gering omgevingslicht beter uit.
Dit wordt bereikt door camera-sluitertijden die zijn
aangepast aan het omgevingslicht. Daarbij worden
door de camera automatisch sluitertijden gerealiseerd
die langer zijn dan de flitssynchroontijd (bijvoorbeeld
maximaal 30 s). Bij enkele cameratypen wordt de
langdurige synchronisatie in bepaalde camerapro-
gramma's (bijvoorbeeld nachtopname-programma
enzovoort) automatisch geactiveerd respectievelijk
kan deze op de camera worden ingesteld (zie
camera-handleiding). Op het flitsapparaat wordt deze
modus niet ingesteld of weergegeven.
De instelling voor de langdurige synchronisatie
vindt op de camera plaats (zie camera-handleiding)!
Opmerking:
Gebruik bij lange sluitertijden een statief om bewogen
opnamen te vermijden!
s en
1
30
SLOW
komt de
SLOW
Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido