5 Schoonmaken
Opmerking
• Schakel de luchtzuiveraar
altijd uit en haal de stekker uit
het stopcontact voordat u de
luchtzuiveraar schoonmaakt.
• Dompel de luchtzuiveraar nooit in
water of een andere vloeistof.
• Reinig de luchtzuiveraar nooit
met schurende, agressieve of
ontvlambare schoonmaakmiddelen,
zoals bleek of alcohol.
• Alleen het voorfilter mag
worden afgewassen. Het
luchtzuiveringsfilter mag niet
worden gewassen of gestofzuigd.
• Probeer de filters of de
luchtkwaliteitsensor niet te reinigen
met een stofzuiger.
De behuizing van de
luchtzuiveraar reinigen
Reinig regelmatig de binnen- en
buitenkant van de luchtzuiveraar om
ophoping van stof te voorkomen.
1
Gebruikt een zachte, droge doek
voor het schoonmaken van zowel
de binnen- als buitenkant van de
luchtzuiveraar.
2
U kunt de luchtuitlaat ook
schoonmaken met een droge,
zachte doek.
146 NL
De luchtkwaliteitsensor
reinigen
Reinig de luchtkwaliteitssensor om
de 2 maanden om de luchtreiniger
optimaal te laten functioneren.
Opmerking
• Als de luchtzuiveraar in een stoffige
omgeving wordt gebruikt, moet het
apparaat mogelijk vaker worden
gereinigd.
• Als de luchtvochtigheid in de
kamer erg hoog is, kan condensatie
ontstaan op de luchtkwaliteitsensor,
waardoor het lampje kan duiden
op een slechte luchtkwaliteit,
terwijl de luchtkwaliteit in feite
goed is. Als dit het geval is, maakt
u de luchtkwaliteitsensor schoon
of gebruikt u de luchtzuiveraar
met een handmatig ingestelde
snelheidsstand.
1
Schakel de luchtzuiveraar uit en
haal de stekker uit het stopcontact.
2
Maak de inlaat en de uitlaat van de
luchtkwaliteitsensor schoon met
een zachte borstel (afb. u).
3
Verwijder het klepje van de
luchtkwaliteitsensor (afb.v).
4
Maak de luchtkwaliteitsensor, de
stofinlaat en de stofuitlaat schoon
met een vochtig wattenstaafje
(afb. w).
5
Droog alle onderdelen grondig met
een droog wattenstaafje.
6
Plaats het klepje van de
luchtkwaliteitsensor terug (afb. x).