Nederlands
7. Vast- en losdraaien van schroeven (WH14DBAL2 /
WH18DBAL2)
Monteer het juiste schroefstuk voor de schroef en
steek het schroefstuk in de groeven van de kop van
de schroef. Draai daarna de schroef vast.
Druk zo hard tegen het apparaat aan dat het
schroefstuk in de kop van de schroef blijft.
LET OP
Wanneeer de schroef met het apparaat te vast wordt
gedraaid, kan de schroef afbreken.
Het onder een hoek vastdrraien van de schroef met
het apparaat kan de kop van de schroef beschadigen.
Tevens wordt de schroef dan niet met de juiste
aantrekkracht vastgedraaid. Breng daarom voor het
vastdraaien van een schroef het apparaat in één lijn
met de schroef.
8. Vastdraaien en losdraaien van bouten
U moet eerst een zeskantbus kiezen die bij de bout of
moer past. Monteer de bus vervolgens op de taats en
maak de moer vast die met de zeskantbus wordt
vastgedraaid.
Houd de sleutel in een lijn met de bout en druk dan
op de aan/uit-schakelaar om enkele seconden kracht
op de moer te zetten.
Als de moer losjes op de bout past, kan de bout met
de moer meedraaien, wat abusievelijk als vastdraaien
kan worden beoordeeld. In dit geval stopt u met
kracht zetten op de moer en houdt u de boutkop met
een sleutel tegen voordat u weer kracht gaat zetten,
of u draait de bout en moer met de hand vast om
slippen te voorkomen.
VOORZORGSMAATREGELEN BIJ GEBRUIK
1. De machine laten rusten na continu werk
Na continu vastdraaien van bouten dient u de machine
15 minuten of zo te laten rusten wanneer u de batterij
vervangt. De temperatuur van de motor, schakelaar
enz. zal flink stijgen als u direct weer begint te werken
nadat de batterij vervangen is, hetgeen uiteindelijk
kan resulteren in doorbranden van de machine.
OPMERKING:
Raak de metalen gedeelten niet aan, aangezien deze
zeer heet zullen worden bij continu gebruik.
2. Voorzorgsmaatregelen bij het gebruik van de
snelheidsregelaar
Deze regelaar is voorzien van een ingebouwd,
elektronisch circuit waarmee het toerental traploos
kan worden ingesteld. Hierdoor kunnen, wanneer de
trekschakelaar slechts een beetje wordt overgehaald
(laag toerental) en de motor gestopt wordt terwijl u
een schroef aan het indraaien bent, onderdelen van
het elektronisch circuit oververhit en beschadigd
raken.
3. Gebruik de juiste vastdraaitijd voor de schroef
Het juiste aantrekkoppel voor een schroef varieert
met het materiaal en de grootte van de schroef, en
het materiaal waarin de schroef vastgedraaid wordt.
Dus gebruik de juiste vastdraaitijd voor de schroef.
In het bijzonder als bij het vastdraaien van schroeven
kleiner dan M8 schroeven een lange vastdraaitijd
wordt gebruikt, bestaat het gevaar dat de schroef
breekt. Zorg er daarom voor dat u de vastdraaitijd en
het aantrekkoppel van te voren kontroleert.
53
4. Zet de bout met het juiste aantrekkoppel vast
Het optimale aantrekkopel van moeren en bouten
hangt af van het materiaal en formaat van de moeren
en bouten. Een buitensporig groot aantrekkoppel voor
een kleine bout kan resulteren in rekken of breken
van de bout. Het aantrekkoppel is groter naarmate de
bedrijfstijd
langer
wijzerplaatinstelling en vastdraaitijd voor de bout.
5. Vasthouden van het gereedschap
Houd het gereedschap met uw handen. De sleutel
moet in dit geval in lijn zijn met de bout.
Het is niet noding hard tegen de sleutel te drukken.
Druk zodaning dat er net wordt gecompenseerd voor
de kracht van de machine.
6. Controleren van het aantrekkopper
De volgende faktoren dragen bij tot een vermindering
van het aantrekkoppel. Controller, daarom het vereiste
aantrekkoppl door van de te voren en aantal bouten
met een handberdiende momentsleutel vast te
draaien. Fadtoren die een invloed hebben op het
aantrekkoppel.
(1) Voltage
Als de marge van ontladen wordt bereikt, neemt net
voltage af en vermindert het aantrekkoppe.
(2) Bedrijfstijd
Het aantrekkoppel is groter als de bedrijfstijd langer
is. Bij een bepaalde waarde zal het aantrekkoppel
echter niet meer groter worden, ook al wordt het
gereedschap langer gebruikt.
(3) Diameter van de bout
Het aantrekkoppel hangt af van de diameter van de
bout. Over het algemeen heeft een bout met een
grotere diamter een groter aantrekkoppel.
(4) Omstandigheden bij het vastdraaien
Het aantrekkoppel verschilt afhankelijk van de
koppelverhouking, d.w.z. klasse en lengte van de
bouten (zelfs als bouten met hetzelfde formaat
schroefdraad worden gebruikt). Het aantrekkoppel
zal ook verschillen afhankelijk van de konditie van
het mataal waardoor de bout moet worden gedraaid.
(5) Gebruik van los verkrijgbare toebehoren (WR14DBAL2
/ WR18DBAL2)
Het aantrekkoppel is wat lager als een verlengstaaf,
kogelgewrichtverbinding of lange bus wordt gebruikt.
(6) Speling van de bus (WR14DBAL2 / WR18DBAL2)
Een versleten of vervormde zeskant of vierkante bus
zal niet goed op de moer of het draaistuk passen,
hetgeen resulteer in een lager aantrekkoppel.
Het gebruik van een bus die met de bout overeenkomz
zal resulteren in een te laag aantrekkoppel.
(7) Het aantrekkoppel variërt afhankelijk van het
oplaadniveau van de accu.
ONDERHOUD EN INSPECTIE
1. Kontroleren van het schroefstuk (WH14DBAL2 /
WH18DBAL2)
Het gebruik van een gebroken of versleten schroef-
stuk is gevaarlijk, omdat het schroefstuk dan kan
slippen. Vervang het schroefstuk.
2. Inspectie van de bus (WR14DBAL2 / WR18DBAL2)
Een versleten of vervormde zeskante of vierkante
bus zal niet meer goed op de moer of het draaistuk
passen, hetgeen resulteert in een lager aantrekkoppel.
Controleer de slijtage van de gaten in de bussen
regelmatig en vervang de busen op tijd door nieuwe.
is.
Gebruik
de
juiste