Om te voorkomen dat de trekkerschakelaar per ongeluk
wordt ingeknepen, is een uit-vergrendelknop aange-
bracht. Om het gereedschap te starten, drukt u de
uit-vergrendelknop in en knijpt u de trekkerschakelaar
in. Laat de trekkerschakelaar los om te stoppen.
► Fig.9: 1. Trekkerschakelaar 2. Uit-vergrendelknop
KENNISGEVING:
Druk de trekschakelaar niet
hard in zonder dat de uit-vergrendelknop is inge-
drukt. Hierdoor kan de schakelaar kapot gaan.
LET OP:
Onmiddellijk nadat u de trekkerscha-
kelaar hebt losgelaten, begint het gereedschap
de snelheid van het cirkelzaagblad af te remmen.
Houd het gereedschap stevig vast om de reac-
tiekracht van het afremmen te kunnen opvangen
nadat de trekkerschakelaar is losgelaten. Door de
plotselinge reactiekracht kan het gereedschap uit uw
handen vallen en persoonlijk letsel veroorzaken.
Automatische toerentalwisselfunctie
Dit gereedschap heeft een "hoog-toerentalfunctie" en
een "hoog-koppelfunctie".
Het gereedschap verandert de bedieningsfunctie auto-
matisch aan de hand van de werkbelasting. Wanneer
de werkbelasting laag is, draait het gereedschap in de
"hoog-toerentalfunctie" om sneller te kunnen zagen.
Wanneer de werkbelasting hoog is, draait het gereedschap
in de "hoog-koppelfunctie" om krachtiger te kunnen zagen.
► Fig.10: 1. Functie-indicator
De functie-indicator brandt groen wanneer het gereed-
schap in de "hoog-koppelfunctie" draait.
Als het gereedschap onder buitensporige belasting
draait, knippert de functie-indicator groen. De functie-in-
dicator stopt met knipperen en gaat branden of gaat uit
wanneer u de belasting op het gereedschap verlaagt.
Status van functie-indicator
Brandt
Uit
De zaagdiepte instellen
LET OP:
Nadat u de zaagdiepte hebt inge-
steld, zet u de hendel altijd stevig vast.
Draai de hendel op de dieptegeleider los en verstel
de zool omhoog of omlaag. Zet de zool vast op de
gewenste zaagdiepte door de hendel vast te draaien.
Voor een schonere, veiligere zaagsnede, stelt u de zaag-
diepte zodanig in dat niet meer dan een tandhoogte door
het werkstuk heen steekt. Door de zaagdiepte goed in te
stellen, verkleint u de kans op een potentieel gevaarlijke
TERUGSLAG, en daarmee op persoonlijk letsel.
► Fig.11: 1. Hendel
Bedienings-
functie
Knippert
Hoog-
toerentalfunctie
Hoog-
koppelfunctie
Waarschuwing
wegens
overbelasting
72 NEDERLANDS
Schuine zaagsnede
LET OP:
Nadat u de verstekhoek hebt inge-
steld, draait u de klembouten altijd stevig vast.
Draai de klembouten los. Kantel om de gewenste hoek in
te stellen en draai dan de klembouten weer stevig vast.
► Fig.12: 1. Klembout
Gebruik de aanslag wanneer u precies onder een hoek
van 45° wilt verstekzagen. Zet de aanslag, zoals afge-
beeld, helemaal in de stand voor een verstekhoek van 0°
- 45° of in de stand voor een verstekhoek van 0° - 48°.
► Fig.13: 1. Aanslag
Zichtlijn
Voor recht zagen lijnt u de positie 0° op de voorkant van
de zool uit met de zaaglijn. Voor een schuine zaagsnede
onder een hoek van 45°, gebruikt u hiervoor de 45°-stand.
► Fig.14: 1. Zaaglijn (0°-stand) 2. Zaaglijn (45°-stand)
De lamp inschakelen
LET OP:
Kijk niet direct in het lamplicht of in
de lichtbron.
Om de lamp in te schakelen zonder het gereedschap in
te schakelen, knijpt u de trekkerschakelaar in zonder de
uit-vergrendelknop in te drukken.
Om de lamp in te schakelen en het gereedschap in te
schakelen, drukt u de uit-vergrendelknop in en knijpt u
trekkerschakelaar in.
De lamp gaat 10 seconden nadat u de trekkerschake-
laar hebt losgelaten uit.
► Fig.15: 1. Lamp
OPMERKING: Gebruik een droge doek om vuil van
de lens van de lamp af te vegen. Wees voorzichtig
dat u de lens van de lamp niet bekrast omdat dan de
verlichting minder wordt.
OPMERKING: Als het gereedschap oververhit is,
knippert de lamp gedurende één minuut. Laat in dat
geval het gereedschap afkoelen voordat u het weer
gebruikt.
Haak
Optioneel accessoire
LET OP:
Verwijder altijd eerst de accu, voor-
dat u het gereedschap aan de haak ophangt.
LET OP:
Hang het gereedschap nooit aan de
haak op een hoge of mogelijk instabiele plaats,
zoals aan oppervlakken. Anders kan het gereed-
schap vallen en letsel veroorzaken.
LET OP:
Trek het gereedschap niet omlaag
terwijl het aan de haak hangt.
De haak is handig om het gereedschap tijdelijk aan op
te hangen.
► Fig.16
Bevestig de haak met behulp van de bouten, zoals afgebeeld.
► Fig.17: 1. Haak 2. Bout