nld
4. Watervolume van de spoelsectie VA H
5. Watertoevoer openen. Als de minimumstromingssnelheid v H
de minimumvolumestroom VS H
De spoelduur (volgens informatieblad T 84-2004 'Spoelen, desinfecteren
en in gebruik nemen van drinkwaterinstallaties' van het Duitse Zentralver-
band Sanitär Heizung Klima) is afhankelijk van de leidinglengte en mag
per strekkende meter niet minder dan 15 s bedragen. per aftappunt moet
de spoelduur ten minste 2 min bedragen.
(Als de instelwaarden v H
2
leren, oorzaak vaststellen, proces herhalen.)
6. Weergave op beeldscherm: waterdruk (p H
(v H
O), spoeltijd (t H
O), gebruikte waterhoeveelheid (V H
2
2
(VS H
O) \ enter
2
7. Esc >> startmenu \ geheugenbeheer, gegevensoverdracht >> 3.6
3.1.3. Programma spoelen met water-luchtmengsel met constante perslucht
Bij dit programma wordt de perslucht continu met een overdruk van 0,5 bar
boven de gemeten waterdruk toegevoerd. Hierbij vallen in vergelijking met het
programma '3.1.2. Spoelen met water-luchtmengsel met intermitterende pers-
lucht' de persluchtstoten weg. Deze zorgen weliswaar voor een aanzienlijke
verbetering van de reinigende werking, maar door de drukstoten worden de
leidingen zwaarder belast. Als er twijfels bestaan met betrekking tot de sterkte
van de te spoelen leidingen, kan met dit programma, door een stootvrije
werveling door de constant toegevoerde perslucht, tenminste een verbetering
van de reinigende werking ten opzichte van het programma '3.1.1. Spoelen
met water (zonder luchttoevoer)' worden bereikt.
REMS Multi-Push geeft o.a. de gebruikte waterhoeveelheid op het beeldscherm
aan.
Programmaverloop ↑ ↓ (8):
1. Spoelen \ enter
2. Constante luchtstroom \ enter
3. Instelwaarde max. DN volgens tabel 2 controleren en evt. wijzigen (11) \ ↓
4. Watervolume van de spoelsectie VA H
5. Watertoevoer openen. Om te beëindigen \ enter, (\ esc = annuleren)
6. Weergave op beeldscherm: waterdruk (p H
waterhoeveelheid (V H
O) \ enter
2
7. Esc >> startmenu \ geheugenbeheer, gegevensoverdracht >> 3.6
3.3. Programma's testen van drinkwaterinstallaties met perslucht
WAARSCHUWING
Voor Duitsland wordt in het informatieblad T 82-2011 'Dichtheidstesten van
drinkwaterinstallaties met perslucht, inert gas of water' van het Zentralverband
Sanitär Heizung Klima onder '3.1 Algemeen' voor de nationale bepalingen het
volgende vastgelegd:
"Vanwege de samendrukbaarheid van gassen dienen bij de uitvoering van
druktesten met lucht om natuurkundige en veiligheidstechnische redenen de
ongevalpreventievoorschriften 'Werken aan gasinstallaties' en het reglement
'Technische regels voor gasinstallaties DVGW-TRGI' in acht te worden genomen.
Daarom werd in overleg met de bevoegde ongevallenverzekering en in aanslui-
ting op dit reglement de testdruk op maximaal 0,3 MPa/3 bar/43,5 psi vastge-
legd, zoals bij belastings- en dichtheidstesten voor gasleidingen. Hiermee wordt
voldaan aan de nationale bepalingen."
De voor de plaats van inzet geldende nationale veiligheidsbepalingen,
regels en voorschriften dienen in acht genomen en gevolgd te worden.
Vóór de uitvoering van een test met perslucht moet in elk geval worden beoor-
deeld of de te testen installatie bestand is tegen de ingestelde/geselecteerde
testdruk 'p refer'.
In punt 6 van de norm EN 806-4:2010 wordt o.a. het volgende vastgelegd:
"Installaties in gebouwen moeten aan een druktest worden onderworpen. Deze
kan ofwel met water plaatsvinden ofwel, indien de nationale bepalingen dit
toelaten, mag olievrije, schone lucht met geringe druk of een inert gas worden
gebruikt. Er dient rekening te worden gehouden met het mogelijke gevaar door
hoge gas- of luchtdruk in het systeem." De norm EN 806-4:2010 bevat naast
deze instructie echter geen enkel testcriterium voor de beproeving met perslucht.
De hierna beschreven testen en de in REMS Multi-Push opgeslagen instel-
waarden zijn in overeenstemming met het in Duitsland geldende informatieblad
T 82-2011 van het Zentralverband Sanitär Heizung Klima. Latere wijzigingen
van dit informatieblad of de op de plaats van inzet geldende bepalingen, regels
en voorschriften moeten in acht worden genomen; bij gewijzigde testcriteria
(testverloop, -druk en -tijden) moeten de instelwaarden overeenkomstig worden
gecorrigeerd.
De programma's kunnen te allen tijde met de knop esc (10) worden afgebroken.
Dan worden alle kleppen geopend en wordt de druk in de installatie afgelaten.
De testen worden opgeslagen, maar hierbij wordt in het bestand 'Annulering'
vermeld.
3.3.1. Dichtheidstest met perslucht (ZVSHK)
Testdruk 150 hPa (150 mbar)
Programmaverloop ↑ ↓ (8):
1. Test \ enter
2. Test met perslucht \ enter
3. Dichtheidstest \ enter
4. Instelwaarde ingestelde testdruk (p refer) controleren en evt. wijzigen
(11) \ ↓
O invoeren (0-999 l) (11) \ enter
2
2
O en de spoelduur wordt bereikt \ enter.
2
O en VS H
O niet worden bereikt: \ esc = annu-
2
O), minimumstromingssnelheid
2
O), volumestroom
2
O invoeren (0-999 l) (11) \ enter
2
O), spoeltijd (t H
O), gebruikte
2
2
5. Instelwaarde stabilisatie (t stabi) controleren en evt. wijzigen (11) \ ↓
O = 0,5 m/s,
6. Instelwaarde testtijd (t test) controleren en evt. wijzigen (11) \ enter
7. De reële testdruk (p actual) wordt aan de ingestelde testdruk (p refer)
aangepast \ enter
8. De stabilisatie-/wachttijd (t stabi) loopt; na afloop hiervan wordt de reële
testdruk (p actual) in de ingestelde testdruk (p refer) veranderd. Met enter
kan de stabilisatie-/wachttijd voortijdig worden beëindigd; de testtijd (t test)
begint dan direct (\ esc = annuleren).
9. Weergave op beeldscherm: ingestelde testdruk (p refer), reële testdruk (p
actual), verschiltestdruk (p diff), testtijd (t test) \ enter
10. Esc >> startmenu \ geheugenbeheer, gegevensoverdracht >> 3.6
3.3.2. Belastingstest met perslucht ≤ DN 50 (ZVSHK)
Testdruk 0,3 MPa (3 bar)
Programmaverloop ↑ ↓ (8):
1. Test \ enter
2. Test met perslucht \ enter
3. Belastingstest ≤ DN 50 \ enter
Verdere werkwijze, zie dichtheidstest 4. tot 10.
3.3.3. Belastingstest met perslucht > DN 50 (ZVSHK)
Testdruk 0,1 MPa (1 bar)
Programmaverloop ↑ ↓ (8):
1. Test \ enter
2. Test met perslucht \ enter
3. Belastingstest > DN 50 \ enter
Verdere werkwijze, zie dichtheidstest 4. tot 10.
3.4. Programma's testen van drinkwaterinstallaties met water (alleen REMS
Multi-Push SLW)
In punt 6.1 van EN 806-4:2010 wordt voor de hydrostatische druktest de keuze
gegeven tussen 3 testmethoden A, B, C naar gelang het materiaal en de grootte
van de geïnstalleerde buizen. De testmethoden verschillen onderling in test-
verloop, -druk en -tijd.
Voor Duitsland wordt in het informatieblad T 82-2011 'Dichtheidstesten van
drinkwaterinstallaties met perslucht, inert gas of water' van het Zentralverband
Sanitär Heizung Klima met betrekking tot de in punt 6.1 van EN 806-4:2010
ter keuze aangeboden testmethoden A, B, C voor de druktest met water het
volgende vastgelegd: "Vanwege de praktische uitvoerbaarheid op de bouwplaats
werd op basis van praktische proeven een aangepaste methode gekozen, die
voor alle materialen en combinaties van materialen kan worden toegepast. Om
ook zeer kleine lekkages bij de dichtheidstest te kunnen vaststellen, is de
testduur verlengd ten opzichte van de in de norm vastgelegde testduur. Als
basis voor de uitvoering van de dichtheidstest met water voor alle materialen
dient de testmethode B volgens EN 806-4." Er is als volgt vastgelegd:
De dichtheidstest met water kan worden uitgevoerd, als
● vanaf het tijdstip van de dichtheidstest tot de inbedrijfstelling van de drink-
waterinstallatie regelmatig, uiterlijk na zeven dagen, een verversing van
het water gegarandeerd is. Aanvullend als
● gegarandeerd is dat de huis- of bouwwateraansluiting gespoeld en daardoor
voor de aansluiting en het bedrijf vrijgegeven is;
● het vullen van het leidingsysteem via hygiënisch onberispelijke componenten
plaatsvindt;
● tussen de dichtheidstest en de inbedrijfstelling de installatie volledig gevuld
blijft en een gedeeltelijke vulling kan worden vermeden.
WAARSCHUWING
De voor deze testen in REMS Multi-Push SLW extra ingebouwde hydropneu-
matische pomp wordt gevoed door de ingebouwde compressor van REMS
Multi-Push. De hydropneumatische pomp creëert een waterdruk van max. 1,8
MPa/18 bar/261 psi. Vóór de uitvoering van een van de testen met water volgens
testmethode A, B, C moet in elk geval worden beoordeeld of de te testen
installatie bestand is tegen de ingestelde/geselecteerde testdruk 'p refer'.
VOORZICHTIG
Alvorens de hogedrukslang (26) van de afvoer druktest met water (25) resp.
van de drinkwaterinstallatie wordt afgekoppeld, dient erop te worden gelet dat
de druk volledig is afgebouwd.
De programma's kunnen te allen tijde met de knop esc (10) worden afgebroken.
Dan worden alle kleppen geopend en wordt de druk in de installatie afgelaten.
De testen worden opgeslagen, maar hierbij wordt in het bestand 'Annulering'
vermeld.
3.4.1. Druktest met water, testmethode A (EN 806-4:2010, 6.1.3.2)
Programmaverloop ↑ ↓ (8):
1. Test \ enter
2. Test met water \ enter
3. Test met water A \ enter
4. Instelwaarde ingestelde testdruk (p refer) controleren en evt. wijzigen
(11) \ ↓
5. Instelwaarde stabilisatie (t stabi) controleren en evt. wijzigen (11) \ ↓
6. Instelwaarde testtijd (t test) controleren en evt. wijzigen (11) \ enter
7. De reële testdruk (p actual) wordt aan de ingestelde testdruk (p refer)
aangepast \ enter
8. De stabilisatie-/wachttijd (t stabi) loopt; na afloop hiervan wordt de reële
testdruk (p actual) in de ingestelde testdruk (p refer) veranderd. Met enter
nld