Draagbare versterkerinstallatie
Deze handleiding is bedoeld voor de gebruiker
zonder bijzondere vakkennis . Lees de handlei-
ding grondig door, alvorens het apparaat in
gebruik te nemen, en bewaar ze voor latere
raadpleging . Op pagina 2 vindt u een overzicht
van alle bedieningselementen en aansluitingen .
1 Overzicht van de bedienings-
elementen en aansluitingen
1 Gecombineerde XLR-/6,3 mm-stekkerbus
1 MIC / LINE IN voor het aansluiten van een
microfoon of een geluidsbron met lijnniveau
2 Volumeregelaar LEVEL voor een op (1) aan-
gesloten microfoon of audioapparaat
3 Volumeregelaar 2 WIRELESS voor een radio-
microfoon
4 Gemeenschappelijke klankregelaar TONE
voor een op (1) aangesloten microfoon of
audioapparaat en een radiomicrofoon
5 Cinch-jacks 3 LINE IN voor het aansluiten van
een geluidsbron met lijnniveau; bij het aan-
sluiten van een stereogeluidsbron wordt in de
versterker een monosignaal gemengd
6 Cinch-uitgangen MIX OUT voor het opnemen
van het mengsignaal of voor het doorsturen
van een bijkomende versterkerinstallatie;
voor stereo-opnameapparatuur zijn twee
bussen beschikbaar .
7 Volumeregelaar LEVEL voor de ingang 3 LINE
IN (5)
8 Klankregelaars TONE voor de ingang 3 LINE
IN (5)
9 Functie VOICE OVER om bv . muziek te dempen
tijdens een aankondiging via een microfoon .
Led MUSIC
Regelaar DEPTH om de gevoeligheid in te
10 Status-leds voor de accu
CHARGE
FULL
OK
LOW
16
licht op, wanneer de muziek
wordt gedempt
stellen voor het uitmengen
van de muziek
licht op bij het laden
Laadtoestand: vol
Laadtoestand: goed
Laadtoestand: weinig
11 Led LIMITER licht op, als de niveaubegrenzing
actief is
12 Bedrijfsled PWR ON
13 POWER-schakelaar
14 Aansluitbus voor de netadapter om de accu
te laden
15 Aansluitkabel voor een bijkomende accu;
rode aansluiting = +
2 Veiligheidsvoorschriften
De apparaten (versterkerinstallatie en netadap-
ter) zijn in overeenstemming met alle relevante
EU-richtlijnen en zijn daarom met het
markeerd .
WAARSCHUWING De netspanning van de net-
adapter is levensgevaarlijk .
Open het apparaat daarom
nooit zelf . Want door on-
zorgvuldige ingrepen loopt
u het risico van elektrische
schokken .
•
Bescherm het apparaat tegen grote hitte
en koude (toelaatbare gebruikstemperatuur
0 – 40 °C) . Probeer het apparaat niet bij sterke
regen te gebruiken en let er steeds op dat er
geen vocht in het apparaat terechtkomt .
•
Gebruik voor de reiniging alleen een droge of
licht bevochtigde doek . Gebruik in geen geval
chemicaliën of agressieve reinigingsmiddelen .
•
Trek de stekker nooit met het snoer uit het
stopcontact, maar met de stekker zelf .
•
In geval van ongeoorloofd of verkeerd ge-
bruik, verkeerde aansluiting, foutieve bedie-
ning of van herstelling door een niet-gekwa-
lificeerd persoon vervalt de garantie en de
aansprakelijkheid voor hieruit resulterende
materiële of lichamelijke schade .
Wanneer de apparaten definitief uit be-
drijf worden genomen, bezorg ze dan
voor verwerking aan een plaatselijk re-
cyclagebedrijf .
ge-