het meetlint vast door de draaiknop (7.4) vast te
draaien.
2.6
Oplegplaat
De oplegplaat (1.4) dient ter ondersteuning van
langere werkstukken.
– Schroef de oplegplaat aan de uitsparing (8.4)
met de draaiknop (8.5) en de pasveer (8.1) aan
de groef (8.2) van het aanslagprofi el vast. Let
op: Hierbij dienen de beide nokken (8.3) in de
groef (8.2) te vergrendelen.
– Trek zo nodig de telescoop van de afkortaan-
slag 10 cm uit om de oplegplaat in de groef te
leiden.
2.7
Steun
De steun (1.3) dient ter ondersteuning van hoge
werkstukken.
– Open de draaiknop (9.1) voor de klemming van
de steun.
– Breng de gleufsteen (9.3) in de bovenste groef
(9.2) van het aanslagprofi el of het verstelbare
tussenstuk in.
– Trek zo nodig de telescoop van de afkortaan-
slag 10 cm uit om de oplegplaat in de groef te
leiden.
– Verschuif de steun in de gewenste stand.
– Zet de steun vast door de draaiknop (9.1) vast te
draaien.
2.8
Aanslagruiter
Met de aanslagruiter (1.5) wordt de afstand tot het
zaagblad ingesteld en daarmee de lengte van het
te zagen werkstuk.
– Open de draaiknop (1.11) aan het verstelbare
tussenstuk.
– Schuif het aanslagprofi el (1.1) en het tussenstuk
(1.6) ca. 8 cm van elkaar.
– Open de draaiknop (10.1) voor de klemming van
de aanslagruiter.
– Breng de gleufsteen (10.3) in de bovenste groef
(10.2) van het aanslagprofi el of het verstelbare
tussenstuk in.
– Verschuif de aanslagruiter in de gewenste
stand.
– Zet de aanslagruiter vast door de draaiknop
(10.1) vast te draaien.
Speling bij de aanslagruiter instellen
– Draai (openen of sluiten) aan de beide schroeven
(10.4) tot de aanslagruiter spelingsvrij, maar nog
soepel, in de groef kan worden bewogen.
3
Instellingen
3.1
Meetlint
Om te voorkomen dat het meetlint in aanraking
komt met het zaagblad begint dit pas bij 30 cm.
Daarom moet u de juiste afstand van het meetlint
tot het zaagblad instellen:
– Stel bij de KS 120 een horizontale en verticale
verstekhoek van 0° in.
– Leg een werkstuk (11.4) met een lengte van
450 mm langs de zijkant van het zaagblad (11.3)
van de KS 120.
– Schuif de aanslagruiter (11.1) tegen het werk-
stuk. Klem de aanslagruiter in deze stand
vast.
– Open de draaiknop (11.5) van de meetlintklem.
– Verschuif het meetlint totdat aan de kant (11.2)
van de aanslagruiter maat 450 mm wordt aan-
gegeven.
– Klem het meetlint met de meetlintklem (11.5) in
deze stand vast. Het meetlint geeft nu de exacte
afstand tot het zaagblad aan. De afstand van de
aanslagruiter tot het zaagblad kunt u bij de kant
(11.2) afl ezen.
3.2
Lengte-instelling
Na het openen van de draaiknop (1.12) kunt u het
uiteinde (1.7) in- en uitschuiven. De maximale
uittreklengte bedraagt 2300 mm.
Na het openen van de draaiknop (1.11) kunt u het
tussenstuk bewegen.
4
Werken
Om een werkstuk op een bepaalde lengte af te
korten gaat u als volgt te werk:
– Stel de gewenste maat bij de aanslagruiter in.
– Leg het werkstuk tegen de aanslagruiter.
– Zaag het werkstuk door met de KS 120.
L
Met gemonteerde afkortaanslag is de
zwenkfunctie van de afkortzaag aan de
rechterkant beperkt: max.: 53°.
REACh voor producten, accessoires en ver-
bruiksmateriaal van Festool
REACh is de sinds 2007 in heel Europa toepasselijke
chemicaliënverordening. Wij als „downstream-
gebruiker", dus als fabrikant van producten, zijn
ons bewust van onze informatieplicht tegenover
onze klanten. Om u altijd over de meest actuele
stand van zaken op de hoogte te houden en over
mogelijke stoffen van de kandidatenlijst in onze
producten te informeren, hebben wij de volgende
website voor u geopend: www.festool.com/reach
17