NEDERLANDS
(Originele instructies)
1
Hendel
2
Dieptegeleider
3
Zaaglijn
4
Trekschakelaar
5
Ontgrendelknop
6
Stofkap
7
Knop
8
Dopsleutel
TECHNISCHE GEGEVENS
Model
Diameter zaagblad
Max. zaagcapaciteit
Toerental onbelast (min
Totale lengte
Netto gewicht
Veiligheidsklasse
• In verband met ononderbroken research en ontwikke-
ling behouden wij ons het recht voor bovenstaande
technische gegevens te wijzigen zonder voorafgaande
kennisgeving.
• De technische gegevens kunnen van land tot land ver-
schillen.
• Gewicht volgens de EPTA-procedure 01/2014
Doeleinden van gebruik
Dit gereedschap is bestemd voor het zagen van zacht
staal.
Stroomvoorziening
Het gereedschap mag alleen worden aangesloten op
een stroombron van hetzelfde voltage als aangegeven op
de naamplaat, en kan alleen op enkel-fase wisselstroom
worden gebruikt. Het gereedschap is dubbel-geïsoleerd
volgens de Europese standaard en kan derhalve ook op
een niet-geaard stopcontact worden aangesloten.
Algemene veiligheidswaarschuwingen voor
elektrisch gereedschap
WAARSCHUWING: Lees alle veiligheidswaar-
schuwingen, aanwijzingen, afbeeldingen en techni-
sche
gegevens
behorend
gereedschap aandachtig door. Als u niet alle onder-
staande aanwijzingen naleeft, kan dat resulteren in
brand, elektrische schokken en/of ernstig letsel.
Bewaar alle waarschuwingen en instructies om in
de toekomst te kunnen raadplegen.
De term "elektrisch gereedschap" in de veiligheidsvoor-
schriften duidt op gereedschappen die op stroom van het
lichtnet werken (met snoer) of gereedschappen met een
accu (snoerloos).
Verklaring van algemene gegevens
9
Asblokkering
10 Zeskantbout
11 Buitenflens
12 Zaagblad met hardmetalen
tanden
13 Binnenflens
14 Sleuf
15 Ribbe
4131
185 mm
63 mm
–1
)
3 500
358 mm
4,8 kg
/II
ENE022-1
ENF002-2
GEA010-2
bij
dit
elektrische
16 Trekgeleider (breedtegeleider)
17 Schroef
18 Werkstuk
19 Kijkglas
20 Terugtrekhendel
21 Limietaanduiding
22 Schroevendraaier
23 Borstelhouderdop
VEILIGHEIDSWAARSCHUWINGEN VOOR EEN
METAALCIRKELZAAG
Werkwijze bij het zagen
1.
GEVAAR: Houd uw handen uit de buurt van
het zaaggebied en het zaagblad. Houd met uw
andere hand de voorhandgreep of de behuizing
van het gereedschap vast. Als u de zaag met
beide handen vasthoudt, kunt u nooit in uw handen
zagen.
2.
Reik nooit met uw handen onder het werkstuk.
De beschermkap kan u niet beschermen tegen het
zaagblad onder het werkstuk.
3.
Stel de zaagdiepte in overeenkomstig de dikte
van het werkstuk. Minder dan een volledige tand-
hoogte dient onder het werkstuk uit te komen.
4.
Houd tijdens het zagen het werkstuk nooit vast
met uw handen of benen. Zorg dat het werkstuk
stabiel is ten opzichte van de ondergrond. Het is
belangrijk het werkstuk goed te ondersteunen om de
kans te minimaliseren dat uw lichaam eraan blootge-
steld wordt, het zaagblad vastloopt of u de controle
over het gereedschap verliest.
5.
Houd elektrisch gereedschap vast aan het geïso-
leerde oppervlak van de handgrepen wanneer u
werkt op plaatsen waar het snijgarnituur met
verborgen bedrading of zijn eigen snoer in aan-
raking kan komen. Door contact met onder span-
ning staande draden, zullen ook de niet-geïsoleerde
metalen delen van het elektrisch gereedschap onder
spanning komen te staan zodat de gebruiker een
elektrische schok kan krijgen.
6.
Gebruik bij het schulpen altijd de breedtegelei-
der of de langsgeleider. Hierdoor wordt de nauw-
keurigheid van het zagen vergroot en de kans op
vastlopen van het zaagblad verkleind.
7.
Gebruik altijd zaagbladen met een middengat
van de juiste afmetingen en vorm (diamant ver-
sus rond). Zaagbladen die niet goed passen op de
bevestigingsmiddelen van de zaag, zullen uit-het-
midden draaien waardoor u de controle over het
gereedschap verliest.
8.
Gebruik nooit een beschadigde of verkeerde
bouten en ringen om het zaagblad te bevestigen.
De bouten en ringen voor de bevestiging van het
zaagblad zijn speciaal ontworpen voor gebruik met
uw zaag voor optimale prestaties en veilig gebruik.
Oorzaken van terugslag en aanverwante waarschu-
wingen
– Terugslag is een plotselinge reactie op een bekneld,
vastgelopen of niet-uitgelijnd zaagblad, waardoor de
oncontroleerbare zaag omhoog, uit het werkstuk en
in de richting van de gebruiker gaat.
GEB155-1
25