Idiomas disponibles
Idiomas disponibles
Transport, bewaring en verwijdering
Voorwaarde: het apparaat is klaar voor
gebruik.
Houd de bedieningstoets
1.
"Service" langer dan 2 seconden
ingedrukt om de Servicemodus 1 op te
roepen.
Druk zo vaak op de bedie-
2.
ningstoets "Service" tot de weergave
voor het filterprogramma verschijnt.
»
Op het display brandt één boon.
Houd de bedieningstoets
3.
"Service" langer dan 2 seconden
ingedrukt om het filterprogramma te
starten.
Op het display knippert Filter
»
totdat het filterprogramma is
voltooid.
Op het display brandt Lekbakje.
»
U krijgt de vraag om het lekbakje en
de residubak te legen.
4. Leeg het lekbakje en de residubak.
5. Plaats het lekbakje zonder de residubak
terug.
6. Zet de residubak onder de uitloop.
Op het display brandt Water. U
»
krijgt de vraag om de watertank te
verwijderen en de waterfilter erin te
zetten.
7. Verwijder de watertank.
8. Leeg de watertank.
9. Plaats een nieuwe filter in de watertank
(zie Afb. 15).
10. Vul de watertank.
11. Plaats de watertank weer terug.
»
De filter wordt met water gespoeld.
»
Er stroomt water in het lekbakje.
12. Leeg het lekbakje en de residubak.
13. Plaats het lekbakje en de residubak
terug.
»
Het filterprogramma is voltooid.
»
Op het display dooft Filter.
»
Het apparaat is klaar voor gebruik.
100
Waterfilter permanent afmelden
Wanneer u een aangebrachte waterfilter
heeft verwijderd en het apparaat zonder
waterfilter verder wilt gebruiken, meldt u
de waterfilter af op het apparaat:
1. Verwijder de watertank.
2. Leeg de watertank.
3. Verwijder de waterfilter (zie Afb. 15).
4. Vul de watertank.
5. Plaats de watertank weer terug.
Houd de bedieningstoets
6.
"Service" langer dan 2 seconden
ingedrukt om de Servicemodus 1 op te
roepen.
Druk zo vaak op de bedie-
7.
ningstoets "Service" tot de weergave
voor de functie Filter verschijnt.
Druk zo vaak op de bedie-
8.
ningstoets "Koffiesterkte" tot er geen
koffieboon meer brandt.
Houd de bedieningstoets
9.
"Service" langer dan 2 seconden
ingedrukt om de instelling op te slaan
en de servicemodus te verlaten.
»
De waterfilter is afgemeld.
»
De waterhardheid is gereset naar de
hardheid die het apparaat vóór het
aanbrengen van een waterfilter had
opgeslagen.
10. Stel de waterhardheid eventueel in (zie
hoofdstuk 6.3 Waterhardheid instellen
op pagina 91).
8
Transport, bewaring en
verwijdering
8.1 Apparaat ontluchten
Wij adviseren het apparaat te ontluchten
als het gedurende langere tijd niet wordt
gebruikt, voordat het wordt getranspor-
teerd of bij vorstgevaar.
Bij het ontluchten wordt het resterende
water uit het apparaat verwijderd.
